Immigranten deporteren: Europa wil het, waarom gaat het niet lukken?
Wat een jaar geleden nog onbespreekbaar was, wordt nu serieus door EU-lidstaten overwogen: het deporteren van immigranten. Waarom gaat dat niet zomaar lukken?
Dat Den Haag stappen wil nemen om de asielmigratie in te perken, is merkbaar. In september verstuurde asielminister Marjolein Faber een brief naar de Europese Commissie –bewust verkeerd geadresseerd– om een opt-out –niet meedoen met de Europese Unie– op het asieldomein aan te vragen. Een maand later zei het kabinet te verkennen of in Nederland uitgeprocedeerde asielzoekers uit Afrika kunnen worden opgevangen in Uganda. En vanaf 9 december zullen voor zeker een halfjaar controles aan de Nederlandse grenzen gelden.
„We zijn het zat, we zijn het spuugzat!” vatte Geert Wilders het heersende mantra onder de kiezer na zijn verkiezingswinst een jaar geleden samen. Wat de Nederlander volgens de PVV-leider wil? „Dat er iets aan de asieltsunami wordt gedaan.” Volgens de Hongaarse premier Viktor Orbán zal door de toenemende migratie de „Europese beschaving” onherstelbaar veranderen. De joods-christelijke traditie staat onder druk, zo beweerde de Hongaarse premier in oktober in gesprek met journalisten in het Europees Parlement in Straatsburg.
Er waait een nieuwe wind door Europa. In Hongarije, Italië en Nederland zit radicaal-rechts in de regering en ook in het EP bezet rechts 187 van de 720 zetels. Dat werpt zijn vruchten af op het migratiebeleid, dat steeds beperkender wordt. Ook in landen waar radicaal-rechts nog niet meeregeert werpt het zijn schaduw af op het beleid. Zo hebben ook Duitsland en Frankrijk grenscontroles ingesteld.
Lift
Kijkend naar de cijfers valt op dat de totale migratie naar de EU na het einde van de pandemie weer in de lift zit. Vooral kennismigranten en arbeidsmigranten weten hun weg naar Europa steeds beter te vinden. De meeste personen die vorig jaar een verblijfsvergunning aanvroegen waren afkomstig uit Oekraïne (307.000), Wit-Rusland (281.000) en India (208.000).
Gaat het om asielzoekers, dan zijn het vooral Syriërs, Afghanen en Turken die naar Europa komen. In 2023 werd er door ruim 1,1 miljoen personen een asielaanvraag gedaan – deels door mensen zonder papieren. Na enkele jaren van toename nam de illegale migratie in de eerste tien maanden van 2024 echter met 43 procent af ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. EU-grenswacht Frontex detecteerde dit jaar circa 192.000 grensoverschrijdingen van mensen zonder papieren.
Taboe
Intussen wordt het Europese migratiebeleid steeds strenger. Op een EU-top in oktober spraken ten minste zeventien lidstaten hun steun uit voor een Oostenrijks-Nederlands voorstel om uitgeprocedeerde asielzoekers te deporteren naar terugkeerhubs –opvangplekken– buiten Europa. Op „alle niveaus wil de Europese Raad inzetten op het faciliteren en versnellen van terugkeer uit de EU”, vatte de slotverklaring van de top het in keurige EU-taal samen. „Als u denkt dat Trumps migratiebeleid extreem is, kijk dan eens naar de Europese immigratiestrategie”, kopte nieuwsmedium Politico na de top.
EU-leiders mogen de retoriek van de toekomstige Amerikaanse president Donald Trump achterwege laten, het voorgestelde beleid is wezenlijk niet anders. Een decennium na de zogenoemde vluchtelingencrisis in 2015 maakt Europa er werk van om de asielmigratie in te dammen. Niet alleen het deporteren van uitgeprocedeerde asielzoekers is geen taboe meer. Met het nieuwe Asiel- en Migratiepact , dat in 2026 ingaat, willen lidstaten ook kansarme migranten uit ”veilige landen” de toegang ontzeggen. ”Veiligelanders” komen bij aankomst in een versnelde procedure in „centra met beperkte bewegingsvrijheid” buiten Europa terecht.
