De door het kabinet voorgestelde tarieflimiet voor kleinverbruikers bij stadsverwarming biedt geen garantie op een betaalbaar warmtetarief voor consumenten. Daarvoor waarschuwt toezichthouder Autoriteit Consument & Markt (ACM).
Warmtenetten maken onderdeel uit van de energietransitie. Het is een manier om huizen van het gas af te krijgen. In het Klimaatakkoord is afgesproken dat het aantal aansluitingen op het warmtenet in 2030 met een half miljoen moet zijn gestegen. Op dit moment zijn er 600.000 aansluitingen. Maar de ontwikkeling van warmtenetten stagneert, onder meer door onzekerheid bij huishoudens over de warmtetarieven.
Als het aan minister Sophie Hermans (Klimaat en Groene Groei) ligt, moet het mogelijk worden om een tarieflimiet in te stellen. „Deze bevoegdheid kan worden uitgeoefend als er naar verwachting onaanvaardbare hoge leveringstarieven ontstaan”, schreef ze enkele dagen terug aan de Tweede Kamer. Ze moet nog wel kijken naar de bekostiging.
Maar daarmee worden volgens de ACM alleen excessen voorkomen. „Aanvullende maatregelen voor een betaalbare warmterekening zijn noodzakelijk.” Volgens de toezichthouder zou het verwarmen van je huis via het warmtenet niet duurder moeten zijn dan elektrisch verwarmen. Anders neigen veel mensen waarschijnlijk naar elektrisch, en dan blijven er minder mensen over om gezamenlijk de kosten van de warmtenetten te dragen. „Dit is nu nog niet geregeld”, aldus de ACM.