Met zijn rijzige gestalte torent hij hoog uit boven zijn Spaanse studenten. Maar de lengte van ds. Berend Coster vormt geen hindernis voor een warm contact. De Staphorster boerenzoon geniet zichtbaar van hun aanwezigheid. Ook zijn vrouw Jacobine doet dat. Hun hartelijke omhelzingen van de studenten onderstrepen de Spaanse cultuur.
Dinsdagavond 21 november. De lessen op de Facultad Internacional de Teología (IBSTE), in Castelldefels, een dorpje net onder Barcelona gelegen, zijn voorbij. Om halfacht is er traditioneel de warme maaltijd. In dit land speelt alles zich later af later dan bijvoorbeeld in Nederland. „Dat komt niet doordat Spanjaarden zo lui zijn”, lacht ds. Coster, die als decaan lid van de directie is en Bijbelse en theologische vakken en kerkgeschiedenis aan de opleiding doceert. „We zitten gewoon in de verkeerde tijdzone. Geografisch gezien behoren we in Spanje dezelfde tijd als Engeland en Ierland te hebben, maar we hebben die van Duitsland.”
De eetzaal loopt al gauw vol met studenten. Niet alleen Spaanstaligen uit Spanje en Latijns-Amerika, maar ook Chinezen verzamelen zich. In het gebouw van de IBSTE is namelijk naast de Spaanse ook een Chinese opleiding gevestigd. Beide instellingen leiden op tot het niveau van bachelor theologie. De Chinese opleiding is zelfs de enige in Europa, en heeft als doel Chinese kerken in Europa toe te rusten. Een van de studenten of docenten verzorgt gewoonlijk het gebed. Dit keer is het een Chinees die, in zijn eigen taal, hartstochtelijk en met luide stem om een zegen vraagt, herhaaldelijk ondersteund door een instemmend amen van anderen.
Het seminarie heeft een fantastische kok, zegt ds. Coster, en hij heeft helemaal gelijk. Rosa, kok en hoofd van de huishouding, spreekt een paar woorden Nederlands omdat ze enkele jaren in Nederland woonde. „Eet smakelijk”, zegt ze in haar beste Nederlands. De vrouw van de predikant, Jacobine Coster-de Jonge, schuift later aan. Ze heeft in de buurt Nederlandse les gegeven aan kinderen van echtparen waarvan een van de partners afkomstig is uit Nederland. Uit haar hartelijke begroetingen blijkt dat ze veel studenten kent en dat ze zich tussen hen thuis voelt.
Staphorst
Berend Coster (61) groeide als hervormde boerenzoon op in Staphorst. Hij trouwde met Jacobine de Jonge, afkomstig uit de gereformeerde gemeente te Middelburg. Na hun huwelijk waren ze eerst lid van de hervormde gemeente van Staphorst en later in IJsselmuiden, waar Coster ouderling werd. Jacobine was onderwijzeres in Meliskerke en later in Staphorst, maar koos ervoor om te zorgen voor hun zes kinderen, waarmee hun huwelijk werd gezegend. Coster werkte aanvankelijk in het basisonderwijs in Staphorst. Na een avondstudie geschiedenis werd hij docent geschiedenis aan de scholengemeenschap Pieter Zandt in Kampen.
De Kamper docent ging op latere leeftijd theologie studeren aan de Universiteit van Amsterdam. Hij voelde zich gedrongen om het geloof uit te dragen, zegt hij, maar dan het liefst „buiten de veiligheid van eigen kring.” Hij reageerde in 1990 op een oproep voor evangelist van de Spaanse Evangelische Zending (SEZ). De organisatie bestaat intussen 65 jaar en gaat terug op het werk van de christelijke gereformeerde prof. C. Wisse. Het echtpaar Coster viert bovendien hun 25-jarig jubileum als werkers in Spanje, een dubbel jubileumjaar dus.
Start in Mataró
Het echtpaar streek destijds neer in Vilalba Sasserra, zo’n 50 kilometer boven Barcelona, waar ze nog steeds wonen. Een dorpje buiten het gewoel van de drukke metropool met een uitzicht over een schitterende omgeving.
„De SEZ liep in 1992 aan tegen het feit dat het cursuswerk aan vernieuwing toe was”, vertelt ds. Coster in een terugblik. „Die vernieuwing lag me wel. Ik voel me vooral een onderwijsman. Ik ben geen straatprediker, maar man van tweede contacten.”
Kerkelijk voegden ze zich bij de gemeente van Mataró, op zo’n 20 kilometer van hun woonplaats, waar ds. Coster sinds 2005 predikant is. De kerk behoort tot een klein gereformeerd kerkgenootschap, de Iglesias Reformadas Españolas (IRE). Ze heeft een zusterkerkrelatie met de Christelijke Gereformeerde Kerken en een zendingsrelatie met de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt.
