Behoudende niet-geregistreerde baptisten gaven bewust geen stemadvies voor het Oekraïnereferendum vorige week, stelt Filip Uijl.
Vorige week hebben alle kiesgerechtigde Nederlanders kunnen stemmen over het associatieakkoord met Oekraïne. Er zijn in deze krant veel opiniebijdragen gepubliceerd. Allerlei meningen werden daarin verkondigd. Eén geluid ontbrak. Dat geluid wil ik, bewust na de verkiezingsdatum, alsnog laten horen. Het is de stem van de niet-geregistreerde baptisten. De grootste concentratie gemeenten van deze gemeentebond bevindt zich in Oekraïne en Centraal-Rusland.
In een beschouwende bijdrage in het RD van 2 april wordt gesteld dat behoudende baptisten ons vroegen om voor het verdrag te stemmen. De niet-geregistreerde baptisten horen echter niet bij deze vragenstellers. Toch zijn zij wel te typeren als behoudende baptisten. Zij zullen trouwens de laatsten zijn die ons een stemadvies gegeven zouden hebben. Niet om voor te stemmen, niet om tegen te stemmen en evenmin om strategisch thuis te blijven. De reden daarvan is dat ze zich principieel niet met politiek bezig willen houden en daarom niet stemmen.
De niet-geregistreerde baptisten zien een strikte scheiding tussen kerk en staat. Daarnaast zijn de landelijke politiek en de wereldpolitiek vol leugen en bedrog. Daar kun je als christen, volgens hen, het beste maar zo ver mogelijk vandaan blijven. Pavel Mescherin, voorganger van een grote baptistengemeente, wijst het stemmen bij verkiezingen zelfs af: „Door te stemmen maken we ons verantwoordelijk voor de daden van de regering. Doet de overheid iets fout, dan doet ze dat mede door ons.”
Tijdens bezoeken van voorgangers van de genoemde baptistengemeenten aan Nederland krijgen zij regelmatig de vraag hoe ze denken over Poetin, Porosjenko, de inname van de Krim en de oorlog in het oosten van Oekraïne. Daarover hebben ze best hun opvattingen. Velen hebben zelf geleden onder het oorlogsgeweld in Oost-Oekraïne.
Het is opmerkelijk om te zien dat vertegenwoordigers van deze bond van gemeenten uit beide landen hetzelfde geluid laten horen. Ze geloven dat God hun land regeert door hun president. Die willen zij gehoorzamen in alle zaken die niet tegen Gods Woord ingaan. Niet zozeer omdat ze voor hem gekozen hebben of omdat ze hem goed vinden. „Alle macht komt van God”, zeggen ze met Pavel Mescherin. „De Bijbel leert ons elke overheid van elke kleur dan ook te aanvaarden. Het zij ook verre van ons dat we de overheid zouden tegenwerken.” Daarom willen zij hun overheid eren.
Deze positie zorgt ervoor dat broeders van hetzelfde huis, maar burgers van verschillende natiestaten, in hartelijke liefde samen kunnen komen. Ze hebben de broederschap lief, vrezen God en eren de koning (1 Petrus 2:17). Dat doen ze door elke vrijdag te vasten en te bidden voor de overheid. Zowel persoonlijk als in de samenkomsten. Zij geloven dat dat hun taak is.
Kortom, de niet-geregistreerde baptisten doen niet mee aan verkiezingen en hoeden zich ervoor stemadviezen tegen. Hoewel reformatorische Nederlandse christenen deze Slavische broeders en zusters in dit kader gemakkelijk doperse dwalingen verwijten, zijn ze ons in één ding tot voorbeeld. Ze zoeken met Abraham, Samuël en Daniël met bidden en vasten, op hun knieën, het heil van de stad, het land en de wereld.
De auteur is voorlichter bij Stichting Friedensstimme.