Kerk & religie

Oproep bij congres over Open Brief: zet stap naar hereniging GKV en NGK

De pijn over de scheuring na de Open Brief van 1966, voorkwam tot nu toe hereniging tussen de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt (GKV) en de Nederlands Gereformeerde Kerken (NGK), aldus prof. dr. R. Kuiper, rector van de Theologische Universiteit Kampen. „Het is daarom tijd voor een paar korte klappen richting hereniging, in geloof en vertrouwen”, zo stelde drs. A. P. de Boer van de NGK vrijdag in Kampen.

Van onze verslaggever
28 October 2016 22:25Gewijzigd op 16 November 2020 08:02
Congres over 50 jaar Open Brief in de Nieuwe Kerk in Kampen. Rechts prof. dr. G. Harinck. beeld RD, Anton Dommerholt
Congres over 50 jaar Open Brief in de Nieuwe Kerk in Kampen. Rechts prof. dr. G. Harinck. beeld RD, Anton Dommerholt

In de Nieuwe Kerk in Kampen kwamen vrijdag zo’n 250 belangstellenden naar het congres ”Een steen op de maag”, over vijftig jaar Open Brief. Uit de scheuring die volgde op de publicatie ervan, ontstonden de NGK.



Kerkhistoricus prof. dr. G. Harinck noemde het conflict in de jaren 60 opmerkelijk, omdat het in tegenstelling tot de Afscheiding, Doleantie en Vrijmaking, nooit een naam kreeg die het doel onderstreepte. „Er kon geen positieve draai aan gegeven worden.” Opmerkelijk noemt Harinck –zelf lid van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt– ook de overeenkomsten tussen GKV en NGK. „Wij delen veel meer dan waarin we verschillen. Zaken zijn in de jaren 60 ten onrechte op de spits gedreven.”



Volgens historicus prof. dr. James Kennedy speelde het conflict in de GKV zich af tegen de achtergrond van een kerkelijk klimaat dat zich in West-Europa en Amerika ging richten op de oecumene. Toen ook de Gereformeerde Kerken in Nederland –de ‘synodalen’, waaruit de GKV voortkwamen– dat spoor opgingen, verloren de GKV een partij waarmee ze het neocalvinisme deelden, vulde Harinck aan.



Omdat ze in de Gereformeerde Bond in de Nederlandse Hervormde Kerk en de Christelijke Gereformeerde Kerken geen mede-hoeders van het neocalvinisme vonden, stonden de GKV als hoeders van het neocalvinisme in de jaren 60 alleen. Harinck: „De Vrijmaking die in 1944 kwam als een bevrijding, eindigde in isolement en verdediging.” Tegen die achtergrond werden trouw aan de belijdenis enerzijds en verdraagzaamheid richting de ander anderzijds, schibbolets.



De discussie over de koers in de GKV zette ook aan de Theologische Hogeschool in Kampen de verhoudingen op scherp, zo illustreerde Harinck. „Voor prof. J. Kamphuis was de omslag bij de synodalen het signaal dat consequenties getrokken moesten worden uit het sinds 1944 ingenomen kerkelijke standpunt. Hij trad op als een profeet. De ware kerk en de beweging van de doorgaande reformatie konden niet langer speerpunt blijven in het conflict met de synodalen, maar moesten het totaalconcept worden van de vrijgemaakte kerken.”



De Nederlands gereformeerde dr. G. van Dijk, die promoveerde op de theologische veelschrijver A. Janse uit Biggekerke, belichtte hoe de visie van Janse zichtbaar werd in de theologie van de Bredase predikant ds. B. Telder. Deze GKV-predikant werd geschorst omdat hij stelde dat Gods kinderen na hun sterven in een zielenslaap verkeren tot de oordeelsdag. Volgens dr. Van Dijk is Nederlands gereformeerden later wel verweten dat zij allemaal in de zielenslaap geloofden. „Die karikatuur is een voorbeeld van de splinters die in elkaars oog werden gezien.”



Dr. Van Dijk pleitte voor het bespreekbaar maken van splinters en balken die in andermans ogen worden gezien. „Hoe dichter NGK en GKV elkaar naderen, hoe meer oog voor elkaars pijn. In gefedereerde of gefuseerde kerk zullen er meer versies van verhaal blijven bestaan. Ziende op Christus moeten we er overheen kijken. Bovendien hebben we elkaar nodig om theologisch tot ons recht te komen in het verbond. De vraag wat de plaats is van ervaring, bevinding, in het verbond, daar was het Janse om te doen. Als Christus terugkomt zijn alle raadsels van leven en dood, lichaam en ziel opgelost, dan zullen we hem zien zonder splinter in het oog of steen op de maag. Wat zou het mooi zijn als we in de geest van Christus nu al splinters kunnen verwijderen. Daarvoor is geloof nodig en ook hoop en liefde. ”



Dr. A. P. van Langevelde, die vorig jaar promoveerde op het leven en werk van prof. dr. C. Veenhof, hield met de Open Brief als inspiratiebron een hartstochtelijk pleidooi voor het ruimte geven aan verschillen in de kerk. Hij verwees naar 1 Korinthe 3, waar Paulus spreekt over het omgaan met het eten van aan afgoden geofferd vlees, en naar een sterk en een zwak geloof in 1 Korinthe 8. In het daarvan door hem afgeleide ”bouwmaterialenmodel” en ”offervleesmodel” ligt voor hem de sleutel in het omgaan in de kerk met geschilpunten rond liturgie, de vrouw in ambt, homoseksuele relaties in liefde en trouw en de vraag hoe moet worden omgegaan met verschillende visies op de kinder- en volwassendoop. Van Langevelde: „Het kan wijs zijn om verschillen te aanvaarden, het is een illusie dat we er snel met elkaar uitkomen op deze punten.”



