Godsdienstvrijheid is beschermwaardig, toch?
Onlangs las ik de column ”Is de SGP tegen Koranverbranding?” (RD 20-9). De SGP steunde een motie om een recente Koranverbranding te veroordelen, niet. „Voor je het weet”, zo schreef de columnist, „heb je je naaste vogelvrij gelaten of verklaard.”
Dit sentiment vertolkt goed hoe een deel van de moslims in Nederland zich momenteel lijkt te voelen, namelijk kwetsbaar. Zo uitte het netwerk K7, een samenwerkende koepel van Nederlandse moskeeën, vorige week grote zorgen over het nieuwe regeerakkoord. Volgens de koepel gaat er een „dreigende toon” van uit en men vreest dat de godsdienstvrijheid van moslims onder druk wordt gezet. Vanuit christelijke kring blijft het vooralsnog stil. Waarom eigenlijk? Immers: godsdienstvrijheid is ook een kwestie die ons als christenen aangaat, toch?
De zorgen van K7 gaan bijvoorbeeld over de regelgeving rond de islamitische gebedsoproep. Of over het plan om informeel onderwijs, zoals weekend- en Koranscholen, meer te gaan controleren. Ook Marion Lalisse, de Europese coördinator voor de strijd tegen moslimhaat en -discriminatie, sprak eerder al haar zorgen uit over discriminatie van moslims in Nederland, onder andere door de overheid.
Bevrijdend
Onlangs mocht ik namens Tearfund, een christelijke organisatie gericht op ontwikkelingssamenwerking, aansluiten bij het Breed Overleg Godsdienst. Katholieken, protestanten, moslims, joden, boeddhisten en andersgelovigen waren aanwezig op het ministerie van Buitenlandse Zaken en bespraken de positie en onderlinge verhoudingen tussen deze groepen in de wereld. De gemene deler in het gesprek was dat we de vrijheid om te geloven voor iedereen hopen te bevorderen. Alle onderlinge verschillen leken daar in dat zaaltje op het ministerie even te verdwijnen, in een poging om samen het goede te doen. Het was een bevrijdende gewaarwording om zo een divers palet van gelovigen samen te zien optrekken.
In veel gebieden in de wereld is de harmonie tussen verschillende religies ver te zoeken. Vaak staat men daar juist tegenover elkaar, soms met dodelijke afloop. Juist in dit soort contexten zien wij vanuit ons werk de kracht van het opkomen voor elkaars rechten. Zo trekken binnen onze vredesopbouwprojecten in Mali, Irak, Ethiopië en Nigeria christenen en moslims samen op om bij de lokale en nationale overheid te pleiten voor godsdienstvrijheid voor iedereen. En met succes welteverstaan. In conflictgebieden zien wij zo op lokale schaal zaadjes van hoop opkomen waardoor mensen hun geloof vrijer kunnen belijden, zonder vrees voor gewelddadigheden.
In Nederland lijken de publieke reacties over de zorgen van moslims om hun geloof vrijelijk te belijden, vooralsnog voorbehouden aan moslims. Maar waarom zou je je daar als christen ook niet over uitspreken? Leerde Jezus ons immers niet: „Behandel een ander zoals jezelf behandeld wilt worden”? Is dat niet het hart van de Wet en de Profeten? Omgekeerd lijken de zorgen over bijvoorbeeld de christenvervolging in veel landen in de wereld ook vooral beperkt tot christenen. Het zou mooi zijn als er ook uit islamitische hoek publiekelijk bijval komt om de ernst van de situatie te benadrukken. Moeten we in een tijd van sterke secularisatie én polarisatie in Nederland niet juist naast elkaar gaan staan vanuit verschillende geloven?
Harmonie
Geloofsgemeenschappen doen enorm veel goeds voor de samenleving. Dat zien we in de landen waar wij werken maar dat geldt zeker ook voor Nederland. Daar is niet altijd erkenning voor en religie blijft voor sommigen toch vooral een spannend woord. Als gelovigen weten we echter dat religie ons zoveel brengt. Laten we in Nederland daarom vaker samen optrekken met eenieder die het recht op godsdienst een warm hart toedraagt.
Vanuit ons werk zien we dat samenwerking en wederzijds respect tussen religies harmonie brengen binnen de samenleving. Hoe mooi zou dat zijn in het steeds verder polariserende Nederland. Die middag op het ministerie van Buitenlandse Zaken geeft mij in ieder geval de goede hoop dat samen optrekken meer oplevert dan dat het ons kost.
De auteur is adviseur beleidsbeïnvloeding en bewustwording bij Tearfund.