Onderzoek: Sleepnetvisserij kost veel zeedieren het leven
Elke in zee gevangen tong die bij de visboer of in de winkel te koop ligt, heeft 38 andere zeedieren het leven gekost. Dat blijkt uit analyses van de milieueconomen Ben Vollaard en Aart de Zeeuw. „Wij vinden dat mensen dit moeten weten.”
De twee onderzoekers, verbonden aan de Tilburg University, publiceerden de uitkomsten woensdag in vakblad ESB. Ze analyseerden monsters uit de vangst van kotters die met sleepnetten (boomkor) op platvis vissen en die meewerken aan het zogeheten monitoringsprogramma voor het Europese visserijbeleid. Deze gegevens combineerden ze met wat uit eerder onderzoek bekend is over de overlevingskansen van zogeheten ”discards”: ongewenste bijvangst die in zee wordt teruggegooid.
Per gevangen verkoopbare platvis (tong, schol, tarbot, schar, griet) komen 109 ongewenste zeedieren mee. Daar zitten ongewenste vissen bij, maar ook veel zeesterren en slangsterren, zee-egels, krabben en kreeften. Die overleven het verblijf in het net, het plotselinge drukverschil bij het omhooghalen en het uitzoeken aan boord vaak niet. Van de vis gaat gemiddeld 90 procent dood, van de andere dieren ruim 20 procent.
Weekvangst
Opgeteld komen bij de weekvangst van één kotter ongeveer 1,2 miljoen andere zeedieren in het net terecht, waarvan er 420.000 het leven laten, zo schrijven de onderzoekers.
„Ongelofelijke aantallen, die mij ook verrast hebben”, zegt Ben Vollaard. „Ik wist niet dat de hoeveelheid ongewenste bijvangst zo extreem groot is. Let wel, er is niks illegaals aan deze visserij, het mag gewoon. Maar ik denk dat iets vergelijkbaars op land niet getolereerd zou worden. Als bijvoorbeeld het schieten van één ree veertig andere dieren het leven kost, is het snel over met de jacht. Maar dit gebeurt op zee, buiten het zicht van iedereen.”
Wat was de aanleiding voor uw onderzoek?
„Ik heb eerder onderzoek gedaan naar het gebruik van binnenkuilen (extra net met verkleinde maaswijdte binnen in het normale net, TR) in de tongvisserij. Iedereen in de sector weet dat dit gebeurt. Ik ontdekte toen dat er ook veel gegevens zijn over ongewenste bijvangst en wat daarmee gebeurt, maar daar komt bijna niets van naar buiten.”
U gebruikt gegevens uit onderzoek voor het Europese visserijbeleid, waar kotters op vrijwillige basis aan meewerken. Is dat toegestaan?
„Natuurlijk, het zijn openbare gegevens. Het is juist de bedoeling dat die gegevens een beeld opleveren van de discards. Maar het viel me op dat die informatie niet verder bekend wordt. We hebben de gegevens van 83 monsters uit 2022 gebruikt. Dat is voldoende om een betrouwbaar beeld te krijgen.”
„Ik wist niet dat de hoeveelheid ongewenste bijvangst zo extreem groot is” - Ben Vollaard, milieueconoom Tilburg University
Waarom komt die informatie niet verder?
„Goede vraag, ik weet het niet. Dat de discards zo groot zijn, weet iedereen in de visserij, maar het grote publiek niet. Ik vind het belangrijk dat consumenten dit weten als ze een keuze maken bij de aankoop van hun eten. En de politiek, die het visserijbeleid vaststelt, moet ook van deze milieuschade op de hoogte zijn.”
In 2019 verbood de Europese Unie het vissen op tong met behulp van elektriciteit, de pulsvisserij. Levert uw analyse nieuwe kansen op voor deze techniek?
„De ongewenste bijvangst is met de pulskor veel kleiner dan met de boomkor, maar daarmee is het probleem nog niet weg. Misschien kunnen nieuwe technieken de situatie verder verbeteren. Toch zal bodemberoerende visserij altijd met zich meebrengen dat er veel andere dieren doodgaan. De vraag blijft of je dat wilt.”