Redacteur Durk-Jan Bolt van de kritische website eeninwaarheid.info, vroeg zich af waarom de lijn van prof. J. Kamphuis, één van de hoofdrolspelers in het conflict in de jaren 60, door geen van de sprekers werd verdedigd. Hij noemde het betoog van Van Langevelde eenzijdig. Harinck, één van de dagvoorzitters, stelde dat de sprekers niet op hun kerkelijke standpunt zijn geselecteerd, maar op hun inhoudelijke kennis.



Kerkhistoricus prof. dr. E. A. de Boer van de Theologische Universiteit Kampen wees erop dat menige hoofdrolspeler in het conflict zijn archief uitdunde. Dat maakt het lastig om allen gelijke aandacht te geven.



Op basis van wat er geschrapt is uit de concept­versie van de Open Brief, stelde prof. De Boer dat de schrijvers rekening hielden met het feit dat de brief een splijtzwam kon worden. Anderzijds was er volgens hem ook sprake van een „grondige en strategisch voorbereide actie” bij het weg­zenden van ds. B. J. F. Schoep –schrijver van de Open Brief– op de generale synode in 1967. Hierdoor nam de scheuring grotere vormen aan. Hij citeerde ds. H. van Ommen, die destijds stelde dat de synode daarmee een oordeel velde over de Open Brief. „Een oordeel dat een jachtakte vormde met verlof tot vrij schieten op ondertekenaars.”



Prof. De Boer haalde prof. D. Deddens aan, destijds synodepreses, die in 1995 nog constateerde dat de gang van zaken op de synode in 1967 kerkrechtelijk juist was geweest. Dat moge dan zo zijn, aldus de kerkhistoricus, maar zonder communicatieve zorgvuldigheid kan het ook lijken op kille chirurgie.”



Rector prof. dr. R. Kuiper van de Theologische Universiteit Kampen maakte in zijn toespraak een gebaar richting de 14 studenten die in 1967 de onderwijsinstelling moesten verlaten, omdat de universiteit van hen een attest eiste van een kerkenraad die de Open Brief verwierp. De meesten van hen zijn nog in leven. „Onlangs sprak ik vijf van de veertien. Ik heb geluisterd. Ik heb ook gezegd iets te doen om herstel van contact en heling mogelijk te maken. Daarvoor is ook ontmoeting nodig met de nog in leven zijnde studenten van toen. Een aantal van hen heeft gezegd dat dat voor hen ook belangrijk is. Daarmee geven we aan dat we oog hebben voor de pijn die ze hebben ervaren.”



Kuiper sprak de hoop uit dat ontwikkelingen naar hereniging van GKV en NGK „de komende jaren snel gaan. Terugblikken op de Open Brief draagt daaraan blij. Ik weet niet of het nodig is om na 50 jaar te komen tot een gezamenlijke interpretatie van de Open Brief. Dat is 50 jaar geleden al niet gelukt. De angst op de achtergrond was dat de buitenverbanders dezelfde vrijzinnige richting opgingen als de synodaal gereformeerden. Het feit dat dat niet is gebeurd, geeft te denken. Ook voor de buitenverbanders was de Vrijmaking iets onopgeefbaars. De verwantschap die je voortdurend merkt, de geloofsbeleving en de concentratie op de Schrift, had wellicht eerder tot eenheid kunnen leiden. De pijn over de scheuring heeft ervoor gezorgd dat dat tot nu toe niet is gebeurd.”



Drs. A. P. de Boer, oud-voorzitter van de landelijke vergadering van de NGK, riep GKV en NGK ertoe op vaart te maken met hereniging. „Zorg dat predikanten over en weer kunnen preken. Schrap rare beperkingen. Zorg dat predikanten over en weer beroepbaar zijn. Dat kan een krachtig signaal zijn dat we elkaar kunnen vertrouwen.”



In 2017 vergadert de GKV-synode van Meppel waarschijnlijk in conferentieoord Mennorode in Elspeet, terwijl de landelijke vergadering van de NGK acht kilometer verderop bijeenkomt in Nunspeet. De tijd van schriftelijk aftasten of er toenadering mogelijk is, moet volgens De Boer worden afgerond. „Ga samen bidden, zingen, eten, en wandelen in de bossen tussen Nunspeet en Elspeet. Proef elkaars hart. En zet dan een beslissende stap.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer