Rekening van eierschandaal komt ten onrechte terecht bij pluimveesector
Een beestje van nog geen millimeter groot zorgt voor grote problemen in de pluimveesector. De vogelmijt –ten onrechte een luis genoemd– kost de sector jaarlijks zo’n 10 miljoen euro aan bestrijdingsmiddelen en productieverlies. Dit jaar kunnen de kosten wel een stuk hoger uitvallen nu er een bestrijdingsmiddel in omloop is dat niet is toegestaan.
Het lastige aan de vogelmijt is dat het diertje op vrijwel alle bedrijven voorkomt en zich heel moeilijk laat bestrijden. Bij gebrek aan beter gebruiken boeren er huis-tuin-en-keukenmiddelen voor zoals groene zeep, spiritus en knoflook, maar ook wel dieselolie en smeerolie. Duikt er dan ergens een middel op dat wél effectief is, dan ligt het voor de hand dat pluimveehouders daar snel op overgaan. Dat was ook het geval bij het middel van ChickFriend.
Intussen is echter gebleken dat hier –mogelijk door een Belgische toeleverancier– het insecticide fipronil aan is toegevoegd. Dat is effectief – maar niet toegestaan bij kippen. Het gevolg is dat nu 180 bedrijven ‘op slot’ zitten en hun eieren niet kunnen afzetten omdat ze mogelijk fipronil hebben gebruikt. Dat veroorzaakt veel onrust en roept allerlei vragen op.
Om te beginnen over deze pluimveehouders. Het is volstrekt onterecht dat ze nu in een kwaad daglicht geplaatst worden. Deze boeren handelden te goeder trouw, in de veronderstelling dat ze een legaal middel gebruikten. Ze bestrijden de bloedmijt mede uit oogpunt van dierenwelzijn: om de stress bij de hennen te voorkomen. Daarom is het wrang dat deze pluimveehouders nu de rekening gepresenteerd krijgen.
Hoe hoog die rekening uitvalt, hangt deels van de consument af. Intussen krijgt de kwestie veel aandacht van de media. Mensen reageren paniekerig, ruimen hun koelkasten leeg en mijden eierproducten. Consumenten verlangen 100 procent veiligheid, maar dat is een illusie. De onrust die nu ontstaat, lijkt daarom overdreven. Fipronil wordt ook gebruikt in vlooienbanden en als huidspray bij jonge katjes tegen vlooien. Het Voedingscentrum stelt dat er geen reden is tot ongerustheid, zelfs niet als iemand toch enkele eieren met fipronil gegeten heeft. Een hoogleraar voedingsleer noemt de onrust een storm in een glas water.
Een andere factor bij de hoogte van de rekening voor de pluimveehouder is de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit. Die toezichthouder blokkeerde de afgelopen twee weken een groot aantal bedrijven. Enerzijds is het terecht dat de NVWA maatregelen treft, want fipronil mág gewoon niet gebruikt worden. Maar de manier van ingrijpen lijkt hier buitenproportioneel. Het is bijvoorbeeld onverteerbaar dat de NVWA geen onderscheid wil maken tussen stallen die wel en niet behandeld zijn. Dat klemt temeer nu boeren zo lang geduld moeten hebben tot de uitslagen van de testen op fipronil bekend zijn.
Daar bovenop klonk dinsdag vanuit de NVWA ook het ongenuanceerde advies aan consumenten om maar even geen eieren te eten. Ook dat is overdreven, omdat er nu al geen enkel ei meer in de winkel te vinden is uit de geblokkeerde bedrijven. Juist in de penibele omstandigheden waarin de pluimveesector nu verkeert, is dat een verkeerd signaal.