Pulsvissers: „Onze toekomst wordt ons ontnomen”
Het gaat er volgende week om spannen voor de vissers die de innovatieve pulstechniek gebruiken. De Raad van ministers, het Europees Parlement en de Europese Commissie –de zogeheten triloog– hakken een knoop door over de pulsvisserij die vooral door Nederlandse vissers wordt gebruik.
Dat is toch heel visonvriendelijk? De reactie van een jonge, reformatorische jongere op het woord pulskorvisserij is tekenend. De Franse antipulslobby heeft zelfs in Nederland effect. Mede om de onwetendheid rond het thema tegen te gaan, organiseerde de visserijsector vrijdag een heuse persreis de Noordzee op.
Dat het gros van het journaille geen zeebenen heeft, blijkt direct als pulskotter OD-17 zijn neus buiten de pieren van Scheveningen steekt. Windkracht 5 zorgt voor een stevige deining aan boord. Paar meter omhoog, paar meter omlaag, dat doet wat met je maag. Een vlotte babbelaar wordt vanzelf stil. Het duurt niet lang of de eerste kantoorman hangt over de reling om de vissen te voeren.
Het weerhoudt de vier aanwezige schippers aan boord niet om hun verhaal te doen. De Urker schipper van de H-225, Simon Ras, wijst naar een grote metalen balk die nu nog ongebruikt aan de zijkant van het schip hangt: de pulswing. „Die zweeft straks als een soort vleugel 50 centimeter boven de zeebodem.”
Aan de vleugel hangen 25 zwarte kabels, het lijken wel staarten. „Die komen onder het net te hangen en zenden hele lichte stroomstootjes uit. Daardoor schrikt de tong op en zwemt zo het net in.”
De tong, daar is het om te doen. Een platvis, die plat op de bodem leeft, daardoor lastig te vangen is en relatief veel geld waard is. Een grote tong is al gauw zo’n 17 tot 18 euro waard.
De vis kan ook van de bodem worden gejaagd met zware kettingen die over de bodem slepen, het zogeheten boomkorren. Dat is twee keer zo zwaar trekken voor het schip dan pulskorren en kost dus twee keer zoveel brandstof.
Ander nadeel van boomkorren is dat het bodemleven compleet verstoord wordt. „Als vindingrijke Nederlanders is de pulskor daar hèt antwoord op”, zegt schipper-eigenaar Pieter Sperling (37) van de OD-6 niet zonder trots. Inmiddels zijn zo’n honderd kotters met deze techniek uitgerust: 84 varen onder Nederlandse vlag. Zo’n twintig varen onder buitenlandse vlag maar zijn Nederlands eigendom.
„Pulskorren is de toekomst”, weet Sperling zeker. „Het is milieuvriendelijker: minder brandstofgebruik betekent minder CO2-uitstoot. Het is beter voor de natuur, beter voor onze portemonnee en het valt nog veel verder te ontwikkelen. Maar nu gooit de EU roet in het eten.”
Het Europees Parlement (EP) stemde dit voorjaar voor een verbod op de pulskorvissserij. Dit onder druk van Franse vissers die nog met de oude methodes vissen. Volgende week moet het finale oordeel worden uitgesproken door het zogeheten triloog: het EP, de Europese Commissie en de Raad van Visserijministers. Het parlement is tegen, de commissie is voor –mits uit onderzoek blijkt dat puls die vissen niet pijnigt– en de ministers willen pulsvisserij beperken tot 5 procent van de vissersvloot per lidstaat.
Durk van Tuinen van de Nederlandse Vissersbond vreest het ergste. „Het ziet er niet goed uit. Ik ben bang dat het parlement gelijk krijgt.”
Sperling staat zich zichtbaar op te winden over zoveel onrechtvaardigheid. „Straks trekken we alle zonnepanelen van de daken en halen we onze energie alleen nog maar van bruinkool. Want daar kun je de puls- en de boomkor mee vergelijken. De EU knikkert de toekomst van onze kinderen overboord.”
Hij is niet de enige visser die verontwaardigd is. Dirk Kraak (53) schipper-eigenaar van de Bra-7 zegt dat de Nederlandse vissers 50 miljoen euro in de pulskor hebben geïnvesteerd. „Dat gaat bij een verbod allemaal verloren. Ik weet niet of alle vissers zo’n financiële tegenvaller overleven.”
Kraak hoopt dat de Nederlandse regering nog wat kan betekenen. „De minister heeft haar best gedaan, maar het lijkt alsof het nu wat is stilgevallen. De regering moet zich niet met een kluitje in het riet laten sturen. Gewoon hard opstellen, dat doen de Fransen ook. Bijten in plaats van aaien.”