Baptistengemeente Breccia di Roma in Rome stapt naar het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg vanwege het oordeel van het Italiaanse hooggerechtshof. Dat oordeelde in juni van dit jaar dat het gebouw waar de gemeente in samenkomt niet op een kerk lijkt en dat de gemeente daarom onroerendgoedbelasting moet betalen.
Dat maakte Alliance Defending Freedom International, een organisatie die opkomt voor vrijheid van godsdienst en Breccia di Roma bijstaat, dinsdag bekend.
De gemeente komt samen in een voormalig winkelpand in het centrum van Rome. Het hooggerechtshof in Italië oordeelde daar in juni van dit jaar over dat het geen kerk is, „omdat het de intrinsieke kenmerken van een religieus gebouw mist”.
De gemeente moet daarom jaarlijks minimaal 6000 euro aan onroerendgoedbelasting betalen. Daarbovenop komen de achterstallige onroerendgoedbelasting en de gerechtskosten van de afgelopen vijf jaar waarin de gemeente procedeerde tegen de belastingdienst. In totaal gaat het om een bedrag van 50.000 euro.
„Waarom zou de belastingdienst bepalen hoe een gebedshuis eruit moet zien?” motiveert voorganger prof. dr. Leonardo De Chirico het besluit om naar het Europees Hof te stappen. „Omdat onze middelen beperkt zijn, komen we bijeen in een relatief niet-spectaculair gebouw. Maar waarom zou een staat ons daarvoor straffen? Onze kerk is niet slechter of minder spiritueel alleen omdat onze architectuur anders is.”
De Chirico hoopt dat, mocht zijn gemeente deze zaak winnen, ook andere kleine evangelische kerken in Italië hiervan profiteren. „Stedelijke ruimte is niet gereserveerd voor eeuwenoude instellingen of rijke gemeenschappen. Godsdienstvrijheid is een essentieel recht voor iedereen.”
