Koninklijk HuisKoninklijk Huis

Prins Hendrik als vriend van het volk

„Geheel Nederland dat lijdt, en alom is droefheid.” Dat was negentig jaar geleden niet alleen een ”Treurlied op den dood van Z.K.H. Prins Hendrik”, maar ook een zorgelijke uiting over de toekomst van de Oranjedynastie: het koningshuis bestond nu alleen nog uit koningin Wilhelmina en haar nog ongetrouwde dochter Juliana.

L. Vogelaar
3 July 2024 15:25
De begrafenisstoet van prins Hendrik in Den Haag, op weg naar de Nieuwe Kerk in Delft. beeld ANP
De begrafenisstoet van prins Hendrik in Den Haag, op weg naar de Nieuwe Kerk in Delft. beeld ANP

De prins had er zelf nog een grapje over gemaakt toen hij achter zijn bureau in het Rode Kruisgebouw in Den Haag door een hartaanval werd getroffen: „Nu ben ik zelf een mooi voorbeeld van een Rode Kruisoefening.” Vijf dagen later is hij echter overleden, toen op 3 juli 1934 een nieuwe hartaanval hem trof terwijl hij in gesprek was met een verpleegster.

De commissie van de Vrijwillige Landstorm leidde prins Hendrik in 1930 rond op de schietbaan bij Waalsdorp bij de opening van de Nationale Schietwedstrijden. beeld ANP

Koningin Wilhelmina was haastig teruggekeerd uit het Zwitserse Brig, waar ze verbleef om uit te rusten. Prinses Juliana heeft haar vader echter niet levend teruggezien: zij was op vakantie op Kensington Palace in Londen en kreeg het verzoek in Engeland te blijven, zodat het volk niet ongerust zou worden.

„Prins Hendrik trok zijn uniformjas uit en sloeg die om de schouders van een verkleumde drenkelinge”

De kerkelijke pers besteedde aandacht aan de slag die het vorstenhuis trof. „Met diepe ontroering vernamen we Dinsdagmiddag de tijding, dat, nog heel onverwacht, Z.K.H. Prins Hendrik, op 58-jarigen leeftijd, is overleden”, schreef het hervormde blad De Waarheidsvriend. „Pas nog stond hij aan het graf van Baron van Hardenbroek, wiens begrafenis hij 26 Juni j.l. bijwoonde, en 3 Juli is hij zelf niet meer in het land der levenden. Ook voor de Vorsten der aarde geldt: „Gelijk het gras is ons kortstondig leven” en: „De dood wenkt ieder uur.”
Weer is de dood de deur van het Koninklijk Paleis binnengegaan. 20 Maart werd de algemeen zoo geliefde en teerbeminde Koningin-Moeder weggenomen in den gezegenden ouderdom van ruim 75 jaren.”

In 1929 werd herdacht dat koningin Emma veertig jaar geleden voor het eerst Nederlands grondgebied betrad. De koningin-moeder wuifde naar het publiek bij het Paleis op de Dam in Amsterdam. Links prins Hendrik, rechts koningin Wilhelmina. beeld ANP

Twee vrouwen

„Welk een slag heeft ons Oranjehuis opnieuw getroffen!” schreef het christelijke gereformeerde blad De Wekker. „In deze dagen van droefheid en rouw gaan onze gevoelens van innige deelneming uit naar onze Vorstin, die haar Gemaal, en naar onze Prinses, die haar Vader verloor. Nog bloedt de wonde over het verlies van een dierbare Moeder. Thans wordt het leven onzer geliefde Vorstin opnieuw verdonkerd. Moge de God der Vaderen haar Licht, haar Troost, haar Kracht wezen.”

Hendriks sterfdag viel in de buurt van een herdenkingsdatum: „Terwijl het stoffelijk overschot van Prins Hendrik op bijzetting in den Koninklijken grafkelder te Delft wacht, is het 350 jaar geleden, dat Prins Willem van Oranje door Balthazar Gerards verraderlijk werd vermoord.” Dat was op 10 juli 1584.

Het koninklijk gezin in augustus 1910, toen prinses Juliana ruim een jaar oud was. beeld ANP

In De Wekker schreef prof. J.W. Geels in 1934: „Moeder en Dochter zijn ons nu slechts overgebleven. Het is als tusschen de jaren 1890 en 1901, toen ook twee koninklijke Vrouwen het paleis in de Residentie bewoonden. Als vanzelf rijzen ook nu weer allerlei vragen in verband met de voortzetting der regeering door het Huis van Oranje. Maar in plaats van door kleinmoedige vreeze ons te laten vervoeren, willen we gedenken aan Gods wonderlijke leiding in de geschiedenis van Nederland en Oranje.”

Wit

Opvallend was de keuze van de bijna 54-jarige weduwe voor witte rouwkleding voor haarzelf en haar dochter. Dat besluit was al eerder genomen. In haar memoires, ”Eenzaam maar niet alleen”, schreef de vorstin later: „Mijn man en ik hadden reeds lang voor zijn heengaan herhaaldelijk samen gesproken over de betekenis van het sterven en over het daaropvolgende eeuwige leven. Wij hadden beiden de geloofszekerheid, dat de dood de ingang tot het Leven is en elkaar daarom beloofd, dat onze begrafenis geheel in het wit zou geschieden. Dienovereenkomstig werd dan ook nu gehandeld.” Prins Hendrik had na dit gesprek bij Paleis Het Loo een generale repetitie gehouden om de witte lijkkoets te kunnen zien.