Rwanda
Het uitzetten van migranten is echter nog niet zo eenvoudig. Pogingen van nationale regeringen om deportatiecentra in het buitenland op te zetten strandden vooralsnog. De voormalige conservatieve regering van het Verenigd Koninkrijk opperde het idee om asielzoekers op het vliegtuig naar Rwanda zetten. Maar dat plan stuitte op verzet van de rechter en ging na de verkiezingswinst van oppositiepartij Labour in juli definitief niet door. Nederland zei in oktober de mogelijkheid te onderzoeken om afgewezen Afrikaanse asielzoekers een enkeltje Uganda cadeau te doen. Maar ook van dat plan is intussen niets meer vernomen.
Italië voegde wel de daad bij het woord en heeft asielzoekers uit de ”veilige landen” Egypte en Bangladesh uitgezet naar Albanië. De zorgvuldig geselecteerde immigranten moesten in deportatiecentra in het stadje Gjadër en de haven van Shëngjin hun asielprocedure doorlopen, al bleef Italië wel eindverantwoordelijke.
Maar de rechter gooide roet in het eten. Het Europese Hof van Justitie oordeelde recent dat een land pas als veilig kan worden bestempeld als het hele grondgebied ook daadwerkelijk veilig is voor álle inwoners. De Italiaanse rechter merkte op dat Egypte en Bangladesh niet in het geheel veilige landen zijn. Volgens de rechtbank hebben de asielzoekers dus recht op een reguliere asielaanvraag in Italië. De Italiaanse regering mag dus niet asielzoekers uit Egypte en Bangladesh deporteren. Het resultaat: twaalf migranten hebben enkele dagen in Albanië vastgezeten. Totale kosten voor het project worden geraamd op 670 miljoen euro.
„Je mag niemand sturen naar een derde land waar een risico bestaat op mensenrechtenschendingen” - Annick Pijnenburg, universitair docent internationaal en Europees recht aan de Radboud Universiteit in Nijmegen
Foltering
Waarom het zo moeilijk is om asielzoekers te deporteren naar het buitenland? „Dat heeft in grote mate te maken met het principe van non-refoulement”, legt Annick Pijnenburg, universitair docent internationaal en Europees recht aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, uit. „Dat beginsel houdt in dat je niemand mag sturen naar een derde land waar een risico bestaat op ernstige mensenrechtenschendingen.”
Het principe van non-refoulement is vastgelegd in het Vluchtelingenverdrag van de Verenigde Naties, dat door alle EU-lidstaten is getekend. In dit verdrag worden ook aan vluchtelingen en andere asielzoekers bepaalde grondrechten toegekend. Aanvullend verplicht het Internationaal VN-Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten landen de burgerlijke en politieke basisrechten van personen te respecteren, waaronder het recht op leven, op vrijheid van godsdienst en op een eerlijk proces. Worden die rechten met het deporteren van migranten naar een derde land geschonden, dan handelt een land in strijd met de verdragen.
Veilig
EU-lidstaten hebben aanvullend te maken met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM), dat onder meer foltering, dwangarbeid en slavernij verbiedt en eenieder recht geeft op zaken als een eerlijk proces, vrijheid en leven. Anders dan bij de VN-verdragen kan het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) in Straatsburg lidstaten vervolgen vanwege het niet-naleven van de afspraken. Op 14 juni 2022 zou het eerste Britse vliegtuig met asielzoekers opstijgen richting Rwanda, maar dat werd tegengehouden door het EHRM met het argument dat het Afrikaanse land niet veilig is voor asielzoekers. Deels omdat het asielsysteem daar gebreken vertoont, maar ook omdat in Rwanda in het verleden mensenrechten zijn geschonden.
