Amnesty en andere ngo’s verlaten Hongkong: „Het is een gevaarlijke situatie”
In Hongkong voor mensenrechten opkomen is zelfs voor non-gouvernementele organisaties (ngo’s) te riskant geworden. Zij zijn massaal naar het buitenland verhuisd of hebben zichzelf opgedoekt.

Amnesty International zal een Hongkongs kantoor „in ballingschap” openen, zo kondigde de mensenrechtenorganisatie vorige week aan. Dit nieuwe kantoor is officieel geregistreerd in Zwitserland en wordt geleid door Hongkongse activisten die in het buitenland wonen. Amnesty zag zich in 2021 genoodzaakt om haar activiteiten in Hongkong te staken vanwege het steeds repressievere klimaat.
„De politieke situatie was zo deprimerend en repressief dat we ons werk daar niet langer konden voortzetten. Nu pakken we onze missie vanuit het buitenland weer op”, vertelt Fernando Cheung, bestuurslid van het nieuwe Amnestykantoor, aan Trouw.
Als voormalig parlementslid weet Cheung als geen ander hoe risicovol het is geworden om in Hongkong op te komen voor mensenrechten en democratie. In 2022 werd hij, op 65-jarige leeftijd, veroordeeld tot drie weken celstraf wegens minachting van de Wetgevende Raad. Zijn misdaad? In 2020 nam hij deel aan een protestactie van de oppositie.
Enkele maanden na zijn vrijlating vluchtte hij naar Canada. „Dat was een ontzettend moeilijke periode voor Hongkong”, zegt hij. „Ik stond op het punt met pensioen te gaan en toch werd ik vervolgd”, aldus Cheung, die zijn veroordeling politiek gemotiveerd noemt.
Moeilijke beslissing
Zelf kwam hij er nog vanaf met een relatief milde straf. Sinds de invoering van de draconische veiligheidswet in 2020 zijn talloze prodemocratische politici en activisten opgepakt. De wet verbiedt elke vorm van opruiing of ondermijning van de staat. De inhoud is expres vaag gedefinieerd en er staan zware straffen op: overtreders kunnen zelfs levenslang krijgen. De sfeer is zo verstikkend geworden dat de Democratische Partij onlangs besloot zichzelf op te heffen.
Niet alleen politiek Hongkong is hard getroffen. Honderden maatschappelijke organisaties hebben de deuren gesloten, zichzelf opgeheven of hun kantoor naar het buitenland verhuisd. „Deze trend onderstreept het verval van de vrijheid in Hongkong, ooit een stad waar inwoners volop deelnamen aan het politieke en maatschappelijke leven”, meent Cheung.
Ook de Duitse Global Innovation Hub, pleitbezorger van liberale waarden, besloot zijn deuren in Hongkong te sluiten. Anna Marti, die net zes weken aan de slag was in Hongkong, zag haar functie als nieuwe projectdirecteur van het Aziëkantoor verhuizen naar de Taiwanese hoofdstad Taipei.
„We vreesden dat de zogenaamde veiligheidswet onze collega’s en partners in Hongkong in gevaar zou brengen en daarom hebben we de moeilijke beslissing genomen om naar Taiwan te verhuizen”, vertelt Marti. „Ik zie geen democratische toekomst meer voor Hongkong. De stad is volledig opgeslokt door de Volksrepubliek China.”
Studentenleider
Toen de Britse kroonkolonie in 1997 werd overhandigd aan Peking, beloofde het Chinese regime dat Hongkong vijftig jaar lang tot op zekere hoogte zichzelf zou mogen besturen. Dit werd het ”één land, twee systemen-model” genoemd. Maar de Chinese Communistische Partij lijkt deze belofte inmiddels aanzienlijk te hebben ingeslikt.
In 2024 werd, na de vergaande veiligheidswet, ook de Verordening ter bescherming van de nationale veiligheid aangenomen. De nieuwe wetgeving maakte korte metten met de massale prodemocratische protesten die de stad maandenlang in hun greep hadden gehouden.
De wetten zijn bedoeld om vreedzame uitingen en burgermaatschappelijk activisme de kop in te drukken, middels zware straffen voor overtreders. De wet werd unaniem goedgekeurd door de Hongkongse Wetgevende Raad, die inmiddels enkel uit parlementariërs bestaat die door Peking zijn goedgekeurd.
De New School for Democracy wachtte niet langer op bewijs van het verval van de rechtsstaat in Hongkong en verhuisde eind 2020 al naar Taiwan. Oprichter van de organisatie is Wang Dan, een vooraanstaande Chinese dissident die als studentenleider in 1989 op het Plein van de Hemelse Vrede protesteerde. Greenpeace is nog wel actief in Hongkong. De internationale klimaatorganisatie heeft, in tegenstelling tot veel mensenrechtenorganisaties, ook een kantoor in Peking.
Connecties
Human Rights Watch (HRW) geeft aan nooit een officieel kantoor in Hongkong te hebben gehad. Het vertrek van veel ngo’s uit de stad beschouwt HRW als onderdeel van de bredere repressie. „Vóór de invoering van de nationale veiligheidswet werd democratie door 88 procent van de inwoners gesteund. De wens voor democratie onder de Hongkongse bevolking is niet verdwenen, maar is hooguit verstopt onder de huidige intimidatie”, zegt Maya Wang van HRW.
Cheung van Amnesty is somber over de toekomst: „Het is een gevaarlijke situatie wanneer een overheid alle oppositie en afwijkende meningen de mond snoert.” Een ander probleem voor internationale maatschappelijke organisaties is dat met het verlies van hun locatie in Hongkong de toegang tot het vasteland van China moeilijker is geworden. „Vanuit Hongkong was het veel gemakkelijker om via connecties in China informatie te verkrijgen”, vertelt Cheung.
De Hongkongse activist hoopt dat het nieuwe kantoor in ballingschap als voorbeeld kan dienen voor andere regio’s. „Daar waar Amnesty International zich niet kan vestigen, zijn we vaak juist het hardst nodig”, waarschuwt hij.