Gezinsfoto uit 1926. beeld Nationaal Archief

De prins werd op 11 juli ter aarde besteld. Vijf dagen later prees de koningin haar man in een radiotoespraak vanwege „zijn goede hart en vriendelijkheid en eenvoudige inborst”. Wilhelmina en Juliana gingen opnieuw naar het buitenland om de gebeurtenissen te verwerken: ze waren maar liefst zes weken in Noorwegen.

Nog in datzelfde jaar publiceerde het Nijkerkse schoolhoofd P. de Zeeuw J.Gzn. ”Prins Hendrik, de vriend van ons volk”, volgens het blad De Reformatie „een aardig, vlot verteld boekje gegeven (148 blz.), dat door zijn grooten druk en zijn korte hoofdstukjes prettig leest en vooral door zijn vele illustraties zeer aantrekkelijk is”. De titel verwoordde hoe het volk de prins had leren kennen: als hartelijk, gul en laagdrempelig.

Kroondomein

Prins Hendrik heette eigenlijk Heinrich. Hij kwam uit het groothertogdom Mecklenburg-Schwerin, een staatje aan de Oostzee, ten noorden van Berlijn. Nadat hij op 7 februari 1901 in Den Haag met zijn Nederlandse achternicht Wilhelmina trouwde, bleef hij geld ontvangen van zijn neef, de groothertog. Tijdens de revolutie in 1918 raakte de Duitse adel echter veel van zijn macht en vermogen kwijt. Voortaan was prins Hendrik financieel afhankelijk van zijn vrouw. Het onderstreepte zijn ondergeschikte positie. „Ik bin nu das Gepäck” –ik ben slechts de bagage– zei hij eens toen hij op enige afstand achter zijn vrouw aanliep.

„Prins Hendrik paste de Pruisische manier van bosbouw toe”

Hendrik was de eerste prins-gemaal in Nederland. Hij moest zelf op zoek naar zinvolle tijdsbesteding. Die vond hij buitenshuis. Op het Kroondomein achter Paleis Het Loo bijvoorbeeld, dat door aankopen sterk werd uitgebreid. Prins Hendrik paste de Pruisische manier van bosbouw toe: hij legde rechte wegen aan en liet perceel na perceel volplanten. Zo veranderde het kale landschap in een uitgestrekt bosgebied, totdat Wilhelmina er een stokje voor stak. Hun verschillen van inzicht zijn nog steeds in het landschap terug te zien: de uitgestrekte bossen, rechttoe rechtaan, komen bij Hendrik vandaan; aan Wilhelmina is het te danken dat een deel van de open heide behouden bleef, evenals enkele oude bossen en buurtschappen.

Scheepsramp

De prins was beschermheer van de zeevaartschool in Vlissingen. Nog in zijn overlijdensjaar kwam koningin Wilhelmina naar Vlissingen om een borstbeeld van haar man in de voorgevel van een van de gebouwen te onthullen.

„Voor de buitenwacht werd de schijn opgehouden dat het huwelijk harmonieus was”

In februari 1907 toonde prins Hendrik zijn belangstelling voor het reddingswerk na een scheepsramp. Historicus Cees Fasseur schreef later: „Zijn enkele aanwezigheid was voor het eenvoudige vissersvolk van Hoek van Holland en ’s-Gravenzande een enorme opsteker; het feit dat de prins persoonlijk belangstelling toonde voor hun werk moet die mensen enorm hebben aangemoedigd.” Daar bleef het niet bij. Aan boord van de loodsboot deelde de prins dekens en drinken uit. „Hendrik heeft zijn uniformjas uitgetrokken en die om de schouders van een verkleumde drenkelinge geslagen. Dat verhaal (…) heeft de wereldpers gehaald.”

Vakantiefoto uit 1928. beeld AP

De prins werd daarna voorzitter van de Vereeniging ”Het Nederlandsche Roode Kruis” en van de Koninklijke Nationale Bond voor reddingwezen en EHBO ”Het Oranje Kruis”.

Schulden

Prins Hendrik maakte grote schulden, ook doordat hij voor het onderhoud van zijn maîtresses en buitenechtelijke kinderen betaalde. Hendrik Jan Korterink kwam in 1992 met het boek ”De zwarte schapen van Oranje. Over de minnares van Prins Hendrik, hun zes kinderen en andere geheimen”. Dr. Gerard Aalders, die vooral over de levenswandel van prins Bernhard publiceerde, stelde dat diens schoonvader Hendrik ten minste negen bastaardkinderen had.

Wilhelmina en Hendrik leefden op den duur vrijwel gescheiden van elkaar, al werd voor de buitenwacht de schijn opgehouden dat het huwelijk harmonieus was.

Aan een leven met hoogte- en dieptepunten kwam een plotseling einde. „Voor de majesteit van den dood zijn alle menschen gelijk, hoe zeer zij ook naar hun aardsche verhoudingen onderscheiden mogen zijn”, schreef De Klok, het orgaan van de vereniging Protestants Nederland. „God de Heere sterke onze hoog geëerde Koningin en trooste de Koninklijke Dochter.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer