Waardevrij opvoeden is onmogelijk, reageert Kees Ritmeester op drs. M. A. Schouten (RD 15-12).
In de krant van gisteren reageert drs. M. A. Schouten op alle commotie op een zinsnede in de lesmethode ”Wonderlijk gemaakt”. In deze bijdrage wil ik graag reageren op zijn betoog.
Met Schouten deel ik het uitgangspunt dat er veiligheid in de school en in de klas moet zijn bij lessen seksuele opvoeding. Dit geldt zowel voor docenten als voor leerlingen.
Een belangrijk aspect van deze pedagogische veiligheid is dat opvoeders moeilijke, controversiële onderwerpen bespreekbaar maken. Als deze niet besproken worden in de klas mag je niet verwachten dat de jeugd met zijn (levens)vragen naar zijn opvoeders komt.
Dat is precies een van de redenen waarom ”Wonderlijk gemaakt” is ontstaan. In de huidige maatschappij is seksualiteit voortdurend en overal openlijk aanwezig. Seksualiteit wordt aangeboden als consumptieartikel en losgemaakt uit duurzame relaties van liefde en trouw.
Een school die zijn leer- en opvoedingsopdracht serieus neemt, besteedt daarom aandacht aan seksuele opvoeding. De kern van seksuele opvoeding wordt volgens mij gevormd door een positieve, open benadering van seksualiteit binnen de leefregel zoals God die geeft.
”Wonderlijk gemaakt” doet dit door de seksuele ontwikkeling van kinderen in te bedden in de algemene ontwikkeling en beschrijft de hierbij passende taak van de opvoeder.
Vanuit het totaalperspectief van de opvoeding (geen incidentele voorlichting over een los onderwerp) wordt er aandacht besteed aan allerlei onderwerpen die met seksualiteit te maken hebben zoals: media en seksualiteit, echtscheiding, loverboys, homoseksualiteit enzovoorts.
Vanzelfsprekend vraagt het gesprek dat hierover gevoerd wordt, om een goede pedagogische setting die gericht is op de vorming van leerlingen tot burgers, die in staat zijn om zelfstandig keuzes te maken. Van een docent vraagt dit hart voor kinderen en pedagogische fijnzinnigheid.
Bespreekbaar
Ik verschil van mening met Schouten over het feit dat hij waardevrije voorlichting propageert. Waardevrij opvoeden is in mijn optiek onmogelijk. Het bijzondere van de Nederlandse context kenmerkt zich juist door de grondrechten van vrijheid van godsdienst, van meningsuiting en van onderwijs.
De kracht van reformatorische scholen is dat ze een opvoedingscontext realiseren waarin gezin, school en kerk gezamenlijk optrekken. Dit geeft kinderen een stabiele basis om te kunnen groeien tot volwassenen die maatschappelijke verantwoordelijkheid kunnen en willen dragen.
Waarden en normen worden afgeleid vanuit de leefregel zoals God die in de Bijbel ons aanreikt. Concreet betekent dit dat waardering en respect voor ieder mens uitgangspunt is. Niet voor niets is de sleutelzin van de les rond homofilie in ”Wonderlijk gemaakt”: Ik mag al mijn naasten liefhebben als mijzelf. Dit geldt zeker ook voor de jongere met een homoseksuele gerichtheid.
Gezien de seksuele ontwikkelingsgang ligt er voor scholen in het algemeen en voor de scholen van voortgezet onderwijs in het bijzonder, de taak en de uitdaging om jongeren met levensvragen actief te ondersteunen. Dit door onderwerpen die ‘gevoelig’ zijn, waaronder homoseksualiteit, bespreekbaar te maken.
Jongeren met een homoseksuele gerichtheid moeten weten dat ze er mogen zijn en net als ieder ander hun plaats in de christelijke gemeenschap in mogen nemen. Hun moet de mogelijkheid geboden worden om het gesprek aan te gaan met mensen die echt en aandachtig willen luisteren.
Hier zal zeker nog winst te behalen zijn voor christelijke scholen. Het reformatorisch onderwijs wil zorgvuldig en eerlijk omgaan met het onderwerp (homo)seksualiteit en heeft daarom de Bijbelse visie op seksualiteit verwoord in de ”visienota (homo)seksualiteit in het reformatorisch onderwijs” van de VGS.
Buitengesloten
Schouten geeft in zijn betoog verder aan dat mensen die een homoseksuele relatie aangegaan zijn, de veiligheid van de reformatorische gemeenschap als een boemerang terug krijgen.
Hier ligt een belangrijk aandachtspunt voor christelijke en reformatorische scholen en kerken. Christenjongeren zoeken naar antwoorden op hun levensvragen in de omgeving waarin zijn opgevoed. Zoals er jongeren zijn die de keuze maken om een relatie aan te gaan en de gezindte te verlaten, zijn er ook jongeren met een homofiele gerichtheid die een bewuste keuze maken om met de homofiele gerichtheid te leven volgens de leefregels zoals God ons die aanreikt.
Als gemeenschap mogen en moeten wij er voor hen zijn. Jongeren die de keuze maken om wel een seksuele relatie aan te gaan, moeten voor zichzelf een moeilijke vraag beantwoorden. Hoe verhoud ik me tot de gezindte waar ik in ben opgegroeid en op welke manier kan ik daarin functioneren? Hopelijk ervaren zij hierbij dat ze als mens niet veroordeeld en buitengesloten worden.
De auteur is opleidingsmanager aan de Driestar Hogeschool en hoofdredacteur van de lesmethode ”Wonderlijk gemaakt”.