Curator Derk van Geel van de in Nederland failliete koffie- en donutketen Dunkin’ denkt dat er „goede kansen” zijn voor een succesvolle doorstart. Hij verwacht enkele weken nodig te hebben voor dit „complexe proces”. In de tussentijd blijven de filialen open en worden er nog steeds donuts gemaakt.
Eerder deze week verklaarde de rechter Dunkin’ in Nederland failliet. Bij het bedrijf werken zo’n 400 mensen. Hoewel de curator aangeeft dat hun ontslag door het bankroet onvermijdelijk is, wordt er volgens hem hard gewerkt aan de plannen om zoveel mogelijk werkgelegenheid te behouden.
Van Geel laat via een verklaring weten inmiddels begonnen te zijn met een overnameproces voor het bedrijf. Geïnteresseerde partijen kunnen zich bij hem melden. Uiteindelijk zal de curator ook onderzoek doen naar de oorzaken van het faillissement.
De vaak met chocola of felgekleurd glazuur bedekte donuts van Dunkin’ zijn in de Verenigde Staten sinds de jaren vijftig een begrip. In Nederland was de keten relatief nieuw. In de jaren negentig bleef een poging de keten in Nederland te laten groeien steken op vijf vestigingen, die in 2000 allemaal sloten. In 2017 opende in Amsterdam weer een zaak van wat toen nog Dunkin’ Donuts heette, waarna tientallen filialen volgden.
Vorig jaar kwamen de Nederlandse en Belgische vestigingen in handen van een van de takken van hotelconcern Van der Valk, waarbij het horecabedrijf het recht om het Dunkin’-merk te gebruiken van het Amerikaanse Inspire Brands verwierf. Van der Valk International wilde de keten laten groeien en hoopte jongeren te trekken naar zijn hotels.
Aanvankelijk zag de keten in dit land ook ruimte voor meer dan 150 filialen. Maar van die groeiplannen lijkt weinig terechtgekomen. Het aantal vestigingen lijkt de laatste tijd alleen maar afgenomen. Sowieso heeft Dunkin’ tegenwoordig veel concurrentie van andere ketens zoals Starbucks, Cinnabon of bijvoorbeeld de AH to go.
Dunkin’ telt wereldwijd vele duizenden zaken in tientallen landen.