Zelfs al mogen migranten gedeporteerd worden naar een veilig land, dan nog bepaalt het bandencriterium in de Asielprocedurerichtlijn in het EU-recht dat ze moeten worden teruggestuurd naar een derde land waarmee een band bestaat. Dat betekent dat een migrant daar een aantal jaren heeft gewoond, of er familie woonachtig is. Een asielzoeker afkomstig uit Syrië kan dus niet naar Rwanda worden gedeporteerd. Ook onder de regels van het nieuwe Asiel- en Migratiepact van de EU blijft het bandencriterium vooralsnog gehandhaafd.
Zwitserland
Het deporteren van migranten is in veel gevallen dus niet haalbaar, omdat verdragen en de EU-regels vluchtelingen en asielzoekers het recht geven op asiel. Het uitbesteden van de asielprocedure aan het buitenland is in principe wél mogelijk. Mits het maar een veilig land is. Pijnenburg: „Stel, Nederland zou de asielprocedures uitbesteden aan Zwitserland. Dan zou het op het punt van veiligheid geen problemen opleveren. Maar Zwitserland zal nooit en te nimmer instemmen met het overnemen van asielzoekers.”
Succesvolle voorbeelden van het uitbesteden van asielprocedures zijn er nagenoeg niet, zegt Pijnenburg. Vaak wordt in dit verband de Australische aanpak genoemd. Australië heeft sinds 2012 een restrictief migratiebeleid om asielaanvragen op eigen grondgebied te voorkomen. Centraal staan pushbacks op zee en het vasthouden van mensen in detentiecentra op het eiland Nauru en op Manuseiland in Papua-Nieuw-Guinea. Pijnenburg: „Mensen worden daar vastgehouden in erbarmelijke omstandigheden: kinderen krijgen geen onderwijs, er is geen goede gezondheidszorg en er is veel psychische problematiek onder vluchtelingen. Verschillende personen hebben zelfmoord gepleegd. Is dat een goed voorbeeld?”
Vergelijkbaar beleid zou in de EU in strijd zijn met het EVRM. Het uitbesteden van asielprocedures aan het buitenland gaat sowieso in „tegen de geest van de verdragen”, zegt Pijnenburg. „Landen ontlopen daarmee hun verantwoordelijkheid om asielzoekers asiel te verlenen.” Het nieuwste voorstel van EU-leiders om uitgeprocedeerde asielzoekers te deporteren naar terugkeerhubs buiten Europa acht Pijnenburg „minder kwetsbaar”, al blijven er juridische, morele en praktische bezwaren.
„Als we migranten en vluchtelingen de basale mensenrechten gaan ontzeggen, dan doen we ook onszelf tekort”
Opzeggen
„Wie echt grip op asiel wil krijgen, moet minstens het VN-Vluchtelingenverdrag, het EVRM en het Kinderrechtenverdrag (VN-verdrag ter bescherming van kinderen, CB) opzeggen”, oppert opiniemaker op het vlak van migratie, Jan van de Beek, in zijn nieuwste boek ”Migratiemagneet Nederland. Mythen. Feiten. Oplossingen”. Is terugtrekken uit de verdragen een reële optie?
Nee, beargumenteert Pijnenburg. „Als we migranten en vluchtelingen de basale mensenrechten gaan ontzeggen, dan doen we ook onszelf tekort. Het verbod op foltering, de vrijheid van meningsuiting en het recht op privacy, mensenrechten waar iedereen bij gebaat is. Het zijn basisvoorwaarden voor het menselijk bestaan.”
De mensenrechtenverdragen zijn in het leven geroepen na de Tweede Wereldoorlog, legt de wetenschapper uit. „Dit nooit meer, was toen het adagium, nadat de wereld onder ogen zag wat onder nazi-Duitsland met de Joden was gebeurd. Met mensenrechten willen we waarborgen dat er nooit meer zoiets afschuwelijks gebeurt.”