Kerk & religieVooruitblik synode PKN
Vacante gemeente in PKN moet straks kiezen: pastor of predikant beroepen?

Kerkelijk werkers, pastores en predikanten: binnen de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) moeten ze elk hun eigen plek en taak hebben. De synode van de PKN buigt zich volgende week vrijdag over het rapport ”Ruimte voor Woord en Geest”, dat de drie „beroepsprofielen” omschrijft.

Vragenstellers staan in de rij tijdens een vergadering van de synode van de Protestantse Kerk in april 2023. beeld Niek Stam
Vragenstellers staan in de rij tijdens een vergadering van de synode van de Protestantse Kerk in april 2023. beeld Niek Stam

Om wat voor rapport gaat het precies?

”Eindrapport ambtsvisie” luidt de ondertitel van ”Ruimte voor Woord en Geest”. Eerder al sprak de synode over de „groeiende variatie” van werkers in de kerk, die regelmatig tegen „belemmeringen” aanlopen. In 2019 stond de nota  ”Mozaïek van kerkplekken” op de agenda. Een daaropvolgende nota onderscheidde  drie beroepsprofielen . Het nu voorliggende rapport vertaalt deze naar de praktijk. Daarbij gaat het om de context waarin het werk plaatsvindt, het werk- en denkniveau dat daarbij hoort en de daarvoor benodigde opleiding. De nieuwe profielen sluiten overigens nog niet goed aan op de bestaande opleidingen, aldus het rapport.

Drie beroepsprofielen dus. Betekent dit dat er drie categorieën werkers in de kerk zijn?

Nee, het rapport onderscheidt in hoofdlijnen twee categorieën. De eerste is de kerkelijk werker. Deze is actief op een deelterrein van de gemeente. Denk bijvoorbeeld aan jeugdwerkers, ouderenwerkers, diaconaal en missionair werkers. Daarnaast zijn er pastores en predikanten die actief zijn „in en voor het geheel van de gemeente”.

Wat onderscheidt de pastor van de predikant?

Het gaat, zo stelt het rapport, om „hetzelfde ambt met in de basis dezelfde werkzaamheden, maar in verschillende contexten. In de praktijk zullen ze waarschijnlijk allebei ”dominee” genoemd worden.”

„Pastor en predikant doen in de basis dezelfde werkzaamheden en zullen waarschijnlijk allebei ”dominee” genoemd worden” - Eindrapport ambtsvisie PKN

Bij het werk van pastor hoort werk- en denkniveau 6. Dit kan worden bereikt door een bacheloropleiding in het hoger beroepsonderwijs of het wetenschappelijk onderwijs. Bij het werk van predikant hoort werk- en denkniveau 7 (master) of 8 (gepromoveerd). Pastores werken „in minder complexe contexten” en hebben lichtere verantwoordelijkheden dan een predikant.

Dat klinkt nogal abstract. Wat betekent dit in de praktijk?

Het rapport noemt als voorbeeld een kleine, stabiele dorpsgemeente. Deze zoekt een voorganger voor 40 procent, die kan bouwen aan de contacten die zijn gelegd met dertigers in de kaartenbak. De gemeente, die een duidelijke confessionele identiteit heeft, wil een pastor beroepen.

Een andere dorpsgemeente, onder de rook van een universiteitsstad, is zeer divers. Zij bestaat behalve uit oorspronkelijke dorpsbewoners ook uit hoogleraren en universitair medewerkers die in het dorp zijn neergestreken, evenals klimaatactivisten. De gemeente zoekt een predikant voor 60 procent.

Wie bepaalt straks of een gemeente een pastor of een predikant nodig heeft?

Bij een vacature kijkt de gemeente onder begeleiding van een consulent of de context vraagt om een pastor of een predikant. De consulent wordt toegerust om te helpen bij het opstellen van een gemeenteprofiel waaruit blijkt of een pastor dan wel predikant passend is.

Functioneren kerkelijk werkers, pastores en predikanten helemaal los van elkaar?

Nee, dat is niet de bedoeling. Het woord ”samenwerking” komt in het rapport meer dan tachtig keer voor. Daarbij gaat het zowel om samenwerking tussen gemeenten als tussen de werkers in de kerk. ”Ruimte voor Woord en Geest” noemt als voorbeeld onder meer een gespreks- en gebedsgroep van kerkelijk werkers, pastores en predikanten in een stad, evenals een exegesegroep waarin pastores en predikanten elkaar maandelijks ontmoeten en „inspiratie opdoen”.

„Kerkelijk werkers, pastores en predikanten ontmoeten elkaar in gespreks- en gebedsgroep” - Eindrapport ambtsvisie PKN

Sommige kerkelijk werkers hebben op dit moment preek- en sacramentsbevoegdheid. Hoe passen zij in het nieuwe plaatje?

Aan kerkelijk werkers wordt in de toekomst geen preekconsent meer verleend. Het is hun wel toegestaan „op incidentele basis voor te gaan in een bijzondere dienst, zoals in een verzorgingshuis of in een jeugddienst. Dit gebeurt dan (…) onder supervisie van een predikant of pastor.”

Kerkelijk werkers die nu in feite functioneren als voorganger van een gemeente kunnen hun kennis, inzichten en vaardigheden laten toetsen. Op die manier kunnen ze een officiële erkenning van de kerk krijgen voor hun werk- en denkniveau. Met zo’n erkenning kunnen ze beroepbaar gesteld worden en officieel als pastor aan de slag. Het rapport wijst ook op mogelijkheden voor de pastor om door te groeien naar predikant.

Wat zegt het rapport over roeping en beroepbaarheid?

Het desbetreffende hoofdstuk zet in met het groeiende tekort aan „professionals” in de kerk en geeft aan dat de plaatselijke gemeente de „meest logische plek” is om in beeld te krijgen welke mensen een mogelijke roeping hebben. Het spreekt daarbij van het „scouten en werven van studenten”.

Studenten (hbo en wo) die kerkelijk werker, pastor of predikant willen worden, moeten zich vanaf de start van hun studie inschrijven in het kerkelijk album van de Protestantse Kerk. Ze geven daarmee onder meer toestemming voor een onderzoek naar de geschiktheid voor een kerkelijke functie. Dit zou voor pastores en predikanten moeten bestaan uit een assessment en vier gesprekken met de toelatingscommissie. Een assessment laat zien „wat nodig is in het leer- en ontwikkeltraject van de kandidaat”.

„De plaatselijke gemeente is de meest logische plek om in beeld te krijgen welke mensen een mogelijke roeping hebben, en kan studenten scouten en werven” - Eindrapport ambtsvisie PKN

De synode spreekt vrijdag over het rapport. Een hamerstuk?

Nee, dat zal het zeker niet zijn. Eerdere besprekingen in het ambtstraject namen veel tijd in beslag . Komende vrijdag zijn vrijwel de hele ochtend en middag uitgetrokken voor de bespreking van ”Ruimte voor Woord en Geest”. Het moderamen (bestuur) houdt er rekening mee dat de besluitvorming niet voor het einde van de middag kan plaatsvinden. De agenda vermeldt namelijk om 19.00 uur: Mogelijk vervolg wegens uitloop.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer