Rosa zorgt voor vier babyplantjes, ze heeft ze zelf gezaaid. Ze geeft 1, 2, 3 en 4 –zo noemt ze hen– elke dag water. De vierling groeit hard. Rosa voelt de bui al hangen.
„Op een dag verscheen mama’s bakfiets voor het raam.” Rosa omhelst haar plantjes. Ze weet zeker dat ze niet willen verhuizen naar mama’s volkstuin.
Elle van Lieshout en Erik van Os vertellen in dit prentenboek, dat verschijnt ter gelegenheid van de Kinderboekenweek, hoe Rosa met haar plantjes meehobbelt naar hun eindbestemming: de volle grond. Hoe ze uit hun potjes worden geklopt, en hoe Rosa ze nu onmogelijk in de gaten kan houden.
„Zag Rosa daar een rups? En nog een paar van die dreigende diersoorten?” Ze hoort van mama dat de natuur het verder regelt, maar Rosa neemt het heft in handen. Ze harkt de grond, maakt etiketjes, en 1, 2, 3 en 4 veranderen in enorme courgetteplanten.
Illustrator Noëlle Smit tekent de kat die meedoet, de vierling die eerst bloeit en wat er verder volgt: „Wat doe je nou?” vraagt Rosa’s moeder lachend aan haar dochter. „Och Rosa toch, ik weet niet wat je nu weer van plan bent, maar planten houden zich nu eenmaal niet aan regeltjes en rijtjes.” Of toch wel? Want hoe kan het dat de courgettes van Rosa ineens vierkant zijn?
”De vierling op de vensterbank” is een heerlijk prentenboek over een eigenwijs, slim en creatief meisje, dat de natuur een handje meehelpt.
De vierling op de vensterbank, Elle van Lieshout en Erik van Os (tekst), Noëlle Smit (ill.); uitg. CPNB; 28 blz.; € 7,99
