Alarmfase 1 rond ons nageslacht
Groot zijn de zorgen rond ons nageslacht. Het is zelfs alarmfase 1. Wat staat ons als ouders en ouderen te doen?
Bij pastorale bezoeken onder ouderen hoor ik veel over grote zorgen om kinderen en (achter)kleinkinderen. Zo vaak gaan ze andere wegen, ”doen ze nergens meer aan” of zijn ze slordig en lauw in de kerkgang. Hun levensstijl staat haaks op wat hun (groot)ouders hun hebben voorgehouden en voorgeleefd, met name op het terrein van seksualiteit en relatievorming, maar ook op andere gebieden. Aangrijpend dat de zuigkracht van de tijd zo groot is en dat de kennis van de Bijbel zo snel kan wegzakken. De (sociale) media hebben de zogenoemde Biblebelt opengebroken, een veilige beschermende omgeving is steeds minder te vinden. Stokt de geloofsoverdracht?
Hoe kunnen ouderen die hun nageslacht een Bijbels verantwoorde opvoeding willen geven met deze situatie leven? Het is om te beginnen van belang de ernst ervan onder ogen te zien. Soms kijken we weg en spreken alleen over de goede maatschappelijke positie en de schoolprestaties van onze (klein)kinderen. Maar het is toch wel onze diepste zorg hoe ze staan tegenover de Heere en Zijn dienst? Laten we dit eerlijk delen met ambtsdragers en broeders en zusters uit de gemeente. Waardevol te ervaren dat anderen in de gemeente worstelen met dezelfde vragen en elkaar Bijbelse handvatten willen aanreiken.
Laat ik er enkele mogen noemen. Voorop staat het volhardend gebed om het behoud van onze (klein)kinderen, alsook om wijsheid en tact in de omgang met hen. Daarbij is een liefdevolle houding onmisbaar: „Wat er ook gebeurt en welke wegen je ook kiest, en hoeveel verdriet ons dat ook doet, we blijven van je houden met heel ons hart.” Spreek over hun doop, leg hun uit wat het betekent dat de HEERE Zijn hand naar hen uitgestoken heeft boordevol beloften. En smeek vooral de God van hun doop om de voortgang van Zijn genade onder de jonge generaties. Houd Hem Zijn eigenschap van trouw voor en doe een beroep op Zijn toezeggingen. Zelfs als onze kleinkinderen niet gedoopt zijn omdat hun ouders dat niet wilden, blijft Gods genadeverbond een sterk aangrijpingspunt voor ons gebed. In de voorgeslachten heeft de HEERE immers krachtig gewerkt?
Een broeder legde een indrukwekkend getuigenis af. Hij verwees naar Filippensen 4:6 en 7. Wanneer we onze gebeden en smekingen met dankzegging bekend hebben gemaakt bij God, zal de vrede van God die alle verstand te boven gaat, neerdalen in ons hart. Misschien zien we niets van verhoring, maar vanuit de diepe overtuiging dat de Heere trouw is, ontvangen we vrede in het besef dat Zijn handen zo oneindig veel verder reiken dan de onze. De (eeuwige) toekomst van ons nageslacht ligt niet in onze, maar in Zijn handen. Hij is een verrassend God, Die uitkomsten geeft boven bidden en denken.
Misschien herkent u zich niet persoonlijk in de hier geschetste zorgen, omdat uw kinderen de HEERE dienen. Wees Hem daarvoor diep dankbaar. Bid tegelijkertijd mee voor de jeugd van kerk en volk. Een gebed om opwekking, om een nieuwe geestelijke springvloed na het lange ebgetijde van secularisatie, geestelijke inzinking en afvalligheid. Met een variant op een bekend lied:
O God, draag ook ons nageslacht;
in nacht en schermgedruis.
Bewijs ook hun Uw trouw en macht,
wees eeuwig hun tehuis!
De auteur is emeritus hoogleraar gereformeerde spiritualiteit.