FSC-bedrijven kappen bewust in tropisch regenwoud
Grootschalige ontbossing en uitputting door illegale houtkap bedreigen het tropisch regenwoud. FSC’ers kappen bewust in het oerwoud. Met oog voor mens en dier. En hart voor hout.
Jarenlang leven milieuorganisaties, vakbeweging en houthandel op voet van oorlog met elkaar. Activisten voeren in de jaren 80 van de vorige eeuw –met ronkende kettingzagen bij bouwmarkten– fel campagne tegen de aantasting van het tropisch regenwoud. ”Kappen met kappen”, luidt de eis.
Het tij keert, het gezonde verstand zegeviert. De twee kampen ontdekken dat hun belangen niet per se tegenstrijdig hoeven te zijn. Juist niet. Milieubeweging, vakbonden én houthandel slaan daarom de handen ineen.
In 1993 richten ze samen de Forest Stewardship Council (FSC) op, het eerste internationale keurmerk met strenge eisen voor duurzaam bosbeheer. FSC is wereldwijd in 53 landen vertegenwoordigd.
„Het keurmerk garandeert voor 100 procent dat FSC-hout uit verantwoord beheerde bossen afkomstig is”, legt hardhoutspecialist Albert Oudenaarden, commercieel directeur bij Van den Berg Hardhout in Lopik, uit. „FSC-bedrijven kappen met respect voor de lokale bevolking en de natuur.”
Het keurmerk stelt hoge eisen. „FSC-bedrijven laten bossen met een grote natuurwaarde met rust en ontzien kwetsbare bosgebieden. Zo is houtkap langs natuurlijke beekjes en steile hellingen verboden. Om erosie geen kans te geven.”
Zagerijen, houtverwerkende bedrijven en houthandelaren werken volgens een transparante, controleerbare aanpak, onder toezicht van onafhankelijke instanties. Door een zorgvuldige registratie kan het tropisch hardhout door de hele productieketen heen worden gevolgd. Van kap tot schap. „Van elke plank is de herkomst achteraf nauwkeurig te traceren.”
Bewuste houtkap komt het tropisch regenwoud ten goede. „Omzagen van oude bomen geeft jonge zaailingen een kans. Exploitatie is goed voor de toekomst van het bos”, legt Oudenaarden uit. Na het vellen van bomen volgens FSC-regels krijgt een perceel in het tropisch regenwoud 25 tot 30 jaar de tijd om zich te herstellen.
De regels zijn streng. „De houtkap mag de soortenrijkdom niet aantasten. Wij zagen bomen alleen om als er van één soort meer exemplaren staan. Bovendien mag er niet meer hout verdwijnen uit het bos dan er weer kan groeien.”
Ongecontroleerde houtkap kan de huishouding van de lokale bevolking danig verstoren, bijvoorbeeld van indianenstammen. FSC-bedrijven houden ook het belang van de plaatselijke bewoners in het oog. Sterker nog, de ”locals” profiteren van de houtkap.
„Het regenwoud krijgt door de FSC-aanpak economische waarde, ook voor de lokale bevolking. Zij kunnen niet alleen aan de slag in het bos, maar profiteren ook van de opbrengst.” Werknemers krijgen een vast loon en worden voorzien van schoon drinkwater, goede veiligheidskleding en medische voorzieningen.
FSC-hout en -papier vinden hun weg uiteindelijk naar de klant. Maar niet zonder slag of stoot. Te vaak en te gemakkelijk grijpen particulier en overheid naar niet-gecertificeerd hout. Nederlandse gemeenten willen vanaf dit jaar hun inkopen vooral duurzaam doen. Toch blijkt dat een kwart van de gemeenten geen actief beleid voert voor het inkopen van duurzaam hout, aldus recent onderzoek van het Wereld Natuur Fonds.
„Om een bijdrage te leveren aan de instandhouding van het tropisch regenwoud zouden overheden, waterschappen en bedrijven vaker een doordachte keus moeten maken voor FSC-hout”, zegt directeur Kees van den Berg van Van den Berg Hardhout. „Het is onze taak en plicht om tropische bossen, die we ook in Gods schepping hebben gekregen, te onderhouden en te bewaren.”
Dit is het tweede deel van een drieluik over houtkap in het tropisch regenwoud.
Volop illegaal hout
Bijna de helft (46 procent) van het bewerkte hout dat Nederland binnenkomt, is illegaal gekapt. Een verbod uit 2013 op de invoer van illegaal gekapt hout wordt op grote schaal overtreden, meldt de Wageningse stichting Probos, een kennisinstituut voor de duurzame ontwikkeling van bossen.
Nederland is in de Europese Unie de op drie na grootste importeur van bewerkte houtproducten. Bedrijven moeten kunnen aantonen dat het verwerkte hout hiervoor legaal is gekapt. De Wereldbank heeft becijferd dat er wereldwijd jaarlijks zeker 15 miljard euro omgaat in de illegale houthandel.