APELDOORN. Volkswagen heeft gesjoemeld met de uitstoot van dieselmotoren, zoveel is afgelopen week wel duidelijk geworden. Toch is het verbazend wat er allemaal, met name in de media, geroepen wordt. Over zogeheten sjoemelchips, fraude in Europa en auto’s die opeens minder zuinig rijden. Alles wordt aan elkaar geknoopt. Tijd voor een beetje ontknoping.
Wie het nieuws over Volkswagen volgt, kan zomaar het beeld krijgen dat eigenaren van een Golf, Passat of Beetle met dieselmotor, in enorme stink- en milieubommen rijden. Voertuigen die vele malen meer verstikkende stoffen uitbraken en ook nog eens véél minder zuinig zijn.
Voor cynisch aangelegde consumenten is dit ‘heerlijk’ nieuws. Eindelijk krijgen ze na jaren van vermoedens dan tóch gelijk. Ze hebben het altijd al gedacht, dat hun auto véél minder zuinig was dan op de folder werd beweerd. En ziedaar: Volkswagen liegt en bedriegt alles aan elkaar.
Dat is toch zo?
Nee. Althans, niet als het gaat om verbruik. Het is onterecht dat dit onderwerp aan de huidige discussie wordt geknoopt. Verbruik staat namelijk los van uitstoot van stikstofoxiden (NOx) door dieselmotoren. Jawel, die verbruiksgegevens kloppen ook voor geen kant, maar dat heeft een andere oorzaak. Een oorzaak waar de autofabrikanten zelfs helemaal niets aan kunnen doen: de Europese Unie is al jaren bezig om de sterk verouderde testcyclus voor CO2 en verbruik te herzien.
Maar Volkswagen zit toch wel fout?
Puur juridisch gezien is dat alleen het geval in de Verenigde Staten. Dáár heeft VW inderdaad een regel overtreden: je mag het motormanagement niet bewust aanpassen om emissies gunstiger te krijgen tijdens een test. Maar zo’n regel bestaat in Europa niet en dus heeft VW hier wettelijk gezien niets verkeerd gedaan. Dat VW moreel gezien fout zit, staat buiten kijf. Trouwens, dat merken ze nu ook wel aan de imagoschade die deze kwestie veroorzaakt.
Waarom ontstaat er in Europa zoveel heisa als het om een Amerikaanse kwestie gaat?
Dat heeft vooral te maken met het onderbuikgevoel van veel consumenten. Nu Volkswagen gejoemeld blijkt te hebben met uitstootwaarden, denkt de consument: wat deugt er nog wél van mijn auto? Want als het ene niet deugt, zal het andere ook niet kloppen.
Het ís toch ook erg, dat auto’s veel meer schadelijke stoffen uitstoten dan gedacht?
Het is erg dat Volkswagen niet eerlijk is geweest. Maar of het in de praktijk ‘erg’ is, valt te bezien. Het gat tussen testwaarden en praktijkgegevens is al jaren bekend. Om een voorbeeld te geven: als de Nederlandse overheid gegevens wil over de luchtkwaliteit om daarop beleid te maken, baseert ze zich nooit op de waarden die in autofolders staan. Ze geeft dan opdracht aan onderzoeksbureau TNO om praktijktests uit te voeren met auto’s, om zo de werkelijke waarden boven tafel te krijgen. Hoeveel meer de Volkwagens, Audi’s en andere merken ook uitstoten, deze werkelijke waarden zijn bij de overheid allang bekend. En dus is het flauwekul om te zeggen dat we ‘opeens’ last hebben van véél meer schadelijke stoffen in de lucht.
Hoe zit het met die chip die Volkswagen heeft ingebouwd?
Dat is zo’n volgende knoop. Er is géén zogeheten sjoemelchip ingebouwd. Volkswagen heeft van een bepaalde motor, de 2.0 TDI die vanaf 2009 is geleverd en voor de Amerikaanse markt belangrijk is, het motormanagement aangepast. Dat is software, zoals een besturingsprogramma op de computer. Die software herkent wanneer de auto een testcyclus rijdt op een rollerbank.
Wat gebeurt er dan?
Nu moeten we voorzichtig zijn, want er is nog te weinig bekend over de werkelijke toedracht. Toch een aanname, een vermoeden. Het meest ‘eenvoudige’ en voor de hand liggende foefje is om tijdens de test kortstondig de hoeveelheid AdBlue in het uitlaatsysteem te verhogen. Deze chemische stof vormt bij voldoende temperatuur ammoniak, dat met NOx reageert tot onschadelijk stikstof en water. Dit is het zogeheten ECR-systeem dat Volkswagen onder de naam Clean Diesel in de VS op de markt bracht en zo dacht een miljardenmarkt voor diesels te hebben aangeboord.
En nu gaat Volkswagen auto’s terugroepen. Waarom?
Niet om een chip eruit te halen dus. Het concern haalt de eerder genoemde 11 miljoen auto’s terug om ze van nieuwe software te voorzien.
Wat wil Volkswagen daarmee bereiken?
Het is niet veel meer dan een oppoetspoging van het imago. Want software vervangen lost niets op, omdat met het motormanagement van de bewuste auto’s voor dagelijks gebruik helemaal niets mis is. Als VW alleen het stukje software verwijdert dat een testcyclus kan herkennen, zullen de diesels op de rollerbank meer NOx uitstoten en daarmee in ieder geval in Amerika niet meer verkocht mogen worden. En daarmee loopt het bedrijf miljarden dollars mis. Voor Europa gelden minder strenge normen, dus is het afwachten hoe de tests straks zullen uitpakken.
En voor de consument?
Voor VW-rijders verandert er niets. Behalve als Volkswagen besluit om de ‘testsoftware’ als maatstaf te installeren. Dan stijgt het verbruik van de stof AdBlue die in een apart tankje zit en dat alleen bij een onderhoudsbeurt bijgevuld mag worden. Daarmee stijgt het aantal onderhoudsbeurten en neemt de ontevredenheid van klanten toe. Want om de paar maanden naar de garage, dat vindt niemand leuk. Zéker een dieselende VW-rijder niet.