Al sinds haar vijftiende is Keziha Napitupulu (nu 22) internationaal student. In haar thuisland Indonesië ging ze alleen naar de basisschool; voor de middelbare school vertrok ze al naar Singapore. Zelf haalt ze haar schouders erover op. „Ik zat niet alleen op een kamer, maar gewoon met vrienden in een huis. Elk jaar ging ik terug naar mijn ouders en familie.”
Na Singapore settelde Keziha zich in Nederland voor een studie internationaal recht aan de Haagse Hogeschool. Nu volgt ze in Tilburg ”global management of social issues”. Een bachelorstudie die kennis vanuit de sociologie, politicologie, filosofie en rechtenstudies combineert, legt ze uit. „Doordat je problemen vanuit verschillende perspectieven bekijkt, leer je de wereld beter begrijpen. Zo heb ik vanuit de filosofie geleerd waarom er wetten zijn en vanuit de sociologie waarom mensen regels overtreden.”
De Indonesische koos voor het buitenland omdat ze meer van de wereld wilde ontdekken en zichzelf wilde ontwikkelen. En als dat ergens kan, is het Nederland, vertelt ze. „Iedereen is hier erg op zichzelf en dat maakt je snel zelfstandig. In mijn land staan mensen altijd klaar om je te helpen. De kans is groot dat je daardoor te veel op anderen gaat leunen. Je wordt sterker als je jezelf kunt redden.”
In Nederland is ook meer ruimte voor discussie en hoef je niet zo op je woorden te letten. „Indonesië is een moslimland; je moet voorzichtig zijn met wat je zegt over religie en cultuur.” Buiten de landsgrenzen hoorde Keziha verhalen die niet in de Indonesische geschiedenisboekjes te vinden zijn, waarin Indonesië als voormalige kolonie zwak wordt afgeschilderd. „De andere kant van het verhaal is taboe.”
Naast zelfstandigheid en meer inzicht in de ontwikkeling van haar eigen land heeft Keziha in Nederland geleerd om nee te zeggen. „In Indonesië is dat niet netjes; hier kan dat gewoon zonder dat je het helemaal moet gaan uitleggen.”
Inmiddels verstaat de studente de Nederlandse taal behoorlijk goed. „In de kerk geleerd”, lacht ze. Bij de Nederlandstalige dienst in de Nederlands-Indonesische gemeente in Tilburg die ze ’s zondags bezoekt, kan ze op de beamer de Engelse vertaling van de preek meelezen. „Helaas mis je dan wel de andere onderdelen en onverwachte voorbeelden.”
De studente heeft liever Brabant dan Den Haag. „Hier groeten mensen elkaar tenminste op straat. In Den Haag zeg je alleen je vrienden gedag.” Gastvrijheid en vriendelijkheid tegenover vreemden zijn wat haar betreft eigenschappen die Nederlanders sowieso van haar landgenoten zouden mogen overnemen. „In Indonesië lachen mensen naar vreemden. Dat mis ik hier weleens.”
Uitgereisd en uitgestudeerd is Keziha voorlopig nog niet. Ze heeft plannen om na haar studie in Tilburg een master te gaan volgen in Engeland. Nieuwe landen leren kennen, dat is ze nog lang niet zat.
Dit is deel 5 van een serie over internationale christenstudenten. Eerdere afleveringen hieronder.