Een motie van vertrouwen. Zo omschrijft Inge Bosscha haar boek ”Mantel van angst. Als religie onderdrukt, beschadigt of traumatiseert”. Ze voelde zich „schatplichtig” om iets te doen met de duizenden verhalen die ze van kerkverlaters en kerkgangers te horen kreeg. Daarbij heeft ze ook een boodschap voor de kerk: „Heb oog voor de ander en let op elkaar.”
Hoe ontstond uw boek?
„In 2001 verliet ik de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt waarin ik ben opgegroeid. Voor mij was dit een ingewikkeld, langdurig en eenzaam proces, waarin gevoelens van boosheid, verdriet en angst speelden. Er was ook schuldgevoel en schaamte en daarom sprak ik hier vrijwel nooit over.
Tot ik er in 2015 een stukje over schreef op Facebook en ik tientallen persoonlijke reacties kreeg van mensen die aangaven zich te herkennen in mijn verhaal, maar er met niemand over konden praten. Ik besloot een plek te creëren –in de vorm van mijn website Dogmavrij.nl – waar dit soort verhalen gedeeld konden worden. Binnen een jaar had ik meer dan duizend reacties, ook van kerkgangers, en nog steeds krijg ik tientallen berichten per week.
Omdat ik steeds meer overeenkomsten zag tussen deze verhalen, realiseerde ik me dat dit heel kostbare informatie was. Daarom besloot ik over deze verbanden een boek te schrijven. In dit boek leg ik vooral de focus op wat mis kan gaan binnen de geloofsopvoeding. Het was daardoor soms loodzwaar om te schrijven, en dat kan het ook zijn om te lezen. Maar ik geloof dat het belangrijk is dat deze verhalen licht en lucht krijgen.”
U hoopt dat ook christenen het boek zullen lezen?
„Ja, mijn boek is in de eerste plaats geschreven voor mensen die een religieuze vorming hebben gehad. Ik richt me op de dingen die iemand in die vorming meekrijgt en welke invloed dat mogelijk heeft op de emotionele en psychosociale ontwikkeling. Daarbij is het niet mijn bedoeling om mensen problemen of trauma’s aan te praten. Het boek is bedoeld als herkenning en erkenning voor wanneer een geloofsopvoeding heeft geleid tot onderdrukking, schade of trauma. Mensen die daarmee te maken hebben, voelen zich nu nog veel te vaak eenzaam. Eenzaamheid leidt sneller tot kerkverlating, wat bij zowel kerkverlaters als kerkgangers veel pijn en leed kan veroorzaken.”
„Kerkverlating veroorzaakt veel pijn en leed bij zowel kerkverlaters als kerkgangers” - Inge Bosscha, auteur
Wat bedoelt u met de titel ”Mantel van angst”?
„Het is een menselijk trekje om pijnlijke dingen met de mantel der liefde te bedekken. We zeggen dingen als: „Zo was het vast niet bedoeld” of: „Je zult het wel niet goed begrepen hebben.” We bedekken, omdat we ons machteloos, beschaamd of beschuldigd voelen en pijnlijke gevoelens proberen te vermijden. In zulke gevallen is de mantel der liefde ook een mantel van angst. Om te voorkomen dat die mantel mensen verdrukt, moet deze opgelicht worden.”
Hoe doe je dat?
„Door je ervan bewust te zijn dat hij er is. Wees bereid om te kijken naar wat we bedekken. Zo kunnen mensen gehoord en gezien worden. Dat is niet alleen een sleutel voor herstel, maar ook voor preventie.”
Een kerk is geroepen vast te houden aan de Bijbelse waarheid en belijdenis. Kan dat samengaan met ruimte geven aan twijfel?
„Ja, dat kan. Al zal dat het moeilijkst zijn in kerken met een sterke waarheidsclaim. Als er vastgehouden wordt aan één waarheid die voor iedereen geldt, leidt dat automatisch tot veroordeling van andersdenkenden. In die kerken is het risico dat mensen zich afgewezen voelen dan ook het grootst.”
Wat is uw oplossing?
„Lange tijd dacht ik dat ik alleen maar een boek kon schrijven als ik een oplossing te bieden had. Nu denk ik dat er misschien wel geen oplossing is. In mijn boek leg ik dus vooral het probleem neer, in het vertrouwen dat kerken genoeg in huis hebben om er iets mee te doen. Want dat kan volgens mij wel. Door ruimte te maken voor ieders beleving kan voorkomen worden dat mensen zich eenzaam en niet welkom voelen.”
U gebruikt de term religieus traumasyndroom (RTS). Wat bedoelt u daarmee?
„De term is afkomstig uit Amerika. Ik vind het zelf een zwaar klinkende term, maar hij dekt het best de lading van de verhalen. ”Religieus” toont aan dat het betrekking heeft op religie. „Trauma” betekent kwetsuur of wond, wat staat voor de beschadiging van mensen. ”Syndroom” geeft aan dat het een verzameling verschijnselen is die vaker in dezelfde combinatie voorkomen.”
U schrijft dat mensen soms door religie onderdrukt worden zonder dat ze het zelf weten. Hoe kan dat?
„Je kunt zo gewend zijn aan bepaalde dingen dat je ze normaal vindt, terwijl ze dat niet zijn. In mijn eigen jeugd had ik bijvoorbeeld geleerd dat liefde en pijn aan elkaar gekoppeld zijn. Pijnlijke processen hoorden bij het leven, ze zouden betekenen dat God met je bezig is. Ik ben bijvoorbeeld mishandeld door mijn ex-man en heb dit veel te lang normaal gevonden. Daarin beschouw ik mezelf als onbewust onderdrukt.
En neem bijvoorbeeld de geestelijke strijd. Voor veel gelovigen is het idee dat alles en iedereen deel uitmaakt van een strijd tussen goed en kwaad, waarbij je de kant van het goede moet kiezen. Dat is een gegeven waar ze verder geen moeite mee hebben. Toch zijn er ook mensen bij wie dit leidt tot chronische spanning en keuzestress. Je kunt daar zo aan gewend zijn geraakt, dat je dit niet ervaart als last, terwijl het dat wel degelijk kan zijn. Je bent bijvoorbeeld eerder moe, omdat je zaken heel serieus neemt en nadenkt over de kleinste dingen. Het kan helpen je daarvan bewust te zijn en bijvoorbeeld eerder of vaker te rusten.”
Legt u niet te veel nadruk op het religieuze aspect terwijl meerdere factoren een rol kunnen spelen?
„Andere factoren zijn inderdaad niet in de term religieus traumasyndroom gevangen. Bij dit trauma is religie meestal niet de enige oorzaak. De citaten die in mijn boek staan, laten daarom bewust vaak ook iets zien van omstandigheden of karaktereigenschappen. Er zijn bepaalde risicogroepen, mensen die meer dan anderen het risico lopen last te hebben van de leer of de sfeer.”
Is er voor getraumatiseerde mensen een weg terug naar de kerk?
„Iedereen kan zich bij een kerk voegen of deze verlaten. Of je nu beschadigd bent (geweest) of niet. Getraumatiseerden vind je binnen en buiten de kerk. Net als gelovigen. Het zou heel mooi zijn als niemand meer de kerk hoeft te verlaten vanwege onrecht of trauma. Ik hoop dat mijn boek zal bijdragen aan geestelijk gezonde geloofsgroeperingen en individuen.”