Inmiddels kennen ze elkaar zo’n achttien jaar. De familie Kosters ontmoette de familie Meeuwsen tijdens een druilerige vakantie in de Alpen. Met woningruil, gezamenlijke tripjes en een hechte vriendschap als opbrengst.
René (49) en Petra (48) Kosters komen op een zaterdag in 2006 met hun twee dochters aan in het Oostenrijkse Gaschurn in de deelstaat Vorarlberg. Na de lange rit vanuit hun woonplaats Rijssen zien ze ernaar uit om te ontspannen in het appartementencomplex waar ze de komende twee weken in zullen verblijven.
René stapt uit en belt aan bij het vakantiehuis. Binnen klinkt wat gestommel. Dan zwaait de deur open. „Ja?” zegt de man die in de opening verschijnt. „Guten Tag, Herr. Wir kommen hier vor unser Urlaub”, zegt René in zijn beste Duits. De man lacht. „Doe maar normaal, wij zijn gewoon Nederlanders.”
De man –hij blijkt Jos Meeuwsen te heten– laat de familie Kosters binnen, de eigenaars van het huis waren er namelijk nog niet. Ze mogen hun intrek nemen in het appartement onder dat van Jos en zijn vrouw Annemarie. En het is maar goed dat ze een dak boven hun hoofd hebben, want het regent pijpenstelen die vakantie. Als de familie gesetteld is, kijkt Annemarie haar man aan. „Die zullen we morgen wel in de kerk zien”, zegt ze betekenisvol.
„„Jullie gaan verder waar wij gebleven zijn”” - Motto families Kosters en Meeuwsen
Woningruil
Die dag, en de dagen erna, blijft het water met bakken uit de lucht komen. Veel kan de familie Kosters dus niet doen die vakantie. Maar dan is dochter Ruth jarig. Het meisje wordt vier. De verjaardag uitgebreid vieren gaat niet vanwege de regen. Moeder Petra weet wel een oplossing om het gezellig te maken. „Weet je wat?” zegt ze. „We vragen de bovenburen op de koffie.”
Zo gezegd, zo gedaan. Jos en Annemarie komen met hun drie kinderen op de verjaardag van Ruth, en dat bevalt beide families best. Als ze terug in hun appartement zijn, zegt Jos tegen Annemarie: „Dat zijn fijne, nette mensen. We kunnen vragen of ze, als we terug zijn van vakantie, een keer woningruil met ons willen doen.” Annemarie vindt dat een goed idee. „Als we weer op de koffie gaan, kunnen we het ze voorstellen.”
De Kosters zijn erg enthousiast over het plan. Een paar dagen later vangen René, Petra met hun twee dochters de terugreis naar Nederland aan. Twee dagen eerder dan gepland, vanwege de onafgebroken stroom water die uit de Oostenrijkse wolken neerdaalt. Maar ondanks de in het water gevallen vakantie, gaan ze met een woningruil in het verschiet naar huis.
Vertrouwen
Die woningruil komt het volgende voorjaar, in 2007. De families wisselen op een parkeerplaats halverwege de route de huissleutels uit, de Kosters gaan naar het Zeeuwse Oostdijk terwijl de Meeuwsens afreizen naar Rijssen. „Het was heel ontspannen”, vertelt René. „We trokken in elkaars huis onder het motto: jullie gaan verder waar wij gebleven zijn.”
Jos vertelt dat de boter, de vleeswaren en de appelmoes allemaal nog in de koelkast stonden. „Als je niet zo ontspannen vertrekt, is het geen woningruil”, zegt zijn vrouw Annemarie. „We trokken letterlijk bij elkaar binnen zoals we vertrokken.”
„„De kracht van de vriendschap zit in de dingen die je samen hebt”” - René Kosters, vakantieganger
Petra vertelt dat ze het de eerste keer wel spannend vond. In tegenstelling tot haar man –in zijn jeugd ruilden René’s ouders een paar keer van woning– had zij geen ervaring met woningruil. „Het vraagt wel vertrouwen in elkaar. Je moet weten wat voor mensen je in huis haalt. Gelukkig ging dat heel goed.”
De dochters genoten ook, alhoewel Rosa het de eerste nacht wel wat eng vond. Nog nagenietend vertellen haar ouders: „Toen we Rosa op bed legden, snoof ze wat rond en zei ze: „Het ruikt hier naar jongens!” Wat hebben we toen gelachen.”
Hecht
Tegenwoordig is woningruil voor de families minder haalbaar. René legt uit dat Jos en Annemarie zijn verhuisd naar Aagtekerke en nu bij hun huis een vakantiewoning hebben. Omdat daar bijna permanent gasten in zitten, kunnen de twee Zeeuwen eigenlijk niet meer voor langere tijd weg. Maar dat staat de vriendschap niet in de weg, zeggen de Twentenaren.
„Ongeveer zeven jaar geleden is de vriendschap merkbaar hechter geworden”, zegt Petra. „Jos en Annemarie vroegen toen of we zin hadden om in de meivakantie in het huisje bij hen in de tuin te komen logeren. Nou, dat hoefden ze geen twee keer te vragen.” Sinds die uitnodiging zakken de Kosters jaarlijks af naar het zuidwesten.
René zegt vergenoegd: „Het is altijd zo gezellig, zo gemoedelijk. We gaan niet eens zo veel weg, maar we doen wel samen veel dingen.” Annemarie zegt lachend: „De mannen doen mannendingen en de vrouwen vrouwendingen.”
Kracht
Ook de dochters hebben het naar hun zin in Aagtekerke. „Het is fijn om lekker eventjes weg te zijn”, zegt de 16-jarige Rosa. „Terwijl het allemaal niet zo bijzonder is. We doen bijvoorbeeld gewoon wat spelletjes met elkaar.” De zoons van Jos en Annemarie zijn inmiddels het huis uit.
De families zijn best verschillend, zegt René. „Maar de kracht van de vriendschap zit in de dingen die je samen hebt. We houden bijvoorbeeld allemaal van muziek. En we kunnen goed met elkaar praten, bijvoorbeeld over het geloof.”
Voor de Kosters voelt Zeeland telkens als thuiskomen, zegt Petra. Omdat ze er al jaren komen, voelt het huis van Jos en Annemarie niet vreemd. „Als we koffie willen, pakken we dat zelf”, vult René aan. „Ze zouden het raar vinden als we het eerst zouden vragen.”
Wat is de formule voor zo’n vriendschap die op vakantie is ontstaan? „Jezelf zijn”, zegt René stellig. „En open zijn naar elkaar”, gaat zijn vrouw verder. „Schaam je niet als er een keer iets niet goed gaat of er een meningsverschil is. Spreek open met elkaar over zulke dingen.” De echtparen wisselen, als ze elkaar zien, vaak gedachten en ervaringen uit. „Doordat we elkaar niet zo vaak in het echt ontmoeten en we op zo’n afstand van elkaar wonen, wordt de vriendschap steeds hechter”, zegt Petra.
Jos en Annemarie zijn het met de Kosters eens. „Openheid en eerlijkheid zijn belangrijk. En het moet klikken. Dat heb je niet bij iedereen”, zegt Annemarie. „Het voelt bij ons vertrouwd omdat we dezelfde achtergrond hebben, we zijn een beetje osm’ers – ons soort mensen”, gaat Jos verder. „We hebben allebei de Bijbel als basis en achtergrond. Dat zorgt voor verbinding, zeker als je elkaar in het buitenland ontmoet.”