Opinie

Architectuur van kerk doet er wel degelijk toe

Er is op grond van de Bijbel heel wat te zeggen voor meer kunst en symboliek in de kerk, stelt Gert van Dam.

Gert van Dam
16 December 2015 09:22Gewijzigd op 29 January 2024 08:52
Foto: Exterieur van de kapel van het Jeroen Bosch Ziekenhuis te ‘s-Hertogenbosch. beeld Agnes Bomers
Foto: Exterieur van de kapel van het Jeroen Bosch Ziekenhuis te ‘s-Hertogenbosch. beeld Agnes Bomers

„Het is een levensgroot gevaar dat kerkgangers niet genoeg hebben aan de heerlijkheid van Christus alleen” (RD 10-12). Het is voorspelbare kritiek op het onderwerp architectuur in reformatorische kerken. Als reactie op het verwerpelijke vereren van beelden en Bijbelse symbolen ligt het voor de hand om naar de andere kant door te slaan en symboliek geheel als zinloos te bestempelen. Dat is echter onterecht. Hierdoor blijft een prominent Bijbels gegeven onderbelicht.

Bovendien, ons beroep op soberheid gaat ook niet op wanneer we, om maar iets te noemen, het hebben over de hoeden­parade binnen de reformatorische kerken. Overdreven aandacht voor hoeden –het zijn soms complete fruitmanden– is wel legitiem; aan het gebouw, dat we nota bene een godshuis noemen, mag nauwelijks aandacht worden besteed. Daarnaast is het zo dat soberheid, symboliek en esthetiek elkaar niet per definitie uitsluiten.

De kerk is een plek waar men samenkomt om te luisteren naar wat God ons te zeggen heeft. Het is bovendien een plaats om te bidden tot God. Voor stille tijd mét God. Dat zou voor iedereen reden moeten zijn om naar de kerk te willen gaan. Niet een paar uurtjes per zondag, maar de hele week door.

Werkbeschrijving

In de Bijbel staan veel passages waarin het gaat om architectuur en kunst. Wat zou daar de reden van zijn? Denk bijvoorbeeld aan de uitvoerige beschrijving van de tabernakel- en tempelbouw. De materialen, de maatvoering, alles wordt gedetailleerd weergegeven. Ook vinden we bijvoorbeeld werkbeschrijvingen van de ark, de tafel der toonbroden, altaren, de gouden kandelaar en zelfs de kleding van de (hoge)priester. En dan zwijg ik nog over de uitvoerige ‘architectonische’ beschrijving van de nieuwe hemel en de nieuwe aarde in het Bijbelboek Openbaring.

Dit staat allemaal toch niet in de Bijbel om christenen in 2015 te laten zeggen: „Gelukkig hoeven wij niets te doen met symboliek en esthetiek in de kerk, want met de komst van Christus is alles vervuld. Het scheelt ons bovendien tijd en geld. En gaat het tenslotte niet om het Woord?”

Ik denk dat veel architecten en ontwerpers inspiratie kunnen halen uit de ontwerpvoorbeelden en beeldspraak die we tegenkomen in de Bijbel.

In de gereformeerde gezindte wordt, vaak terecht, een verschil gemaakt tussen het Oude en het Nieuwe Testament. Ondertussen zijn we misschien wel iets te selectief als het gaat om welke oudtestamentische voorschriften en voorbeelden we nog wel handhaven en welke we als vervuld beschouwen en daarmee buiten onze kerkmuren houden.

Koningin van Scheba

Toen de koningin van Scheba bij Salomo op bezoek kwam, stond zij versteld van het huis van Salomo en de tempel die hij voor God gebouwd had. „Toen zij alle wijsheid van Salomo zag, en het huis dat hij had gebouwd, het voedsel op zijn tafel, hoe zijn dienaren aanzaten, hoe zijn bedienden klaarstonden, hun kleding, zijn schenkers, zijn brandoffers, die hij bracht in het huis van de Heere, was zij buiten zichzelf” (1 Kon 10:4-5). De architectuur, etiquette, kleding et cetera moeten overweldigend zijn geweest. Waar leidde het toe: „Gelooft zij de Heere uw God!” 
(1 Kon. 10:9).

Dit Bijbelgedeelte maakt duidelijk waarom meer aandacht voor esthetiek en symboliek in de kerkarchitectuur helemaal niet verkeerd zou zijn. De koningin van Scheba bezocht Salomo niet in de eerste plaats vanwege de God van Salomo, maar om zijn wijsheid. De wijsheid van Salomo bleek onder andere uit de vorm­geving van zijn paleis en de tempel. Na het zien van al die wijsheid looft de koningin de Heere God.

Er zijn in Nederland steeds meer mensen die niet met het christelijk geloof zijn opgegroeid – net als de koningin van Scheba. Met het oog daarop mag er best iets uitgaan van een kerkgebouw. 
Dat kan bijvoorbeeld door symboliek in de architectuur. In 2015 hoeft dat niet meer wijzend op de komst van Christus, maar wijst dat wel op de macht van de God in Wie wij geloven en in Wiens Naam wij samenkomen in de kerk.

„Eén ding heb ik van de Heere verlangd, dát zal ik zoeken: dat ik wonen mag in het huis van de Heere, al de dagen van mijn leven, om de lieflijkheid van de Heere te aanschouwen (dat is: zien met de ogen, GvD) en te onderzoeken in Zijn tempel” (Ps. 27:4). En: „Heere, ik heb lief het huis waar U woont en de tabernakel, de woonplaats van Uw eer” (Ps. 26:8).

Zijn esthetiek en diepgang (symboliek) in de architectuur voor Gods woonplaats te veel gevraagd?

De auteur is interieurontwerper.

Meer over
Kerkarchitectuur

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer