Opnieuw is er stennis om Hennis. De Koninklijke Marine krijgt een golf van kritiek op het aantreden van de oud-minister van Defensie als reservist.
Haar benoeming is opvallend. Het tijdstip ook. Admiraal Rob Kramer bevestigde zaterdag de aanstelling van Hennis –nu VVD-Kamerlid– als reserveofficier bij de marine. Hennis komt binnen als kapitein-luitenant ter zee speciale diensten. Een hoge rang.
Het aantreden past volgens defensie in het streven naar een reservistenbestand dat breed genoeg is om piekbelastingen op te vangen of om incidenteel gebruik te kunnen maken van specialistische kennis.
De commandant zeestrijdkrachten verwelkomde oud-minister Hennis op Twitter. „Ik ben blij met het voorbeeld dat zij stelt voor meer reservisten bij defensie, werving & behoud personeel is prio 1, dit signaal helpt daarbij!”
Een storm van kritiek barstte zaterdag los. Via losse flodders op sociale media. „Die ”speciale diensten” van Hennis kunnen niet meer dan piepers schillen zijn.” Haar hoge rang –zonder specifieke militaire prestatie– leidde eveneens tot kromme tenen. „Ik moet daar dertig jaar voor dienen.”
Ook deskundigen reageren kritisch. Defensiejournalist b.d. Hans de Vreij spreekt over een „zeer merkwaardige vermenging” van krijgsmacht en politiek. Anderen vragen zich af wat de voordelen zijn, over welke kennis Hennis beschikt en of de marine iemand aan boord wil hebben die defensie heeft helpen afbreken.
De hoogste marinebaas zette direct de verdediging in. In een poging de angel uit de discussie te halen meldde Kramer dat de afspraak is gemaakt dat Hennis –juist om belangenverstrengeling te voorkomen– niet wordt ingezet voor zogenoemde „ernstmissies.” Trainen en oefenen van Kamerleden is sowieso in strijd met de wet.
Het tijdstip van Hennis’ aantreden komt nogal ongelukkig uit. Vrijdag nog bleek uit onderzoek, ingesteld door Hennis, dat defensie haar veiligheid niet onder controle heeft. Nog maar amper drie maanden geleden trad de VVD-minister af na een snoeihard oordeel van de Onderzoeksraad over een mortierongeluk in Mali dat twee militairen het leven kostte.
En dan is er nog de kersverse kwestie-Marco Kroon, de commando uit Uruzgan die onderwerp is van justitieel onderzoek na in 2007 geweld te hebben gebruikt. Binnen en buiten de krijgsmacht leeft –terecht of onterecht– de wrange gedachte dat helden kapot worden gemaakt en afgetreden politici op het schild geheven.