Ds. Oosten bij herdenking 40 jaar RD: Krant is geboren uit de gebeden
APELDOORN – Het leek, eind jaren zestig, een onmogelijke onderneming: een reformatorische krant realiseren. Maar het RD kwam er toch. „Er was bezieling, er was gebed, er was meeleven. We mogen ook zeggen: er was geloof, bij velen van Gods kinderen.”
In het kantoorpand te Apeldoorn herdacht de Erdee Media Groep (EMG) maandag tijdens een sobere bijeenkomst zijn veertigjarig bestaan. Ds. L. H. Oosten uit Driesum, voorzitter van de Stichting Reformatorische Publicatie (SRP, uitgever van RD en Terdege), leidde de gebruikelijke weekopening. In 1966 was hij betrokken bij de oprichtingsplannen voor het Reformatorisch Dagblad. Sinds 1980 is ds. Oosten voorzitter van de SRP.
De hervormde emeritus predikant mediteerde over Markus 9:50: „Het zout is goed; maar indien het zout onzout wordt, waarmede zult gij dat smakelijk maken? Hebt zout in uzelven, en houdt vrede onder elkander.”
„Veertig jaar RD, dat moet klein maken, en dat moet God groot maken”, zei ds. Oosten. „De oprichters van de krant hebben in het geloof aan deze krant gewerkt, in de overtuiging dat de God van de hemel het hun zou doen gelukken. We moeten niet alleen achteromkijken, maar ook vooruitblikken. Er is alle reden tot zorg, over de economische situatie van ons bedrijf, over onze missie, over het gehalte van onze boodschap in deze decadente en verworden tijd.”
Het kan niet zo zijn dat alleen gestreden wordt tegen verval van buitenaf. „Er is ook zo veel verval van binnenuit, want dat woont in ons aller hart. En daarom is vandaag de opdracht: „Houd dat gij hebt, opdat niemand uw kroon neme.” Dit gaat over waar geloof, geen verondersteld geloof, geen aangepraat geloof, maar geloof zoals dat wordt verwoord in zondag 7. Houd dat gij hebt. Maar, hébben we het ook, dit ware geloof? Hebben we Zijn Woord bewaard, niet alleen om uit te dragen onze samenleving in, maar ook om daarmee tot onszelf in te keren?”
Hebben wij zout in onszelf, in ons hart? vroeg de predikant. „Anders kunnen we geen zoutend zout zijn. Hoe zou het verder moeten als het RD zouteloos wordt, krachteloos wordt? Zonder oprecht hart kunnen we alleen maar wettisch zijn. Nodig is heiligmaking, dat vloeit voort uit Christus. Hij is, met eerbied gesproken, de zoutmijn waaruit wij hebben te putten. Een leven vanuit Christus bewaart voor zouteloosheid, flauwheid en lauwheid.”
Het RD is een geschenk uit Gods hand. „God weet wat de vrucht is geweest van veertig jaar Reformatorisch Dagblad. Wij weten dat niet. We weten wel wat onze roeping is: om een zoutend zout te zijn, en een lichtend licht. Dat mag wel dagelijks op de knieën brengen. Bij veertig jaar Reformatorisch Dagblad moeten we zeggen: als er iets goeds was, dan was het van de Heere.”