Het zou goed zijn als in protestantse kerkdiensten het opzeggen of voorlezen van de Apostolische Geloofsbelijdenis –de Twaalf Artikelen– wordt afgewisseld met de Geloofsbelijdenis van Nicea, vindt dr. A.J. Plaisier.
De vroegere scriba van de Protestantse Kerk in Nederland, die inmiddels met emeritaat is, spreekt vrijdag tijdens een bijeenkomst van de Katholieke Vereniging voor Oecumene in Oss. Daar gaat het over het Concilie van Nicea, dat in het jaar 325 plaatsvond, nu bijna 1700 jaar geleden.
Waarom heeft de vereniging u gevraagd om over dit onderwerp te spreken?
„Het thema Rome-Reformatie boeit me al vanaf mijn studietijd. Een ontmoeting met de theoloog prof. Theo Zweerman van de Katholieke Theologische Universiteit heeft mijn leven veranderd. Ik ben bij hem gepromoveerd en ben nog steeds gepassioneerd bezig met de verhouding tussen Rome en Reformatie. Binnenkort hoop ik hierover een boek te publiceren. Dit heeft direct met Nicea te maken.”
Waarom en wanneer is de Geloofsbelijdenis van Nicea opgesteld?
„Het concilie werd in 325 bijeengeroepen door keizer Constantijn in verband met onenigheid in de kerk. In Nicea, in het huidige Turkije, kwamen 318 bisschoppen samen in een kerkvergadering. Er was een controverse ontstaan, waarbij het ging om de Godheid van Christus en dus over de Goddelijke Drie-eenheid. De theoloog Arius zei dat Christus het eerste schepsel van God was en dat Hij niet God was. Tegen hem trad Athanasius op de voorgrond. Hij zei dat Christus God was. Het concilie sprak uit dat in Christus God mens geworden was en de leer van Arius werd veroordeeld. Aan het einde van de vergadering heeft men een document opgesteld waarin de leer werd samengevat. Dat was de Geloofsbelijdenis van Nicea.
Tijdens het Concilie van Constantinopel in 381 werd het besluit van Nicea herbevestigd. Wie dit niet aanvaardde werd als kerkleider in de ban gedaan. De Geest van God is toen werkzaam geweest en heeft gewaakt over de zuiverheid van de kerk.”
Wat kunnen we met deze geloofsbelijdenis?
„De Geloofsbelijdenis van Nicea is een van de drie oude geloofsbelijdenissen die de protestantse kerken aanvaard hebben. De andere twee zijn de Apostolische Geloofsbelijdenis en de Geloofsbelijdenis van Athanasius.
Tijdens de avonddiensten wordt in veel protestantse kerken de Apostolische Geloofsbelijdenis voorgelezen of opgezegd. Waarom zou dat niet vaker afgewisseld worden met de Geloofsbelijdenis van Nicea? In Nicea komen de persoon van Christus en de Heilige Geest uitgebreider aan de orde. Laten we ons er daarbij van bewust zijn dat we ons geloof openlijk belijden en dat we daarmee onderdeel zijn van de kerk der eeuwen.”
„Als we ons geloof openlijk belijden zijn we onderdeel van de kerk der eeuwen” - Dr. A.J. Plaisier, emeritus predikant PKN
Ook van de Rooms-Katholieke Kerk?
„Er zijn verschillen tussen de protestantse kerken en de Rooms-Katholieke Kerk (RKK), maar er is ook verbondenheid. Die wordt onder andere uitgedrukt door de tekst van de Geloofsbelijdenis van Nicea, die ook in de RKK gebruikt wordt. Het gaat daarin om God de Vader als Schepper, God de Zoon als Verlosser en God de Heilige Geest als Levendmaker. Dat zijn de wezenlijke zaken van het geloof. Dan kan het verschil nooit groter dan de overeenkomst zijn.”
Wat betekent dat voor de eenheid tussen protestanten en rooms-katholieken, die op veel andere punten van mening verschillen?
„We zijn gescheurd en verdeeld en we kunnen de breuk niet zomaar lijmen, maar er moet onrust blijven over het feit dat de kerken gescheiden zijn. Nicea geeft een motivatie en een fundament om het gesprek met Rome te voeren.
Natuurlijk zijn er gevaren. Die zijn er altijd. We kunnen verschillen met de mantel der liefde bedekken en we kunnen een oppervlakkige oecumene nastreven, maar dat betekent allemaal niet dat we het gesprek niet moeten voeren. Op safe spelen kan ook gevaarlijk zijn voor de toekomst van de kerk en rust kan een valse rust zijn.”
Dr. A.J. Plaisier, die een lezing houdt over het Concilie van Nicea (325).