De betrokken partijen maakten vrijdagochtend bekend dat ze eruit zijn. „Ik ben blij dat er een gerichte oplossing is voor mensen met een zwaar beroep”, zegt minister Van Hijum (Sociale Zaken). Ook de voorzitters van werkgeversorganisatie VNO-NCW en vakbond FNV zijn „blij” dat er een deal is. Werkgevers- en werknemersorganisaties gaan dit akkoord nu voorleggen aan hun achterban.

Het kabinet is met de sociale partners overeengekomen dat er een structurele vroegpensioenregeling komt. Werknemers die eerder willen stoppen met werken, kunnen gebruik blijven maken van de Regeling voor Vervroegde Uittreding (RVU). Deze regeling zou, zonder akkoord, na 2025 aflopen. Bij het akkoord is ook de afspraak gemaakt dat kabinet en sociale partners een aanpak ontwikkelen die erop gericht is dat werknemers langer gezond door kunnen blijven werken.

De RVU houdt in dat werkgever en werknemer met elkaar kunnen afspreken dat de werknemer eerder stopt met werken en de werkgever hem tot de AOW-leeftijd een maandelijkse uitkering betaalt. De werkgever hoeft daarover geen belasting te betalen als de werknemer maximaal drie jaar eerder met pensioen gaat én de uitkering niet boven een bepaald bedrag uitkomt.

Heet hangijzer

Een van de hete hangijzers bij de vroegpensioenregeling is: hoe wordt gewaarborgd dat alleen mensen met een zwaar beroep er gebruik van maken? De uitkomst van de onderhandelingen tussen regering en sociale partners is dat vertegenwoordigers van werkgevers en vakbonden daar bij het onderhandelen over een cao zelf afspraken over moeten maken. In de cao moet worden vastgelegd dat alleen zware beroepen profiteren, schrijft het onderhandelakkoord voor.

Daarmee is echter niet alles gezegd. Volgens minister Van Hijum hechten sociale partners eraan dat er een wettelijk kader komt. Dat zou hen bij cao-onderhandelingen houvast moeten geven bij het opstellen van de precieze RVU-afspraken. In het onderhandelakkoord is vastgelegd dat de minister gaat onderzoeken of zo’n wettelijk kader haalbaar en uitvoerbaar is. Uiterlijk in 2028 wordt besloten of wettelijke normen over wat wel en geen zwaar beroep is meerwaarde hebben.

Noodrem

In het onderhandelakkoord is ook een afspraak gemaakt die als een ‘noodrem’ functioneert. Als er jaarlijks meer dan 15.000 mensen vervroegd met pensioen gaan, is dat reden voor kabinet en sociale partners om het gesprek aan te gaan over de vraag hoe het gebruik van de RVU ingedamd kan worden. Als deze gesprekken geen resultaat hebben, kan het kabinet besluiten om de regeling in het uiterste geval stopzetten.

„Ik ben blij dat er een gerichte oplossing is voor mensen met een zwaar beroep” - Eddy van Hijum, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Verder is in het onderhandelakkoord tussen regering en sociale partners afgesproken dat het mogelijk wordt om de RVU-uitkering met 300 euro per maand te verhogen. Op dit moment is de uitkering gelijk aan een netto AOW-uitkering van een alleenstaande – ca. 1500 euro per maand.

In het onderhandelakkoord is geen inkomensgrens afgesproken. Ook mensen met een topinkomen zouden daardoor, in theorie, van de RVU gebruik kunnen maken. Ook hiervoor geldt dat het aan vertegenwoordigers van werkgevers en vakbonden is om bij cao-onderhandelingen afspraken over te maken over een inkomensgrens.

Aan het akkoord over een permanente vroegpensioenregeling is een moeizaam onderhandeltraject voorafgegaan. De gesprekken tussen regering, werkgevers en vakbonden hebben lang stilgelegen. In de achterliggende maanden zijn in verschillende sectoren stakingen georganiseerd. Vorige maand liepen vakbonden nog weg van de onderhandeltafel nadat minister Van Hijum zijn een bod op tafel had gelegd. Uiteindelijk ligt er nu dan toch een akkoord.