Energiek rentmeesterschap steunt veranderingsklimaat
Beweren dat het menselijke fossiele energiegebruik maar weinig invloed heeft op het aardse milieu lost het probleem niet op. Snelle aanpassing van het energiesysteem is nodig en ook mogelijk, reageert Ries van Maldegem.
Guus Berkhout opent zijn opiniebijdrage over klimaatbeleid met de juiste stelling dat goed rentmeesterschap strijdt tegen vervuiling, uitputting en vernietiging van de natuur (RD 1-10). De verdere uitwerking in het artikel is helaas minder correct.
Zo stelt de auteur dat CO2-politiek hoogmoedig en niet zinnig is, omdat de mens niet in staat is het klimaat wezenlijk te beïnvloeden. Inzake energiebeleid vindt hij wind, zon, batterijen en biomassa geen voldoende alternatief, maar prefereert hij gebruik van schoon fossiel, totdat een nieuwe, vraaggestuurde hoogvermogensbron is ontwikkeld. Dat zou minder kosten en meer zekerheid bieden.
Dergelijke opvattingen zijn aanlokkelijk, omdat burgers en bedrijven daarmee denken rustig in hun comfortzone te kunnen blijven zitten. Maar ze getuigen niet van goed rentmeesterschap.
Duurzame ontwrichting
Wereldwijd verkregen onderzoeksresultaten wijzen er sterk op dat de grootschalige verbranding van fossiele brandstoffen met de bijbehorende uitstoot van CO2 tot opwarming leidt. Om dat risico te verkleinen, is klimaatbeleid opgesteld met reductiemaatregelen die geld gaan kosten. Het is niet fair om dan als vervuiler het eigen slechte gedrag minder erg te doen lijken door wetenschappers en politici van hoogmoed te betichten, omdat zij zogenaamd zouden denken dat ze het klimaat kunnen regelen. Dat denken ze helemaal niet: ze zijn juist bang dat de aangerichte schade al onomkeerbaar is en proberen slechts deze te beperken.
De opvatting dat de mens zo nietig is dat deze de aardse atmosfeer nooit kan ontregelen, klinkt sympathiek, maar is een duidelijk geval van valse bescheidenheid. Vreemd is dat ook Bijbelgetrouwe christenen dit zeggen, terwijl toch in Genesis 3 al beschreven staat hoe verkeerd menselijk handelen tot een duurzame ontwrichting van zelfs de hele schepping heeft geleid. Een meer recent en ook voor seculieren onloochenbaar voorbeeld is de aantasting van de ozonlaag door industrieel vervaardigde gassen. Dankzij genomen beleidsmaatregelen is dat proces naar het lijkt tijdig gestopt.
Vanzelf is CO2 slechts een van de factoren die het klimaat beïnvloeden in een zeer complex geheel van natuurlijke regelingen die gelukkig heel stabiel zijn. Maar met enkele deskundig lijkende opmerkingen en getallen suggereren dat vermindering van de uitstoot geen merkbaar effect zal hebben, is misleidend. Je hoeft geen professor te zijn om te constateren dat er bij een stijgend CO2-gehalte langzaam maar zeker verschuivingen optreden in klimaatzones. Permafrostgebieden krimpen, zodat er in Canada en Rusland meer groen groeit. Helaas drogen andere gebieden uit, en lopen kustgebieden vanwege zeespiegelstijging overstromingsrisico.
Hierdoor nemen migratieproblemen toe. Doordat er meer energie in de dampkring aanwezig is, worden weersverschijnselen extremer en natuurrampen schadelijker. Per saldo treden er zo weinig voordelen op bij CO2-stijging dat een positieve klimaatvisie geen reële optie is. Snelle aanpassing van het energiesysteem is echt het enige zinvolle alternatief.
Gelukkig is er zonder CO2-emissie voldoende energie af te tappen uit natuurlijke kringlopen. Het is geen sprookje dat de zon ons meer energie levert dan we op kunnen maken, via licht, wind, waterkracht en biomassa. Nu reeds kunnen zonneparken en windturbines hoge vermogens leveren. In combinatie met energieopslag zelfs ook vraaggestuurd, net als bij waterkracht en biomassa.
Wachten op een nieuwe energiebron, zoals een thoriumreactor of kernfusie, is tijdverspilling, en het ontwikkelen daarvan verspilling van moeite en geld. Nucleaire installaties blijven technisch zeer complex en kwetsbaar. Ze veroorzaken ecologische schade door een grote koelbehoefte en radioactief afval. En ze zijn economisch onrendabel omdat de hoge investeringskosten door dump van hernieuwbare energie niet meer zijn terug te verdienen. Het past ook niet bij verantwoord rentmeesterschap om na kortstondig energiegenot de afvalrestanten tot ver na het derde en vierde geslacht als erfenis achter te laten.
Alvorens een kunstmatige zon te bouwen, is het slimmer eerst de bestaande beter te benutten.
Keuzevrijheid
Veel mensen hebben een achterhaald beeld van hernieuwbare energiebronnen en opslagsystemen. Ze onderschatten de inmiddels door recente ontwikkelingen gerealiseerde vooruitgang. Natuurlijk zijn er nog veel verbeteringen mogelijk, maar steeds meer duurzame technieken zijn nu al goed bruikbaar en vaak zelfs beter dan traditionele.
Zo komen er voor elektriciteitsopslag steeds efficiëntere en minder gevaarlijke materialen bevattende accusystemen beschikbaar. Hierdoor kunnen de betaalbaarheid en de leveringszekerheid ook bij een snellere afbouw van de fossiele energievoorziening gewaarborgd blijven. Door de grote variatie in technologie is er voor iedere situatie en elk budget wel een toepasbaar alternatief verkrijgbaar. Niet iedereen past een warmtepomp: keuzevrijheid blijft daarom wenselijk.
Een politiek belangrijk punt bij de energietransitie is een eerlijke verdeling van kosten. Laat huishoudens niet de subsidies betalen voor bedrijven. Zet meer in op de CO2-heffing: zelfs als er geen klimaatverandering zou zijn, is dat een elegante verrekeningsmethode voor lastig te bepalen kosten van vervuiling door fossiele emissies, uitputting van grondstofvoorraden, vernietiging van natuur en bijkomende schade door bijvoorbeeld aardbevingen.
De noodzaak om op energiegebied te pleiten voor een veranderingsklimaat is duidelijk. Steek dus geen energie in het ontkennen van de problemen, maar pak ze aan. Wees een goed rentmeester: blijf niet langer fossiel!
De auteur is werkzaam als adviseur en ingenieur op energiegebied.