Pelgrims kunnen slapen in een Friese kerk
Twaalf Friese kerken stellen sinds vorige week slaapplaatsen voor pelgrims beschikbaar. De initiatiefnemers hebben de kerkenraden ervan overtuigd dat de kerken niet zullen veranderen in hotels. „We kunnen uitgaan van goed vertrouwen.”
Op het houten zoldertje van de kerk in Swichum, een dorp nabij Leeuwarden, staan twee veldbedden. Pelgrims kunnen hier en in elf andere Friese kerken overnachten in het kader van het project ”Refugio’s in Friese kerken”.
Refugio’s zijn vooral bekend als Zuid-Europese overnachtingsplekken in kerken en kloosters. Op plaatsen waar veel pelgrims wandelen en fietsen, zijn vaak grote slaapzalen beschikbaar. In Friesland is de opzet kleinschaliger: pelgrims mogen rekenen op een veldbed, een toilet en stromend water. Maar veel meer is er ook niet, behalve een unieke sfeer.
Hans de Jong, voorzitter van Stichting Santiago aan het Wad, heeft zelf de pelgrimstocht naar de Spaanse stad Santiago de Compostella gelopen. Onderweg overnachtte hij in verschillende kerken en kloosters. „Het mooie is dat je meer krijgt dan alleen een overnachting. Vaak zijn er heel betrokken vrijwilligers die bijvoorbeeld een verhaal over de kerk of over het dorp vertellen.”
Dat maakt overnachten in een refugio een unieke ervaring. Van oudsher vormen refugio’s een wezenlijk onderdeel van de christelijke Europese cultuur. De Jong: „Ook hier in Friesland bestond die traditie. Maar na de Reformatie is die verdwenen. De kloosters zijn gesloopt, in de kerken is het geen gebruik meer. Met Santiago aan het Wad willen we die geschiedenis terughalen.”
De stichting verbindt in het kader van Leeuwarden-Fryslân 2018 –de stad is dit jaar samen met de provincie Culturele Hoofdstad van Europa– verschillende bestaande initiatieven. De Jong: „We helpen nu de organisaties door plannen te combineren en uit te voeren. Maar na dit jaar heffen we onszelf weer op. Hopelijk zijn de refugio’s dan een bewezen succes en blijven ze bestaan.”
Van de kerken waar pelgrims kunnen overnachten, valt de grote meerderheid onder Stichting Alde Fryske Tsjerken (SAFT). De Nicolaaskerk in Nijland is de opvallendste uitzondering: het is de enige nog ‘levende’ kerk.
Ds. J. A. de Waal van de protestantse gemeente Nijland vertelt dat er in de kerkenraad discussie was over deelname. „Ik was zelf wel meteen voor, maar de kerkenraad twijfelde. We zijn natuurlijk geen hotel, en wat zijn de risico’s? Stel je voor dat er wat gebeurt.”
Uiteindelijk besloot de kerkenraad in te stemmen. Daar is ds. De Waal heel blij mee. „Gastvrijheid is een opdracht, volgens mij. Je moet als kerk een heel goed verhaal hebben om het niet te doen, vind ik.”
Hoe zit het dan met de zorgen van de kerkenraad? „We hebben overlegd met de verzekeraar, en dit valt gewoon onder de kerkelijke activiteiten. Zolang de pelgrims zich netjes gedragen, is er niets aan de hand. Maar de kerk wordt heel duidelijk geen hotel. De deuren gaan niet voor iedereen open. Daarom kunnen we uitgaan van goed vertrouwen.”
De Friese refugio’s zijn alleen toegankelijk voor pelgrims die in het bezit zijn van een pelgrimspas van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob, een stempelkaart van het Jabikspaad of de Camino der Lage Landen en donateurs van de SAFT. Maar ook dat biedt geen garanties. De Waal: „Het avondmaalszilver gaat natuurlijk wel achter slot en grendel.”
Het is afwachten hoeveel pelgrims zich zullen melden bij de kerken. De Jong: „We hebben op verschillende toeristische beurzen gestaan. Daar waren de reacties heel positief. Dus het zou zomaar kunnen dat er veel mensen komen.”