Als we willen dat onze scholen plaatsen van werkelijke vorming worden, is het tijd om de fundamenten van ons onderwijssysteem opnieuw te overdenken. Wat moet er veranderen om ieder kind tot zijn of haar recht te laten komen?
Ons onderwijssysteem lijkt steeds meer vast te lopen in standaardisering en prestatiedrang. Terwijl de maatschappij zich in rap tempo ontwikkelt, blijft het onderwijs vasthouden aan achterhaalde werkwijzen. Op veel scholen ligt de focus op de gemiddelde leerling. Daarnaast worden leerlingen voornamelijk beoordeeld op cognitieve opbrengsten en ligt er een onevenredige nadruk op toetsen. Dit leidt niet alleen tot stress en prestatiedruk, maar miskent ook de unieke gaven en talenten van ieder kind.
Kritiek op huidige systeem
In het onderwijs werken veel betrokken en gemotiveerde mensen. Daar zit het probleem niet. Alle respect voor de inzet van de leraren! Door het onderliggende onderwijssysteem en enkele verkeerde uitgangspunten gaat er echter veel energie verloren en komen veel kinderen niet tot hun recht. Welke problemen zijn er met het onderwijssysteem en wat zou er moeten veranderen?
Probleem 1: Het systeem gaat uit van de gemiddelde leerling. In het huidige onderwijsmodel wordt het gemiddelde vaak als norm gezien. Leerlingen worden op basis van leeftijd ingedeeld volgens het leerstofjaarklassensysteem. Dit gaat er in de basis van uit dat alle kinderen dezelfde leerstappen doorlopen in dezelfde tijd. Maar de realiteit is dat ieder kind uniek is, met eigen interesses en talenten en een eigen leertempo. Sommige leerlingen leren vlot, terwijl andere wat meer tijd nodig hebben. Hoeveel talent gaat verloren doordat we kinderen dwingen zich aan te passen aan een gemiddelde maatstaf? En wat betekent dit voor de motivatie en het zelfvertrouwen van kinderen die niet in dit systeem passen?
Probleem 2: Eenzijdige focus op cognitieve opbrengsten. Het onderwijs lijkt te draaien om cijfers en meetbare prestaties. Cognitieve vakken zoals taal en rekenen krijgen de meeste aandacht. De prestaties bij deze vakken worden bijgehouden door toetsen en vastgelegd in rapporten. Deze benadering geeft weinig ruimte aan andere belangrijke vormende aspecten van ontwikkeling, zoals sociale cohesie, creativiteit, onderzoeksvaardigheden, sociaal-emotionele ontwikkeling en praktische talenten. Maar juist deze vaardigheden zijn cruciaal voor de vorming van een compleet en gebalanceerd mens. Hebben wij de moed om het belang van brede ontwikkeling en vorming voorop te stellen? Kunnen we de inrichting van ons onderwijs herzien en meer ruimte maken voor hoofd, hart én handen?
Probleem 3: Onrechtvaardig toetssysteem. Het Nederlandse onderwijssysteem legt veel nadruk op toetsing. De toetsen zouden een objectieve manier moeten zijn om kennis en vaardigheden te meten. In werkelijkheid blijken de toetsen echter vaak niet rechtvaardig te zijn. Allereerst meten ze maar een smal deel van de ontwikkeling van de leerlingen. Ze meten daarnaast onbedoeld niet alleen de kennis van het kind, maar ook andere factoren, zoals taalvaardigheid, achtergrond en thuissituatie. Toetsen zijn bijvoorbeeld erg talig en leerlingen uit minder talige milieus staan daarmee al meteen op achterstand. Wat betekent het voor de rechtvaardigheid van ons onderwijssysteem als we kinderen op deze manier beoordelen? Zijn we bereid om in te zien dat het huidige toetssysteem in veel gevallen eerder ongelijkheid vergroot dan vermindert?
Welke veranderingen zijn nodig?
Voor werkelijk kindgericht en vormingsgericht onderwijs is een herziening van het systeem nodig. Hierbij moeten we loskomen van de eenheidsworst en recht doen aan de veelzijdigheid en aanleg van elk kind. De volgende voorstellen zijn toekomstbestendig en gebaseerd op recent onderwijskundig onderzoek:
- Werk aan de brede ontwikkeling van leerlingen. Onderwijs moet zich niet alleen richten op kennisoverdracht, maar ook op de sociaal-emotionele, creatieve en praktische ontwikkeling van kinderen. De vorming van karakter en waarden hoort net zo belangrijk te zijn als de cognitieve vakken. Scholen zouden meer aandacht moeten geven aan vaardigheden als samenwerken, doorzettingsvermogen, empathie en kritisch denken.
Hoe kunnen we ervoor zorgen dat ons onderwijs kinderen helpt om niet alleen verstandelijke kennis op te doen, maar ook te groeien als mensen die van betekenis zijn voor hun omgeving?
Personaliseer de leerervaring. Ons onderwijssysteem zou de uniciteit van leerlingen moeten weerspiegelen. Personaliseer het leren door rekening te houden met de interesses en talenten van ieder kind. Dit betekent dat leraren de vrijheid moeten krijgen om de lessen echt af te stemmen op de unieke gaven van de leerlingen. In een christelijke visie op onderwijs zien we ieder kind immers als een uniek schepsel, met gaven die van God zijn ontvangen. Hoeveel potentieel kunnen we ontketenen wanneer we kinderen in staat stellen om hun eigen unieke weg te leren vinden?
Groepeer flexibel. Flexibele groepering betekent dat we kinderen niet alleen op basis van leeftijd indelen, maar ook rekening houden met hun leerbehoeften en talenten. Dit kan betekenen dat kinderen in kleine groepjes werken, in projectgroepen of op hun eigen niveau. Een flexibelere aanpak kan de sociale cohesie bevorderen en kinderen meer ruimte geven om zich in hun eigen tempo te ontwikkelen. Durven we los te komen van starre jaarklasindelingen?
Ga uit van het leerpotentieel. In plaats van kinderen continu met elkaar te vergelijken en te rangschikken, zou het onderwijs zich moeten richten op het leerpotentieel van ieder kind. Door in te zetten op het leerpotentieel en de individuele groei van kinderen, bevorderen we een klimaat waarin iedereen zichzelf kan zijn en zich kan ontwikkelen zonder de druk van constante vergelijking. Willen wij onze kinderen een plek bieden waar zij mogen groeien in zelfstandigheid, sociale cohesie en dienstbaarheid?
Toekomstbestendig onderwijs
De toekomst van ons onderwijs ligt in een benadering die het unieke karakter van ieder kind erkent en waardeert. Dit vraagt om een verschuiving van een sterk op cognitie gericht systeem naar een benadering die uitgaat van veelzijdigheid, brede ontwikkeling en rechtvaardigheid. We moeten ons afvragen: wat willen wij écht bereiken met ons onderwijs? Laten we bouwen aan een onderwijssysteem waarin elk kind mag bloeien volgens zijn of haar eigen aard, zonder te worden beperkt door gemiddelden, prestatiedruk of vergelijkingen met anderen.
De auteur is directeur van kennisplatform Wij-leren.nl. Dit is een samenvatting van de lezing die hij hield tijdens het ROV-congres over prestatiedruk en maakbaarheid, op 8 november in Gouda.