Kerk & religieBoek Liturgie

Hoe komen we aan onze formulieren voor doop, avondmaal en huwelijk? Acht theologen onderzochten het 

Trouwe kerkgangers kunnen hele stukken van de formulieren voor doop en avondmaal opzeggen. Maar die teksten hadden er heel anders uit kunnen zien. Het verhaal achter de gereformeerde Liturgie is complex; drukkers hadden zeker zo veel invloed als synodes.

6 December 2024 20:46Gewijzigd op 6 December 2024 21:24
Dr. mr. K.W. de Jong (l.) en prof. dr. W.H.Th. Moehn in de Grote Kerk in Hilversum. Prof. Moehn houdt een facsimile-uitgave vast van Datheens Psalmberijming uit 1566 met daarin zijn vertaling van de Heidelbergse Catechismus, liturgische formulieren en gebeden. beeld Ruben Schipper
Dr. mr. K.W. de Jong (l.) en prof. dr. W.H.Th. Moehn in de Grote Kerk in Hilversum. Prof. Moehn houdt een facsimile-uitgave vast van Datheens Psalmberijming uit 1566 met daarin zijn vertaling van de Heidelbergse Catechismus, liturgische formulieren en gebeden. beeld Ruben Schipper

Dé gereformeerde Liturgie (geschreven met hoofdletter om de uitgave van formulieren en gebeden te onderscheiden van liturgie als orde van eredienst) bestaat niet. Dat is de conclusie van vijf jaar onderzoek naar de liturgische formulieren en gebeden, aldus dr. mr. K.W. (Klaas-Willem) de Jong en prof. dr. W.H.Th. (Wim) Moehn, die de kar van het onderzoek trokken. Weliswaar deden verschillende synodes –vooral de Dordtse synodes van 1574 en 1618-1619– uitspraken over de Liturgie, maar een officiële kerkelijke editie kwam er nooit, stellen de twee onderzoekers.

Naast kerkvergaderingen waren het individuen, zoals Petrus Datheen en Gaspar van der Heyden, die invloed uitoefenden op het aantal formulieren en gebeden dat werd gedrukt en op de inhoud ervan. En drukkers, met hun commerciële belangen. Soms had zelfs de overheid een vinger in de pap. Verder is het gissen naar de oorzaken van de vele aanpassingen die tussen 1566 en 1639 –de tijdspanne die het onderzoek bestrijkt– werden gedaan.

Dr.mr. K.W. de Jong (r.): „We denken dat Nadere Reformatoren, zoals Jacobus Koelman, met hun pleidooi voor het vrije gebed ons het zicht hebben ontnomen op een cultuur van formuliergebeden.” Links prof. dr. W.H.Th. Moehn. beeld Ruben Schipper

Mijlpaal

In Hilversum vertellen dr. De Jong, universitair hoofddocent kerkrecht aan de Protestantse Theologische Universiteit (PThU, Utrecht) en predikant in de Protestantse Kerk in Nederland, en prof. Moehn, hoogleraar geschiedenis van het gereformeerd protestantisme aan de PThU en predikant van de hervormde wijkgemeente Grote Kerk te Hilversum, op een novembermiddag over hun onderzoek.

Zaterdag presenteren ze in Utrecht het boek ”De Nederlandse gereformeerde Liturgie 1566-1639”. Daarin wordt niet alleen het geschiedenisverhaal achter elk formulier en gebed verteld, maar is ook de kritische tekst ervan opgenomen. Hoewel het onderzoeksproject, dat in 2019 startte onder de naam ”Dynamiek van de klassieke gereformeerde Liturgie in de Nederlanden”, nog doorloopt, is de uitgave van het boek een mijlpaal.

Bij het onderzoek zijn ook prof. dr. Erik de Boer (Theologische Universiteit Utrecht (TUU)) en dr. Jaco van der Knijff (Theologische Universiteit Apeldoorn) betrokken. Bovendien leveren vier promovendi een bijdrage. Een van hen, Sam Zwemer, vertelde eerder in het Reformatorisch Dagblad over een uitgebreider avondmaalsformulier dat hij ontdekt had. Dr. De Jong had de uitdaging om het werk van de acht onderzoekers in de afgelopen jaren te stroomlijnen en de agenda streng te bewaken.

Aanleiding tot het onderzoek was een vraag aan dr. De Jong: „Doe je nog weleens wat met liturgie?” Hij had de deurklink al vast na een bezoek aan een collega-theoloog, toen deze die vraag aan hem stelde. Dr. De Jong besloot toen zijn onderzoek naar liturgie weer op te pakken. Al in 1998 publiceerde hij een artikel over het promotieonderzoek van zijn vader, dat deze vanwege zijn vroegtijdige overlijden nooit had kunnen afmaken. Dat ging over het doopformulier voor kinderen (zie ”Tijdens kerkdienst ruziën over doopvraag”).

Kwaliteit

De onderzoeksgroep vergeleek alle bekende uitgaven van de gereformeerde liturgische formulieren en gebeden in Bijbels en psalmboeken. Te beginnen in 1566, toen Datheen de eerste Nederlandse Liturgie uitgaf, vertaald vanuit de ”Kirchenordnung” uit de Duitse Palts en met invloeden vanuit de Londense vluchtelingengemeente. En tot 1639, want daarna kwamen er geen substantiële veranderingen meer voor, legt dr. De Jong uit.

Cover van het boek ”De Nederlandse gereformeerde Liturgie 1566-1639”. beeld Uitgeverij Verloren

Overigens zijn de nu gangbare Liturgie-edities van de Gereformeerde Bijbelstichting en van Jongbloed –die zijn trouwens onderling ook niet identiek– niet gebaseerd op 1639, maar op een negentiende-eeuwse uitgave door de gereformeerde hoogleraren F.L. Rutgers en H.H. Kuyper. Dr. De Jong: „Zij baseerden zich op een uitgave uit 1611, aangevuld met aanpassingen die vermoedelijk door de Dordtse Synode van 1618-1619 zijn gewild.”

In het boek staan de belangrijkste „tekstfamilies”, zoals de onderzoekers het noemen, van elk formulier en gebed parallel weergegeven. Honderden voetnoten verantwoorden tekstvarianten uit tussenliggende edities. Prof. Moehn had de taak dit werk, uitgevoerd door de verschillende leden van het onderzoeksteam, minutieus te controleren. „Bij de minste twijfel pakte ik de oorspronkelijke edities erbij. Dat is de kwaliteit die we willen leveren.”

„De inbedding in de kerkelijke praktijk is nog een grote vraag” - Prof. dr. W.H.Th. Moehn, hoogleraar PThU

Vervolgvragen zijn er genoeg. Graag zouden de theologen te weten komen hoe de formulieren en gebeden werden gebruikt. Prof. Moehn: „De inbedding in de kerkelijke praktijk is nog een grote vraag. Welke edities werden er meegenomen op de preekstoel? En de boekjes werden door kerkgangers gebruikt, dus ze raakten versleten. Welke uitgaven zijn daardoor verloren gegaan?”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer