Het idee van het kabinet om afgewezen asielzoekers onder te brengen in Oeganda heeft geen kans van slagen. Dat zegt Carolus Grütters, onderzoeker bij het Centrum voor Migratierecht in Nijmegen. Volgens hem hebben soortgelijke initiatieven voor opvang in het buitenland niets opgeleverd en zal Nederland ook op Europees niveau geen toestemming krijgen voor het plan. Grütters verwacht dat het plan een stille dood sterft. „Naar mijn idee is dit een losse flodder”, zegt de onderzoeker. „Dit kunnen we niet serieus nemen.”
Het kabinet verkent de opties om afgewezen asielzoekers uit landen rond Oeganda, zoals Soedan, Zuid-Soedan en de Democratische Republiek Congo, uit Nederland over te brengen naar Oeganda. Premier Dick Schoof zei dat een terugkeerhub in Oeganda „een serieus idee is”, maar dat het plan nog veel meer uitwerking nodig heeft. „Het zijn ideeën die aansluiten bij de gedachte dat je uitgeprocedeerde asielzoekers naar de regio terugbrengt, en vervolgens vanuit de hub in de regio laat terugkeren naar het land van herkomst.”
Volgens Grütters is de kans dat de opvang in Oeganda er komt „0,00 procent en dan ergens nog een cijfertje”. Ook zou het sowieso maar om een beperkte groep afgewezen asielzoekers gaan, zegt de onderzoeker. „Om als uitgeprocedeerde te vertrekken, heb je bovendien papieren nodig en een land van herkomst dat bereid is die persoon op te nemen. In heel veel gevallen gaat dat mis, omdat mensen geen papieren hebben of omdat landen zeggen: ik ken of wil deze persoon niet. Dat probleem los je hier dus niet mee op.”
