Voordewind pleit al sinds februari voor een boycot van de openingsceremonie. „Het past onze bewindslieden niet daar feest te vieren terwijl elders in China christenen, kritische journalisten en mensenrechtenactivisten worden opgepakt en zonder eerlijk proces vastzitten.”

Het pleidooi van Voordewind heeft niet tot concreet politiek resultaat geleid. CDA, PvdA, VVD, PVV en SP vinden het goed als premier Balkenende en staatssecretaris Bussemaker van Sport op 8 augustus naar de Chinese hoofdstad Peking gaan. De openingsceremonie mijden werkt contraproductief, aldus die partijen en het kabinet. „China zal de deur dichtgooien, zodat Nederland helemaal geen kans meer heeft de mensenrechtenschendingen aan de kaak te stellen”, zei minister Verhagen van Buitenlandse Zaken woensdag.

Onzin, meent Voordewind. „Daar is nog nooit iets van gebleken, ook niet toen we eerder mensenrechtenconferenties organiseerden.” De spreekwoordelijke koopman heeft het gewonnen van de dominee, stelt hij. „De handelsrelatie met China gaat voor alles, ondanks de mooie woorden die Verhagen schrijft in zijn mensenrechtennotitie. De minister zet in op stille diplomatie, gesprekken achter de schermen. Maar dat vind ik een heel povere, heel armoedige uitwerking van zijn notitie. Geef nú juist een krachtig signaal.”

Het kabinet en coalitiepartij PvdA zijn „niet principieel”, stelt het CU-Kamerlid. „Ze kanten zich tegen een boycot, maar laten toch nog de deur op een kier staan om weg te blijven uit China als de mensenrechtensituatie daar in augustus is verslechterd. Maar hoeveel slechter dan nu moet het daar nog worden?”

Zijn inspanningen voor een boycot zijn echter niet zinloos geweest, meent Voordewind. „De discussie over de mensenrechtensituatie in China is aangewakkerd. We hebben er nu uitgebreid over gesproken. Ik heb gedaan wat ik vond dat ik moest doen.”