De consequentie hiervan is dat de invoering van nieuwe kerndoelen voor deze en alle andere vakken een jaar vertraging oploopt. Invoering staat nu gepland voor augustus 2027. De coalitiepartijen PVV, VVD, NSC en BBB kunnen dat uitstel goedkeuren mits de kerndoelen ook inhoudelijk worden aangepast en het aantal kerndoelen vermindert.

Aanvankelijk stond woensdag tijdens een commissiedebat in de Tweede Kamer een meerderheid van de fracties niet te juichen bij uitstel. Maar toen Paul uitlegde dat deskundigen van Stichting Leerplan Ontwikkeling (SLO) conceptkerndoelen die nu voorliggen nog een keer tegen het licht gaan houden én gaan bekijken of het aantal kerndoelen omlaag kan, gingen de coalitiepartijen akkoord.

GroenLinks-PvdA en D66 steunen het kabinetsvoornemen niet. Ze vinden dat de bewindsvrouw de voorstellen voor nieuwe kerndoelen zo snel mogelijk moet invoeren. De kerndoelen zijn voor het laatst aangepast in 2006. Paul kon hen niet overtuigen.

De bewindsvrouw deelde mee dat er in de loop van het voorjaar van 2025 een nieuwe set kerndoelen moet liggen. Daar gaat een beperkt aantal scholen vervolgens mee experimenteren en daarna rolt het ministerie de nieuwe kerndoelen uit over alle scholen.

CU-Kamerlid Ceder, die ook namens de CDA-fractie sprak, stelde dat uitstel van invoering van nieuwe kerndoelen „onwenselijk” is. Ook de SGP stond niet te trappelen.

De bewindsvrouw stelde daartegenover dat het taal- en rekenniveau van leerlingen in het basis- en voortgezet onderwijs de laatste jaren is verslechterd. Daarom moet daar nu extra aandacht voor komen. En om dat goed te regelen is extra tijd nodig.

De consequentie van extra aandacht voor taal, rekenen en schrijven is wel dat andere kerndoelen minder aandacht krijgen of moeten verdwijnen. Welke dat zijn staat nog niet vast. Daar moet SLO ook naar kijken.

Voor een aantal vakgebieden liggen nog geen definitieve voorstellen voor kerndoelen gereed. Dat geldt onder meer voor het gevoelige thema van burgerschapsvorming.

Staatssecretaris Paul stelde SGP-Kamerlid Stoffer enigszins gerust door te stellen dat scholen de vrijheid hebben om de drie basiswaarden van de burgerschapsvorming –vrijheid, gelijkwaardigheid en solidariteit– op een manier in te vullen die past bij de identiteit van de school. Ook krijgen scholen de ruimte om de kennis van verschillende levensbeschouwelijke stromingen die in ons land aanwezig zijn, op hun eigen manier in te vullen.