Zonder ondertekening duurt CETA alleen wat langer
Zeven jaar hebben de Europese Unie en Canada met elkaar onderhandeld over het vrijhandelsverdrag CETA. Donderdag staat in Brussel de officiële ondertekening gepland. Maar het kleine Wallonië ligt dwars.
Wat is CETA precies?
Het Comprehensive Economic and Trade Agreement (CETA) is een verdrag dat bedoeld is om de handel tussen de Europese Unie en Canada te bevorderen door regels te vereenvoudigen en invoerheffingen af te schaffen. Het verdrag gaat verder dan klassieke vrijhandelsverdragen: er staan ook afspraken in over investeringen, erkenning van elkaars standaarden, intellectueel eigendom en arbitrage bij geschillen tussen bedrijven en overheden. De twee partijen hebben er vanaf 2009 aan gewerkt. In 2014 werd de ontwerptekst openbaar gemaakt. Na de ondertekening kan het verdrag dit jaar van kracht worden.
Wat zijn de beoogde voordelen van het verdrag?
Bedrijven kunnen hun producten gemakkelijker naar Canada exporteren. Dat levert meer winst en werkgelegenheid op. De ver- wachting is dat het verdrag de EU jaarlijks 12 miljard euro voordeel oplevert. Nederland zou er 1,2 miljard aan verdienen, heeft minister Ploumen (Buitenlandse Handel) gezegd. Natuurlijk krij- gen ook Canadese bedrijven meer toegang tot de Europese markt. De Europese consument profiteert daarvan doordat sommige producten goedkoper worden.
Wie maken bezwaar tegen CETA en waarom?
Tegenstand komt onder meer van antiglobalisten en natuur- en consumentenorganisaties. Zij hebben tegen CETA dezelfde bezwaren als tegen TTIP, een vergelijkbaar verdrag waarover de EU met de Verenigde Staten onderhandelt. Europa zou gedwongen worden slechtere standaarden te accepteren op het gebied van onder meer consumentenbescherming, voedselveiligheid, milieu en arbeidsrechten. Multinationals krijgen te veel macht, kleine bedrijven in Europa kunnen de concurrentie niet meer aan en ons rechtssysteem dreigt te worden uitgehold.
Zijn die bezwaren steekhoudend?
Dat is de vraag. Angst voor onveilig voedsel lijkt eerder op emoties dan op feiten gebaseerd. De regels op dit gebied zijn in Canada minstens zo streng als in Europa. En wat de concurrentie voor kleine bedrijven betreft, dit geldt zeker niet voor alle sectoren. Kleine bedrijven hebben trouwens ook zonder CETA soms moeite om het hoofd boven water te houden.
Wat het rechtssysteem betreft, hierbij richt de kritiek zich op het arbitragesysteem waarin CETA voorziet. Ondernemingen die vinden dat ze schade lijden door maatregelen van nationale overheden, kunnen een beroep doen op een soort tribunaal met onafhankelijke rechters. Dit systeem staat los van de nationale rechtbanken en tegen de uitspraak ervan is geen beroep mogelijk. Critici plaatsen steeds vraagtekens bij de onpartijdigheid van de arbitrage. De arbiters zijn specialisten met een commerciële achtergrond. Advocaten zouden dubbele belangen hebben en het proces is niet zo transparant als een gewone rechtszaak, omdat er soms bedrijfsgevoelige informatie op tafel komt.
Waarom zijn de Walen als enige tegen?
De Walen herhalen de hierboven genoemde bezwaren. Maar hun verzet heeft de schijn van politiek opportunisme tegen. De Waalse socialistische partij PS, tot voor kort voorstander van het handelsverdrag, voelt de hete adem van de marxistische PTB –verklaard tegenstander van handelsakkoorden– in de nek en zou om die reden nu dwarsliggen. De federale Belgische regering kan echter alleen tekenen als alle regio’s, dus ook Wallonië, daarmee instemmen.
Welke oplossing is er mogelijk?
Bij het verdrag kan een apar- te verklaring komen die de bezwaren van de Walen moet wegnemen. CETA is in ieder geval niet definitief van tafel als de ondertekening donderdag niet doorgaat. Er zal dan verder onderhandeld worden om de Walen alsnog over de streep te trekken.