De NAVO gaf maandagavond een verklaring uit, waarin staat dat er geen bewijs is voor burgerslachtoffers tijdens het incident dat zich vrijdag voordeed in het Sangin-district in de uiterst onrustige zuidelijke provincie Helmand. Buitenlandse en Afghaanse militairen stuitten in Helmand en in de buurprovincie Kandahar op fel verzet van de talibanbeweging.

De Britse omroep BBC stuurde een Afghaanse verslaggever naar het getroffen dorp na het incident. Inwoners zeiden tegen de journalist dat ze 39 mensen, onder wie een aantal vrouwen en kinderen, hadden begraven na de raketaanval. De panden zouden onder vuur zijn genomen vanuit gevechtshelikopters.

Een woordvoerder van ISAF, de internationale troepenmacht die onder leiding staat van de NAVO, zei maandag dat militairen drie dagen eerder in het Sangindistrict betrokken waren geweest bij een schotenwisseling met de vijand. De plaats waar de burgerdoden zouden zijn gevallen, bevindt zich volgens hem honderden meters van de plek waar het vuurgevecht plaats had.

De NAVO heeft een onderzoeksteam naar het bewuste district gestuurd nadat geruchten over burgerdoden de kop opstaken. „We hebben geen bewijs gevonden voor burgerslachtoffers”, aldus de ISAF-zegsman, die stelde dat alle afgevuurde munitie is getraceerd.

In Afghanistan zijn circa 150.000 buitenlandse militairen gelegerd. De internationale troepenmacht is al vaker bekritiseerd vanwege burgerslachtoffers tijdens militaire operaties.

De website Wikileaks publiceerde zondag ruim 90.000 geheime documenten van het Amerikaanse leger over acties in Afghanistan in de periode 2004-2009. Daaruit blijkt dat veel incidenten waarbij burgerdoden vielen in het verleden niet in de openbaarheid zijn gebracht.

Duizenden Afghaanse burgers hebben in de afgelopen jaren de dood gevonden. Vaak waren talibanstrijders verantwoordelijk voor deze slachtoffers, maar de buitenlandse troepen en het Afghaanse veiligheidsapparaat hebben ook onschuldige doden op hun geweten.