Buitenland
Hoop doet leven, ook in Jerevan

Het verzet tegen het Syrische bewind van president Assad is ontaard in een burgeroorlog met duizenden doden, gewonden en ontheemden. Kom over en help verleent noodhulp aan Syrisch-
Armeense vluchtelingen in Armenië. Vandaag: de toekomst.

Marie Verheij
De Syrisch-Armeense Sevan is met haar man en dochters uitgeweken naar de Armeense hoofdstad Jerevan. Beeld Kom over en help.
De Syrisch-Armeense Sevan is met haar man en dochters uitgeweken naar de Armeense hoofdstad Jerevan. Beeld Kom over en help.

Jerevan, een stad van 1,5 miljoen inwoners in een land van 3 tot 4 miljoen. Een stad met imposante gebouwen, met peperdure zaken in het centrum, maar ook met treurige grauwe woonblokken, gebouwd in het Sovjettijdperk, met gammele liften, betonnen traphuizen en stinkende stortkokers.

In dergelijke leegstaande complexen wonen ze vaak, met velen in één appartement: de vluchtelingen uit Syrië. Dat staat haaks op het beeld dat in het Westen heerst, namelijk dat vluchtelingen in kampen bivakkeren. Nu zitten ze daar ook wel: zoals de sjiitische Syrische vluchtelingen in Turkije – waar de UNHCR vijfsterrenkampen creëert.

Op elkaars lip

De werkelijkheid in Armenië is anders. De Syrisch-Armeense vluchtelingen die dit land binnenkomen, huren flats van familie of bekenden. Zo wonen Raffi (41) en zijn vrouw Valentina (32) met hun twee kinderen Haykam (14) en Sirli (12) in een stadje buiten Jerevan, Masis. Valentina’s zus Lusine (47), weduwe, woont hier ook, met zoon Victor (26) en dochter Martina (15). Ze zitten op elkaars lip: met zo velen in een kleine ruimte, dat kun je even volhouden maar niet lang. Ze zeggen het niet met zoveel woorden, maar het geeft natuurlijk spanningen.

Raffi en Valentina wonen nu in hun derde appartement, het goedkoopste sinds ze in Armenië zijn. Per maand betalen ze 30.000 dram (60 euro) voor een kleine woning op vijfhoog. Ze zijn inmiddels zes maanden in Armenië en kregen de ene teleurstelling na de andere te verwerken. Raffi is automonteur en popelt om aan de slag te gaan, wat niet lukt. „Er is hier geen werk voor ons.”

Valentina had een baantje in een bakkerij in Jerevan, dat ze kwijtraakte omdat de kosten voor het openbaar vervoer niet opwogen tegen de verdiensten.

Ze hebben een paar opties. „Onze eerste is de droom terug te gaan naar Syrië en daar ons eigen nieuwe appartement van maar liefst 110 vierkante meter te betrekken, dat we nog niet eens hebben kunnen bewonen. Plan B is ons huis in Kamishli te verkopen en van het geld hier een woning te kopen.” Raffi twijfelt. „Hoe kan ik mijn huis verkopen terwijl ik niet weet wat daar aan de hand is? In Syrië is het een anarchie.”

Zoals Raffi zijn er zo veel Syrische Armeniërs in Armenië. Sommigen wisten hun have en goed op de valreep te verkopen, anderen niet. Ze kwamen aan in de winter, in het bitterkoude Armenië. De één is gedesillusioneerd, de ander koestert nog een sprankje hoop. Ze kunnen gemakkelijk een Armeens paspoort aanvragen. „Je ziet echter dat de vrouwen en kinderen van een gezin dat doen, maar dat de man nog geen paspoort aanvraagt. Misschien wil hij proberen een ander land binnen te komen en dat is dan weer niet gemakkelijk als je een Armeens paspoort hebt”, zegt Kom over en helpcoördinator ds. Asatur Nahapetyan. Via baptistengemeenten, ondersteund door Kom over en help, ontvangen de vluchtelingen eten, stookmateriaal of kleding.

Bij Sevan (47) lijkt de moed in de schoenen gezonken. „Mijn man Aram heeft een trauma gekregen door de toestand in Syrië en de vlucht. We zijn onzeker over ons lot, het is zo verwarrend allemaal.” Echtgenoot Aram komt niet tevoorschijn. Hij leeft teruggetrokken in een kamertje en is zwaar depressief.

De enige die wat vrolijkheid brengt, is Sevans kraaiende kleinkind uit Amerika, het dochtertje van haar dochter die zeven jaar geleden met een Armeense jongen uit Amerika trouwde en nu in Californië woont. Ze is met man en baby naar Jerevan gevlogen om „bij de familie te zijn.” Ze schudt haar lange donkere haar naar achteren: „Het liefst zou ik hen willen meenemen naar Amerika.”

Studeren

Een ander verhaal bij Rita (42) en Karabed (48). Zij hebben vertrouwen in de toekomst, wat die ook brengen moge. De ogen van hun 16-jarige tweeling Tamar en Talar glinsteren. Ze serveren dunne plakjes appel en broodjes in de vorm van een hart. Er staat een foto van de tweeling op de kast: hun afstuderen aan de Armeense highschool in Syrië. Ze vertellen dat ze graag rechten willen studeren, in Jerevan. Vader Karabed: „We zijn voor onze kinderen hierheen gekomen. Op nummer één staan hun veiligheid en hun toekomst.”

„Onze identiteit doet ons overleven”, vertellen andere Syrisch-Armeense vluchtelingen. „We zijn trots op onze Armeense christelijke identiteit en dankzij ons geloof mogen we vertrouwen in de toekomst.”


serie Vluchtelingen

Dit is het vierde en laatste deel in een serie over het lot van ontheemden in Armenië die het geweld in Syrië zijn ontvlucht.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer