Na de inval van Rusland in Oekraïne, in februari 2022, besluit de Hermitage in Amsterdam, dochtermuseum van de Hermitage in Sint-Petersburg, alle banden met het moedermuseum te verbreken. Ironisch genoeg staat in de eerste grote tentoonstelling sindsdien nu een Russische kunstenaar centraal: Wassily Kandinsky, wiens leven en werk gestempeld zijn door oorlog, conflicten en ballingschap.
De oorlog bracht een verandering in de koers van het Amsterdamse museum, dat sindsdien nieuwe samenwerkingen heeft gezocht met culturele instellingen in Parijs, Londen en Washington en onder de naam H’Art Museum is verdergegaan.
De nieuwe samenwerking met Parijs betaalt zich dit seizoen uit. Centre Pompidou beschikt over niet minder dan 110 werken van Kandinsky, maar gaat eind volgend jaar dicht voor een renovatie die zeker vijf jaar gaat duren. Vooruitlopend daarop kreeg het H’Art Museum ruim zestig werken uit de collectie van het Parijse museum in bruikleen. Die bieden een beeld van Kandinsky’s vroege, bijna impressionistische schilderijen tot zijn kenmerkende abstracte werken en geven daarmee een goed inzicht in de ontwikkeling van zijn stijl.
Zo hangt bijvoorbeeld Kandinsky’s ”Mit dem Schwarzen Bogen” (1912) in Amsterdam. Een imposant doek van bijna 2 bij 2 meter dat het Parijse museum zelden uitleent. Het staat bekend als een van de meesterwerken van de Russische kunstenaar. Het doek geeft vooral zijn visie op de scheiding van lijnen en kleuren weer. Het werk vormt het hart van de tentoonstelling. Kandinsky laat er vormen in botsen om een gevoel van dissonantie, wanklank, op te roepen dat hij heeft ontdekt in het werk van een bevriende musicus.
Wassily Kandinsky wordt in 1866 geboren in Moskou, maar brengt een groot deel van zijn jeugd door in Odessa, een stad aan de Zwarte Zee die tegenwoordig onder vuur ligt in de Russisch-Oekraïense oorlog. Kandinsky, die wordt beschouwd als een van de grondleggers van de abstracte kunst, groeit op in een tijd waarin Europa in beweging is en grenzen en identiteiten voortdurend veranderden. Ondanks zijn Russische wortels zijn het vooral zijn reizen door Europa en zijn verblijf in Duitsland en later Frankrijk die zijn artistieke ontwikkeling sterk beïnvloeden. Zijn kunst, vaak vol levendige kleuren en abstracte vormen, overstijgt nationale grenzen en politieke vraagstukken.
Nederland
Kandinsky studeert rechten en economie en begint een carrière als jurist in Rusland. Pas in 1896, op 30-jarige leeftijd, laat hij de juridische wereld achter zich om zich volledig aan de kunst te wijden. Hij verhuist naar München en volgt daar een kunstopleiding. In de jaren daarna maakte hij enkele belangrijke stappen in zijn artistieke ontwikkeling. Hij ontmoet dan ook Gabriele Münter, een jonge schilderes en latere leerling van hem, met wie hij niet alleen een romantische relatie heeft, maar ook lang samenwerkt.
Met Münter onderneemt Kandinsky lange reizen door Europa en zelfs naar Noord-Afrika, waar hij zich laat inspireren door de verschillende kleuren, vormen en landschappen. Van 23 mei tot 21 juni 1904 reist het stel door Nederland. Ze bezoeken Rotterdam, Den Haag, Haarlem, Amsterdam, Zaandam, Edam, Volendam, Marken, Broek in Waterland, Hoorn en Arnhem. Kandinsky maakt tijdens deze reis veel schilderijen met paletmes in de openlucht.
In 1908 vestigen ze zich in Murnau, een klein stadje in de Duitse deelstaat Beieren, dat hen inspireert tot het maken van expressieve, kleurrijke landschappen. Deze periode markeert het begin van Kandinsky’s experimenten met kleur en vorm, die uiteindelijk zullen leiden tot zijn doorbraak als abstract kunstenaar.
In 1911 richt hij, samen met collega-kunstenaar Franz Marc, de kunstenaarsgroep Der Blaue Reiter op. De groep staat bekend om zijn streven naar een nieuwe, expressieve kunstvorm die losstaat van de traditionele regels van de academische schilderkunst. ”Mit dem Schwarzen Bogen”, is Kandinsky’s topstuk uit die tijd; het markeert zijn volledige overgang naar abstractie.
Ballingschap
De Eerste Wereldoorlog brengt grote veranderingen in Kandinsky’s leven. Als Rusland in 1914 Duitsland de oorlog verklaart, wordt hij als Russische burger een ongewenste vreemdeling. Hij keert terug naar Moskou, waar hij zich in de daaropvolgende jaren wijdt aan grafisch werk, vooral in zwart-wit.
De Russische Revolutie en de burgeroorlog daarna dwingen hem echter opnieuw om in ballingschap te gaan; hij verlaat Rusland definitief en gaat wederom naar Duitsland. Daar krijgt hij een baan aan het revolutionaire Bauhaus, een school die een multidisciplinaire benadering van de kunsten promoot.
Kandinsky’s tijd daar is cruciaal voor zijn ontwikkeling als kunstenaar en denker. Hij publiceert twee invloedrijke handboeken –waaronder ”Punkt und Linie zu Fläche” (Punt en lijn naar vlak, RR)– en geeft les aan een nieuwe generatie kunstenaars. De titel van zijn boek geeft aan dat zijn werk in deze periode zich kenmerkt door strakkere vormen en een nadruk op geometrie.
De opkomst van het nazisme en de sluiting van het Bauhaus in 1933 dwingen hem opnieuw te vluchten. Dit keer gaat hij naar Parijs.
Daar hervindt Kandinsky zijn artistieke energie, ondanks de steeds grimmiger wordende politieke situatie in Europa. Zijn werk uit deze periode, gekenmerkt door lichtere kleuren en meer organische vormen, weerspiegelt de invloed van het Parijse licht. Hij schildert vanuit zijn atelier met uitzicht op de Seine en vindt in deze laatste jaren een balans tussen de strengheid van zijn Bauhausperiode en de vrijheid van zijn vroege expressieve werk.
Ook in Parijs worden de omstandigheden, vooral tijdens de bezetting door de nazi’s, steeds moeilijker. Materialen als verf en canvas raken schaars, en Kandinsky moet improviseren door te schilderen op stukken hout en karton. Ondanks deze beperkingen blijft hij productief, al eist de somberheid van de tijd haar tol. Kleuren worden donkerder en zijn composities complexer.
Kandinsky overlijdt op 13 december 1944, 77 jaar oud, in Parijs, maar zijn invloed op de moderne kunstwereld reikt tot in de 21e eeuw.
Zijn leven en werk overstijgen nationale grenzen. Dat komt in deze tentoonstelling in het H’Art Museum goed tot uiting. Kandinsky’s kunst, gevormd door conflicten, ballingschap en culturele uitwisselingen, blijft relevant in een wereld waarin landsgrenzen en identiteiten nog steeds in beweging zijn.
De tentoonstelling ”Kandinsky” is tot 10 november te zien in het H’Art Museum in Amsterdam.