Coalitie zet zich schrap voor advies Raad van State over asielwetten Faber
Laait de verdeeldheid in de coalitie over asiel komende dagen dan toch weer op? Dat zou kunnen. Binnenkort komt de Raad van State met zijn spoedadvies over de drie strenge asielwetten van minister Marjolein Faber (Asiel en Migratie).

Vrijwel uitgesloten is dat het hoogste adviesorgaan van de regering een dezer weken met een positief oordeel komt. Verschillende instanties, waaronder de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA), de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State en de Raad voor de Rechtspraak (RvR) lieten zich al eerder vernietigend uit over de wetsvoorstellen. Die laatste instantie verzocht de regering vorige week zelfs voor de tweede keer om twee van de drie wetsvoorstellen, de wet tweestatussenstelsel en de asielnoodmaatregelenwet, in te trekken.
Die laatste wet, waarin de permanente verblijfsvergunning wordt afgeschaft en de duur van een tijdelijke asielvergunning wordt teruggebracht van vijf naar drie jaar, gaat de werkdruk voor de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) en andere ketenorganisaties flink verhogen, vrezen de instanties. Zo moet de toch al zwaar overbelaste IND door het afschaffen van de permanente verblijfsvergunning en de verkorting van de termijn voor een tijdelijke verblijfsstatus, in het vervolg vaker gaan beoordelen of een status moet worden verlengd of beëindigd.
Substantiële verzwaring
Ook de rechtspraak krijgt het zwaar. Met de herinvoering van het tweestatussenstelsel kan een „zeer substantiële verzwaring van de werklast” worden verwacht, schreef de RvR eind vorig jaar in een advies.
Met het invoeren van het tweestatussenstelsel krijgt een asielzoeker die vlucht vanwege oorlog en geweld, een lagere beschermstatus dan iemand die aanklopt voor asiel omdat hij persoonlijk vervolging te duchten heeft, bijvoorbeeld vanwege zijn geloof. Voor vluchtelingen met een lagere beschermstatus worden onder meer de voorwaarden voor gezinshereniging nog verder aangescherpt. Gevolg daarvan is dat veel asielzoekers via de rechter alsnog zullen proberen een hogere beschermstatus af te dwingen. De prikkel om door te procederen was in 2000 een van redenen om het stelsel af te schaffen.
Onrechtsstatelijkheid
Tot nog toe sloeg de kritiek vooral op de negatieve, praktische gevolgen van Fabers wetten en niet zozeer op de onrechtsstatelijkheid daarvan. Grote vraag is of de Raad van State binnenkort dergelijke juridische bezwaren alsnog te berde brengt. Voor zulke bezwaren is met name NSC gevoelig. Zo dreigde Omtzigts partij in september vorig jaar nog het noodrechtplan te blokkeren als de Raad van State daarover een negatief oordeel zou vellen.
Maar anders dan in september 2024 heeft NSC zich nu niet vastgeklonken aan het oordeel van de Raad. „Ik wil niet vooruitlopen op wat we precies gaan doen bij bepaalde adviezen”, zei Tweede Kamerlid Diederik Boomsma (NSC) eind december nog tegen Kati Piri van GroenLinks-PvdA, die hem vroeg wat NSC gaat doen als de Raad met een negatief oordeel komt.
Boomsma beloofde wel dat zijn partij het advies „nauwkeurig” en „heel serieus” zal gaan bestuderen. „We zullen zien of er amendementen (wijzigingen, red.) nodig zijn”, aldus de NSC’er.
Confrontatie
Vraag is echter of zijn partij die ruimte überhaupt krijgt. De opstelling van Omtzigts partij verschilt namelijk nog steeds wezenlijk met die van coalitiegenoot PVV. „De asielwetten moeten snel en ongewijzigd worden ingevoerd”, postte PVV-leider Wilders vorige week nog op X. Oftewel: een tweede confrontatie tussen PVV en NSC over asiel valt bepaald nog niet uit te sluiten.