Toen Collin Hansen in 2006 door de Verenigde Staten toerde, viel hem op hoe populair het calvinisme was. Tien jaar later is er wat dat betreft weinig veranderd, zegt de Amerikaanse journalist. „Maar vroeg of laat zal duidelijk worden wie de calvinistische leerstellingen echt in de Schrift heeft teruggevonden en wie slechts met de beweging heeft meegelift.”
Hansen was de eerste die een opleving van het calvinisme ontwaarde. De journalist van het Amerikaanse tijdschrift Christianity Today publiceerde in 2008 het boek ”Young, Restless, Reformed” (Jong, rusteloos, gereformeerd), waarin hij verslag doet van de opmerkelijke opkomst van het calvinisme, vooral onder jongeren. Die zoeken houvast in Gods soevereiniteit, aldus Hansen, en verlangen ernaar de Bijbel te leren lezen, te begrijpen en in hun leven toe te passen.
Driscoll
We zijn inmiddels bijna tien jaar verder. De beweging van de ”new calvinists” is sinds die tijd enorm gegroeid, stelt Hansen. Dat is mede te danken aan het werk van The Gospel Coalition (TGC), een platform van gereformeerde theologen onder leiding van Don Carson en Tim Keller. De nationale conferentie van deze organisatie, de afgelopen dagen in Orlando in Florida, trok meer dan 6000 bezoekers uit 50 verschillende landen.
„Een jaar of tien geleden twijfelden veel mensen er nog aan of er werkelijk sprake was van een opleving van de gereformeerde theologie onder jonge evangelicalen”, zegt Hansen, hoofdredacteur van The Gospel Coalition. „Inmiddels vervult een groeiend aantal calvinistische leiders invloedrijke posities in veel theologische opleidingen, kerken en christelijke organisaties.”
De heftige discussies rond de persoon van Mark Driscoll vorig jaar hebben volgens Hansen juist geleid tot meer aandacht voor de inhoud van het nieuwe calvinisme. De voormalig predikant van Mars Hill Church, een snelgroeiende gereformeerde baptistengemeente in Seattle, stapte vorig jaar uit eigener beweging op na beschuldigingen van plagiaat, financiële wanpraktijken en dominant en intimiderend gedrag. Hij is inmiddels voor zichzelf begonnen, met de Mark Driscoll Ministries.
Dordt
Het nieuwe calvinisme is een brede beweging. Keller, predikant in New York, is presbyteriaan. Een aantal belangrijke woordvoerders is te vinden in baptistenkerken. Albert Mohler, president van het Southern Baptist Theological Seminary in Louisville, speelt al sinds 1993 een belangrijke rol in de opleiding en toerusting van de ”new calvinists”. En ook John Piper, vooral bekend door zijn boek ”Desiring God” (Verlangen naar God), is baptist. Zij onderschrijven de belangrijke calvinistische leerstukken, maar verwerpen de kinderdoop.
Wat de meeste ”new calvinists” met elkaar gemeen hebben, is dat ze de zogenoemde vijf punten van het calvinisme onderschrijven: de totale verdorvenheid van de mens, beperkte verzoening, onvoorwaardelijke verkiezing, onwederstandelijke genade en volharding der heiligen. Deze leer wordt in de Engelstalige wereld vaak samengevat met het woordje ”Tulip” (tulp), een acroniem voor Total depravity, Unconditional election, Limited atonement, Irresistible grace en Perseverance of the saints (zie kader).
Waar de aanduiding Tulip precies vandaag komt, is niet helemaal duidelijk. In ieder geval zijn de vijf punten van het calvinisme feitelijk te herleiden tot de vijf artikelen tegen de remonstranten (de Dordtse Leerregels) uit de zeventiende eeuw, al vormen ze daar ook weer geen samenvatting van.
Voor zover bekend, staat de vroegste vermelding van Tulip in een boek uit 1913. Daarin wordt op bladzijde 394 verwezen naar een lezing van ds. Cleland Boyd McAfee voor de algemene vergadering van de Presbyteriaanse Kerk in Atlanta in 1905. Het gebruik van Tulip nam sterk in populariteit toe door het boek ”The reformed doctrine of predestination” (Het gereformeerde leerstuk van de predestinatie) van Loraine Boettner, dat in 1932 voor het eerst verscheen.
Radicaal gereformeerd
In de Verenigde Staten is de discussie over de bruikbaarheid van het woordje Tulip nog steeds niet verstomd. Kenneth J. Stewart stelt in zijn boek ”Ten Myths About Calvinism” (Tien mythen over het calvinisme) uit 2011 dat het acroniem een twintigste-eeuwse uitvinding is. In de negentiende eeuw en daarvoor schreven Amerikaanse theologen regelmatig over de vijf artikelen tegen de remonstranten, en soms gebruikten ze ook wel de aanduiding „vijf punten van het calvinisme”, maar nooit verwezen ze naar de vijf Tulippunten.
Sommige theologen stellen een ander acroniem voor, soms om andere accenten te leggen in de manier waarop God zondaren redt. Zo kiest de Amerikaanse kerkhistoricus Timothy George voor het beeld van een roos in plaats van een tulp: Radical depravity (radicale verdorvenheid), Overcoming grace (overwinnende genade), Sovereign election (soevereine verkiezing), Eternal life (eeuwig leven) en Singular redemption (individuele verlossing) – Roses.
Anderen wijzen het gebruik van Tulip helemaal af, vaak omdat ze vinden dat het acroniem een beperkte weergave van het calvinisme biedt. De Amerikaanse hoogleraar Roger E. Olson schrijft in ”Against Calvinism” (2011) dat hij niet zozeer tegen de gereformeerde theologie is, maar van mening is dat de „radicale gereformeerde theologie van het nieuwe calvinisme van de ”young restless and reformed” niet representatief is voor gereformeerden en hun theologische tradities.”
Niet origineel
En ook Calvijn zelf „plantte geen Tulip”, stelt kerkhistoricus Richard A. Muller in het artikel ”Was Calvin a calvinist?” uit 2009. Geen enkele leerstelling is kenmerkend voor de theologie van Calvijn. Boeken met titels als ”Calvijns predestinatieleer”, ”Calvijns christologie” en ”Calvijn avondmaalsleer” lijken te suggereren dat de reformator een originele kijk op deze onderwerpen had, maar dat klopt volgens Muller niet. „We moeten onszelf eraan herinneren dat de enige echt originele theoloog die in de zestiende eeuw naar Genève kwam, Michael Servet was. Maar hij verliet Genève niet levend.” Calvijn wilde helemaal niet origineel zijn.
In feite heeft Tulip maar weinig te doen met Calvijn of het calvinisme, vindt Muller. Dat is volgens hem het duidelijkst te zien bij de ”L” van ”Limited atonement”: beperkte of particuliere verzoening. „Het is zeker dat Calvijn nooit over beperkte verzoening heeft gesproken.”
De term komt ook niet voor bij Dordt of in het taalgebruik van de gereformeerde of calvinistische orthodoxie in de zeventiende eeuw, stelt hij. Net als Tulip zelf is beperkte verzoening „een recente Anglo-Amerikaanse uitvinding.”
Muller waarschuwt dan ook: „Plant geen Tulip in je gereformeerde tuin.”
Goede nieuws
Veel andere theologen blijven echter Tulip gebruiken. Zoals John Piper, die er in 2013 een boekje over schreef. Hij beaamt dat de vijf punten van het calvinisme geen correcte samenvatting van de calvinistische leer zijn; ze vormen vooral een reactie op de arminianen, die anders dachten over de wijze waarop God zondaren redt. Maar dat betekent volgens de predikant niet dat het acroniem onbruikbaar is. De vijf punten van het calvinisme kunnen „de ervaring van Gods genade verdiepen en Hem eren door Zijn waarheid, die in de Schrift is geopenbaard, te begrijpen en te geloven.”
Ook Hansen benadrukt het belang van Tulip, omdat die volgens hem de leer van de Schrift weerspiegelt. „Deze punten geven niet alles weer wat je moet weten over God zoals Hij in de Schrift is geopenbaard. Maar ze helpen wel om enkele belangrijke leerstellingen samen te vatten. God zond Christus toen we dood waren in zonden. Hij gaf Zijn leven voor een Kerk die Hij voor het begin van de tijd had uitverkoren. Zijn Geest zal ons bewaren in deze genade, totdat Jezus wederkomt. Dat is goed nieuws!”
TULIP
Driestar educatief biedt vanaf morgen een Studium Generaleprogramma aan over het nieuwe calvinisme. Dr. J. M. Stolk, redacteur kerk en godsdienst bij het Reformatorisch Dagblad, geeft een inleiding op deze beweging. De hervormde predikanten ds. M. K. de Wilde (Nijkerk) en dr. M. Klaassen (Sliedrecht) spreken respectievelijk over Tim Keller (1 mei) en John Piper (22 mei). De bijeenkomsten vinden plaats van 19.45 tot 22.00 uur in het gebouw van Driestar educatief, Burg. Jamessingel 2 in Gouda.
De calvinistische leer wordt in de Engelstalige wereld vaak samengevat met het woord ”Tulip”. Wat betekent dat?
Total depravity. De totale verdorvenheid van de mens. „Uit de corrupte natuur van de mens komt niets anders voort dan hetgeen verdoemelijk is”, schrijft Calvijn ergens. De in zonde gevallen mens is totaal verdorven en kan zelf niets bijdragen om gered te worden.
Unconditional election. De onvoorwaardelijke verkiezing van zondaren door God. Alleen Gods eeuwige liefde en genade zij de oorzaak van het heil; niet de verdiensten of het geloof van een mens. Redding is alleen te vinden in Christus, als spiegel van de verkiezing.
Limited atonement. De beperkte ofwel particuliere verzoening door het bloed van Christus. Hij neemt door Zijn kruisdood de straf op de zonden weg. Degenen die God uit genade heeft uitverkoren, worden daardoor gered.
Irresistible grace. De onweerstaanbare genade waarmee God mensen tot Zich trekt. Wanneer Hij besloten heeft om iemand genadig te zijn, dan kan de mens dat niet tegenhouden. God geeft het geloof om Christus aan te nemen.
Perseverance of the saints. De volharding der heiligen. De mens kan de door God geschonken wedergeboorte niet ongedaan maken, al kan het geloof tijdelijk inzinken. Ware gelovigen zullen door Zijn kracht volharden tot het einde: de eeuwige heerlijkheid.
New calvinists één ondanks verscheidenheid, , Reformatorisch Dagblad (21 februari 2015)
„Evangelischen moeten oppassen voor nieuwe calvinisten”, Reformatorisch Dagblad (28 augustus 2014)
Leve het calvinisme? Nee, het is crisis, Reformatorisch Dagblad (15 mei 2013)
Waar al die nieuwe calvinisten vandaan komen (11 mei 2013)
Jong, rusteloos, gereformeerd, Reformatorisch Dagblad (30 april 2008)