Ds. Coster: „De IRE was in 1992 een zeer geïsoleerde kerk, waar vrijgemaakt gereformeerde en reformatorische invloeden botsten. Het was aanvankelijk niet duidelijk wat er van mij verwacht werd. Het leek me onjuist om vormen van de reformatorische traditie die mijns inziens niet wezenlijk waren, over te planten. Ik begreep dat we het midden van de evangelische beweging moesten opzoeken om nuttig te zijn voor de kerk in Spanje. Het leek ons niet verstandig om ons op te sluiten in een kerk waar het gereformeerde bijna sektarisch was.”
Het cursuswerk gaf Coster niet voldoende bevrediging Toen deed zich de mogelijkheid voor om les te geven op een aantal Bijbelscholen. De eerste was een avondschool in Barcelona, het Centro Evangélico de Estudios Bíblicos, gelieerd aan de Evangelische Alliantie. Sinds 1994 doceert ds. Coster er dezelfde vakken als op de IBSTE.
Ds. Coster verrichtte een aantal jaren werkzaamheden voor een zendingspost in Pineda de Mar, ten noorden van Mataró. De situatie in de gemeente van Mataró werd echter zo nijpend dat vanuit de synode van de IRE aan Coster gevraagd werd om samen met iemand anders verantwoordelijkheid te nemen voor de gemeente. Besloten werd om de evangelisatiepost Pineda de Mar te verenigen met de gemeente van Mataró.
Ds. Coster over de situatie bij zijn aankomst 25 jaar geleden: „We kwamen terecht in een situatie waarin er voor het werk van de SEZ geen duidelijke kerkelijke context was. We waren ook te slecht voorbereid om die te eisen. Toch zijn we langzaam in gegroeid in het kerkelijk leven. Op grond daarvan kon ik ook benoemd worden bij de scholen. Want wil je in Spanje op dergelijke scholen lesgeven, dan moet je eerst het vertrouwen van een kerk hebben. Dat vind ik een heel goed uitgangspunt.”
Context
Ds. Coster vindt het belangrijk om het gereformeerde gedachtegoed en de Spaanse cultuur met elkaar te verbinden. „Ik zeg tegen de achterban in Nederland dat ik werk in een evangelische context. Dat is de achtergrond van alle kerken die sinds de negentiende eeuw in Spanje zijn ontstaan.”
Hij wil gereformeerd zijn, in de zin van trouw aan de belijdenis. De vraag hóé gereformeerd hij is, krijgt hij zowel in Spanje als in Nederland. „Ik heb op beslissende momenten geantwoord: Ik ben bezig om het te leren en te worden. De gereformeerde wereld is zo complex dat je geen eenduidig antwoord kunt geven op die vraag. Hier ligt bijvoorbeeld mijn bezwaar tegen het calvinisme zoals dat vanuit Amerika geëxporteerd wordt. Ik wil me niet vastpinnen op hun zogeheten ”inerrancy” (foutloosheid, KvdZ) van de Schrift. Ik vind het heel belangrijk dat studenten hier in Spanje de belijdenisgeschriften kennen. Niet alleen de Angelsaksische, maar ook de Nederlandse. Ik gebruik ze daarom ook in de lessen systematische theologie.”
Toekomst
Ds. Coster is een duizendpoot. Hij is onder meer eindredacteur van En la Calle Recta, de Spaanstalige versie van het magazine van stichting In de Rechte Staat (IRS). Daarin schrijft hij uitgebreide theologische artikelen. De inhoud van het blad is dan ook heel anders dan die van de Nederlandse versie van het magazine, die vooral informatief is. Eén keer per jaar gaat ds. Coster naar Cuba, om daar enkele weken lessen te verzorgen. Verder preekt hij in uiteenlopende kerken in Spanje en houdt hij regelmatig lezingen voor kleine en grote gezelschappen.
Jacobine Coster voelt zich thuis in Spanje. Ze is in de kerk actief op verschillende terreinen, zeker sinds de kinderen het huis uit zijn en weer in Nederland wonen. ’s Zomers organiseert ze samen met haar man kerkdiensten voor Nederlandse toeristen, eerst in Pineda de Mar, nu in Toroella de Montgrí aan de Costa Brava.
Naast het geven van Nederlandse les leidt ze de zondagsschool in Mataró. Ook bezoekt ze als vrijwilliger van de Reclassering Nederland regelmatig Nederlandse gevangenen in Catalonië. „De meesten zitten vast vanwege drugshandel, met name vanuit Marokko, maar ook voor de import van xtc-pillen uit Nederland. De straffen in Spanje voor drugsdelicten zijn zwaar, soms zwaarder dan voor moord. Ik kom onder gevangenen vaak schrijnende gevallen tegen van mensen die gepakt zijn. Sommigen smokkelen kleine hoeveelheden en worden aan de douane verraden om de aandacht van grotere smokkelpartijen af te leiden.”
„We hebben de afgelopen 25 jaar geleerd om Spanjaard te zijn”, zegt ds. Coster. „We zijn best gehispaniseerd. Dat is eigenlijk vanzelf gegaan. We spraken thuis met onze kinderen altijd Nederlands, die daardoor zonder problemen drietalig –ook met het Catalaans– zijn opgegroeid.”
Is er straks een opvolger voor u in Spanje?
„Dat is vrij moeilijk omdat mijn werk is ontstaan vanuit eigen contacten. Het zou het mooiste zijn als iemand van binnenuit mijn taak kan overnemen.”
De familie Coster staat ervoor open dat haar werk wordt afgebouwd. Ds. Coster is proponent in de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) en heeft in 2012 kerkelijk examen afgelegd. Hij is dus beroepbaar in de PKN. „Een optie zou kunnen zijn dat ik een deeltijdfunctie vervul binnen een hervormde gemeente en daarnaast op bepaalde momenten in Spanje of Cuba werk verricht.” Ds. Coster wil er graag aan meewerken dat het werk van de SEZ daar meer wordt overgedragen aan de Cubaanse kerken.
Het feit dat alle zes kinderen het huis verlaten hebben –de laatste zes jaar geleden– begint ook zwaar te wegen. Jacobine: „We hebben bijvoorbeeld nooit een doopdienst van een van onze vier kleinkinderen kunnen meemaken.”
Ds. Coster: „Het is ook goed om het werk over te dragen aan iemand die jonger is. En soms zijn we echt wel een beetje moe van Spanje. De politieke onrust rond de onafhankelijkheid van Catalonië komt daar nog eens bij. Werken in Spanje: sommigen in Nederland hebben er geen flauw idee van wat het inhoudt. Wie weet in Nederland waar we al die jaren mee bezig zijn? Natuurlijk besef ik: we hebben hiervoor gekozen, maar meeleven doet ons altijd goed.”
Mevrouw Coster is ontroerd over wat ze op de IBSTE meemaakt. „Ik kwam pas een meisje op het toilet tegen dat tranen in de ogen en een volle neus had. Ik vroeg of ze verkouden was. Nee, zei ze, ik kom net van een les waar gesproken werd over zonden en heiliging. De zonden kwamen zo sterk op mij af dat ik daar echt last van had.”
Ds. Coster: „We hebben alle jaren studenten die op krachtige wijze bekeerd zijn, jongeren die volop in de wereld leefden en radicaal tot verandering zijn gekomen. Tegelijkertijd is het niveau van de opleiding intellectueler geworden, niet moeilijker, wel hoger. We beleven hier een spirituele vernieuwing en tegelijk zijn we dankbaar voor een ontzettend fijn en mooi directieteam.”
Dit is het eerste artikel in een serie over christenen in Catalonië (Spanje).
Kerkdienst in Mataró met 25 personen
Kerkelijk sloten Berend en Jacobine Coster zich 25 jaar geleden aan bij de gemeente van Mataró, op zo’n 20 kilometer van hun woonplaats, waar ds. Coster sinds 2005 predikant is. De kerk behoort tot een kleine gereformeerde denominatie, de Iglesias Reformadas Españolas (IRE).
Op een zondag in november gaat hij voor in de gemeente. De dienst begint om elf uur. Ds. Coster: „Het is altijd de vraag hoeveel bezoekers er komen. Spaanse christenen reserveren de zondag niet zo sterk voor de kerkdienst als Nederlanders.”
Ook de aanvangstijd is, zoals zo vaak in Spanje, flexibel. Er is één dienst per zondag. „We hadden eerst twee diensten”, zegt ds. Coster, „maar het bleek dat de leden kozen tussen een van beide diensten. Bijna niemand kwam twee keer.”
Nadat een ouderling de dienst opent met gebed preekt ds. Coster over de roeping van Abraham. Zijn vrouw houdt intussen voor twee kinderen zondagsschool. Aan het begin en eind van de dienst begeleidt zij de gemeentezang met klarinet, ondersteund door een keyboard.
Na de preek is er gelegenheid om na te praten. Voor de gemeenteleden is de kerkdienst een belangrijke ontmoetingsplek, naast de bidstond op woensdag. Met de ongeveer 25 kerkgangers, doorgaans van middelbare en oudere leeftijd, is de gemeente klein.
Ds. Coster: „Laten we eerlijk zijn: Voor Spaanse jongeren is onze dienst niet zo aantrekkelijk. We hebben weinig jonge leden, dús trekken wij ook geen jongeren aan. Maar vergeet niet dat het aantal protestanten in Spanje slechts 0,8 procent van de bevolking bedraagt. In grote steden als Barcelona en Madrid zijn er meer protestanten, maar ook daar groeien de kerken niet. Eerder is er teruggang. Kerken die wel groeien, doen dat ten koste van andere.”