Cultuur & boekenGeloofsverantwoording
Geloofsverantwoording op de wijze van een kritische dialoog

Een belangrijk boek over theologisch overtuigen. Met daarin een theologie van de religies en oog voor de werkelijkheid en onze perspectieven daarop. Over open en onbevangen luisteren zonder relativering van de beslissende betekenis van Jezus Christus. Een boek vol systematische bezinning én praktisch van aard door de diverse praktijkvoorbeelden.

„Het apologetisch getuigenis is gebaseerd op het vertrouwen in Christus en niet op ons vermogen om verschillende culturele perspectieven te begrijpen.” beeld RD, Anton Dommerholt
„Het apologetisch getuigenis is gebaseerd op het vertrouwen in Christus en niet op ons vermogen om verschillende culturele perspectieven te begrijpen.” beeld RD, Anton Dommerholt

„Tijdens het schrijven werden we eraan herinnerd dat het christendom een excentrische religie is die haar anker niet in de diepte van de ziel of de rijkdom van een religieuze traditie of gemeenschap vindt, maar in de drie-enige God Die –als Vader, Zoon en Geest– vóór ons bestaat, onder ons is en voor ons uitgaat.” Zo blikken de beide auteurs terug op hun werk. Beide gepokt en gemazeld in de praktijk van het getuigen in een multiculturele en multireligieuze wereld én bekwaam in het theologisch doordenken van de praktijk.

Het boek bestaat uit twee delen. Het eerste deel biedt de systematische doordenking van een apologetisch ”model” voor de interreligieuze dialoog. Ik schrijf bewust ”model”, omdat niet het idee mag ontstaan dat er een kant-en-klaar in te vullen model gegeven wordt dat je blindelings kunt volgen. Het apologetisch getuigenis is gebaseerd op het vertrouwen in Christus en niet op ons vermogen om verschillende culturele perspectieven te begrijpen.

Het tweede deel gaat over de beoefening van het contextueel apologetisch getuigenis in de interreligieuze dialoog. Nu is het woord dialoog besmet geraakt, zeker in de wereld van gesprekken tussen verschillende religies. Dat kan algauw klinken als ieder zijn eigen waarheid. Juist dát relativisme wijzen de schrijvers af. Dat maakt een echt gesprek over waarheid eigenlijk zelfs onmogelijk. Dit opnemen voor het feit dat er waarheid is, betekent voor hen aan de andere kant niet dat wij ‘onze’ waarheid kunnen verabsoluteren. Dat laatste staat een open en onbevangen luisteren om te leren van anderen in de weg. Maar ten dele kennen is heel wat anders dan relativering van de waarheid en van de werkelijkheid. Ons perspectief daarop is in het kielzog van deze waarheidsrelativering dan ook weer relatief.

In het model dat geboden wordt gaat het eigenlijk niet om een tweegesprek (dialoog) maar om een driegesprek (trialoog). Het beeld van de driehoek wordt gebruikt: „Het tweegesprek aan de basis van de driehoek gaat over een werkelijkheid buiten de twee gesprekspartners, over de werkelijkheid van God en de wereld als derde.” We kunnen ons nooit neutraal verhouden tot God. De auteurs onderstrepen het belang van het holistische karakter van dit gesprek. Het gaat over vragen naar de waarheid, maar ook over motieven en hoe we contact maken met de „redenen van het hart”. Immers, onze wil en emoties zijn nadrukkelijk betrokken in onze rationele overwegingen en beslissingen.

In de bezinning op de theologie van de verschillende religies gaat het om de vraag of God werkelijk gekend wordt in deze religies. Er is altijd de benadering geweest waarbij de nadruk ligt op de Schepper, Die overal door de schepping gekend kan worden. Daarnaast is er een theologische benadering vanuit een gerichtheid op de Zoon. Buiten Gods unieke Zelfovergave in Christus om is er geen ware kennis van God of heil te verwachten. Dat leidt tot een negatieve waardering van andere religies.

Sinds de tweede helft van de vorige eeuw heeft de pneumatologie de theologie van religies beïnvloed, waarbij benadrukt wordt dat we moeten openstaan voor de activiteit van de Geest buiten de kerk en ook in de wereld van de religies. Daarbij kan weer heel gemakkelijk vergeten worden dat religies ook iets in zich hebben van verdringing en vervanging en soms iets in zich hebben van duistere machten. De auteurs kiezen voor een trinitarische benadering. Niet om van alles dan maar een beetje mee te pikken als een soort compromis, maar juist vanuit de openbaring van de drie-enige God. Het gaat hen om de allesbeslissende betekenis van Christus. Gods openbaring in Hem is niet alleen universeel van betekenis, maar ook finaal. Deze finaliteit is niet de superioriteit van onze kennis. Ze is juist gebaseerd op de aard van wat geopenbaard is. Hij is onovertrefbaar. Christus’ werk was erop gericht om de Geest te kunnen geven en de Geest is gericht op Christus. We moeten de geesten daarom onderscheiden. Vier richtlijnen worden gegeven, waarbij het beslissend is of er iets te ontdekken is van een zoektocht waarin we ontwaren dat de Geest mensen naar Christus trekt.

beeld RD

Al met al een boek waaruit veel te leren valt. Laten in ieder geval alle theologen en in het bijzonder missionaire pioniers er vooral kennis van nemen, zodat niet de praktijk doorslaggevend wordt voor wat we te zeggen hebben. Het ‘vreemde’ Evangelie is geen antwoord op onze vragen. Het stelt juist vragen in ons leven en dat van anderen aan de orde. Studievragen en aanvullende literatuur sluiten het boek af om er een begin mee te maken.

Open en onbevangen. Een model voor interreligieuze geloofsverantwoording; Benno van den Toren en Kang-San Tan; uitg. KokBoekencentrum; 341 blz.; € 34,99

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer