Slag bij Heiligerlee was eerste overwinning opstandelingen
Borden met soldatenlaarzen wijzen de weg. Rond Heiligerlee loopt een beleefroute voor kinderen: wat gebeurde er precies op die 23e mei 1568?
Waar nu een Oldambtster boerderij staat, was vroeger een vrouwenklooster. De nonnen van Mons Sinaï droegen een wit habijt met zwarte kap en werden daarom ook wel „witte vrouwen” genoemd. Bij het klooster vond een beroemde veldslag plaats: de eerste overwinning van de opstandelingen tegen de legers van koning Filips II. Wel sneuvelde een broer van prins Willem van Oranje, graaf Adolf, in de strijd.
Prijsvraag
Heiligerlee is een dorp van een kleine 1500 inwoners. Het maakt deel uit van de Groningse gemeente Oldambt.
Eeuwenlang herinnerde niets aan de slag die hier had plaatsgevonden. Pas in het begin van de negentiende eeuw werd er op initiatief van een onderwijzer een 5 meter hoge gedenknaald geplaatst.
Vlak voor de 300-jarige herdenking van de slag werd een prijsvraag uitgeschreven voor een nog mooier monument. Dat is nu nog te zien in het parkje bij de ingang van het dorp: een groot, wit, stenen beeld uit 1873. „Het verbeeldt de stervende graaf Adolf, ondersteund door de Nederlandse maagd als symbool van ons land”, legt Ruben Holtjer, gids van Museum Slag bij Heiligerlee, uit. Hij studeert aan de lerarenopleiding geschiedenis in Leeuwarden. „Het is opvallend dat hier zo’n groot beeld staat. Anders dan in Duitsland, Frankrijk en Engeland komen zulke standbeelden in Nederland heel weinig voor.”
Kloosterholtjes
Achter het monument begint een ”beleefroute” voor kinderen. Wat gebeurde er precies op die 23e mei 1568? En hoe kon het zover komen? Borden van soldatenlaarzen wijzen de weg. Bij de route hoort een kleurige gids met vragen en doeopdrachten. „Loop naar de vijver en kijk of er vis in zit. Denk jij dat de nonnen de vissen eigenhandig vingen?”
Ook de straatnamen van Heiligerlee herinneren aan de geschiedenis: Piekeniersweg, Vendelstraat, Geuzenstraat. En natuurlijk een Graaf Adolfstraat. ”Kloosterholtjes”, worden de inwoners van het dorp ook wel genoemd.
Historicus Klaas Haan uit de Kloosterstraat bezit nog een schilderij uit 1968, waarop het strijdtoneel wordt afgebeeld. „Dit schilderij heeft in 1968 boven op een café gestaan, bij de ingang van het dorp vanaf Winschoten. Iedereen die om de bocht kwam, kreeg het direct te zien.”
Haan schrijft over allerlei onderwerpen, zoals de bewoningsgeschiedenis van de streek of de klokkengieterij Van Bergen. Binnenkort verschijnt zijn boek over de slag bij Heiligerlee. „Ik volg de gangen van de twee partijen, van graaf Lodewijk en van graaf Arenberg. Ik ga na hoe de percelen er destijds uitzagen en waar woningen stonden. Op basis daarvan denk ik dat de strijd niet bij Napels, ten zuiden van Heiligerlee, maar meer richting het noorden bij het klooster moet hebben plaatsgevonden.”
Volgens de historicus had de slag een Europese uitstraling. „Er zijn pamfletten uit 1568 gevonden waaruit dat blijkt. Het feit dat hier een overwinning had plaatsgevonden op het leger van Filips II was uniek.”
Wie komend seizoen Heiligerlee wil bezoeken, kan met een gecombineerd ticket terecht in Museum Slag bij Heiligerlee en het Klokkengieterijmuseum. Vanaf 1 april gaan de deuren weer open en zullen vrijwilligers er rondleidingen verzorgen.
Propaganda
„Wij geven mensen een idee van de aanloop naar de slag, de slag zelf en de gevolgen”, zegt medewerker Joost H. van Linge. „De gevolgen reikten heel ver, tot na Napoleon. Eigenlijk is pas in de negentiende eeuw het fenomeen ”Tachtigjarige Oorlog” bedacht, als marketinginstrument. Er moest een reden bedacht worden waarom hier ineens een koning verscheen, in plaats van een stadhouder in dienst van de Staten-Generaal.”
Bezoekers krijgen eerst een spannende video te zien. Daarna worden ze de zaal ingeleid, waar op kleurige wandpanelen het oorlogsverhaal uit de doeken wordt gedaan. „Eigenlijk zijn we meer een bezoekerscentrum”, licht Van Linge toe. „We hebben betrekkelijk weinig voorwerpen, zoals een buste van Alva, twee kogels, een schoentje, een Mariabeeldje. En van het Landesmuseum Emden hebben we een aantal wapens in bruikleen.”
Wim Smit wordt door de andere vrijwilligers beschouwd als nestor. „Hij maakt deel uit van het meubilair”, glimlacht Van Linge. „Heiligerlee was een zandrug”, legt Smit uit. „Aan beide kanten was het vrij moerassig. In die tijd raakte het klooster in verval. Het kloosterkerkje werd gebruikt als hospitaal. Nadat het klooster verdween, verrees op die plek een boerderij. Het schijnt dat een van de muren nog afkomstig is uit Mons Sinaï.”
De slag bij Heiligerlee werd in 2012 voor het eerst nagespeeld door historische re-enactors, vertelt Smit. „Dat was een enorm succes. Het zal dit jaar ook weer gebeuren. Die lui zijn fanatiek hoor! Ik hoorde dat ze ergens anders in Nederland geen wapens meer mogen gebruiken, omdat ze elkaar letterlijk de hersens inslaan.”
Vrijwilliger Kineke Kuper heeft jarenlange ervaring in het basisonderwijs. Die komt in het museum goed van past. „We hebben voor kinderen Tammo en Trijntje in het leven geroepen”, vertelt ze. „Die figuurtjes werpen iedere keer vragen op. Mag je wel in opstand komen? En wat is vrijheid precies? Kinderen kunnen zich verkleden, en voelen hoe zwaar een geweer weegt.”
Kuper weet nog van haar eigen schooltijd dat de geschiedenis werd ingedeeld in goede en slechte mensen. „Kinderbijbels waren ook zo geschreven. Lekker overzichtelijk allemaal. Willem van Oranje was een schattige, engelachtige man. Mij werd wijs gemaakt dat hij een overtuigd protestant was. Nou, hij is vier keer getrouwd geweest en had ik weet niet hoeveel buitenechtelijke kinderen! En Alva was natuurlijk de meest verschrikkelijke man, terwijl hij een van de beste generaals van zijn tijd was.”
Serie: De Tachtigjarige Oorlog
Verhalen over de langste oorlog uit de Nederlandse geschiedenis. Vandaag deel 2: Heiligerlee. Over twee weken deel 3.
23 mei 1568: slag bij Heiligerlee
Een klein leger onder leiding van de broers Lodewijk en Adolf van Nassau boekt een overwinning op de Spaansgezinde troepen. De slag bij Heiligerlee uit 1568 wordt vaak aangemerkt als het begin van de Tachtigjarige Oorlog.
De Spaansgezinde stadhouder Jean de Ligne, graaf van Arenberg, had van Alva het bevel gekregen te wachten met het aanvallen van de opstandelingen totdat de versterking uit Gelderland was gearriveerd. Maar hij liet zich verleiden om toch tot de aanval over te gaan.
Toen Lodewijk vernam dat zijn tegenstander tegen hem optrok, stelde hij zijn troepen op bij het klooster van Heiligerlee. Achter een heuvel verschanste hij het merendeel van zijn troepen. Met zijn ruiters ondernam hij een aanval op het Spaansgezinde leger en lokte het naar de heuvel. Daar werden ze een gemakkelijke prooi van de infanterie.
Het Spaansgezinde leger verloor de slag en De Ligne sneuvelde, evenals graaf Adolf. Alva liet bij wijze van represaille achttien vooraanstaande opstandige edelen onthoofden in Brussel.
Hoewel het effect van de slag beperkt was –er volgde spoedig een grote nederlaag voor Lodewijk bij Jemmingen– had de uitkomst een grote symbolische waarde.