Het gelovig dragen van een gehandicapte in Guinee-Bissau heeft iets van kruisdragen
Tientallen foto’s kwamen de afgelopen vier maanden langs op deze pagina. Welke foto ik het mooist had gevonden, vroeg iemand. Nu we bijna aan het eind van de RD-actie zijn (volgende week zaterdag sluiten we af), wil ik die vraag wel beantwoorden.
Mijn keuze ziet u hierboven. De foto brengt het moment in beeld waarop de jonge Cherno –hij is ernstig gehandicapt aan zijn benen– door een medewerker van Stichting Kimon op de rug wordt gedragen. De plaat stond al eerder in de krant en toen citeerde ik Jezus’ woorden uit Mattheüs 11: „Gaat heen en boodschapt (…). De blinden worden ziende en de kreupelen wandelen.” Ik schreef dat wat Jezus op aarde deed –genezing van blinden en kreupelen– bij de volle doorbraak van Zijn Rijk universeel werkelijkheid zal worden. En dat christenen dát vooruitzicht nu al vieren – door blinden bij de hand te nemen en kreupelen op hun rug te dragen. Ik zag het in Guinee-Bissau voor mijn ogen gebeuren.
Het maakt deel uit van die wonderlijke stoet die wereldwijd voorbijtrekt. Van helpers en helers die in Zijn kracht Hem achterna gaan, richting het eerste ochtendgloren dat de doorbraak van Zijn Koninkrijk aankondigt. Hun sjouwen wijst profetisch naar wat komt en is tegelijk koninklijk omdat het nu al een spoor van vernieuwing trekt in levens van gehandicapten.
In Guinee-Bissau zag ik er ook iets priesterlijks in. Iets van een kruisdragen als daadwerkelijk antwoord op Jezus’ woord: „Wie Mij wil volgen, die neme zijn kruis op zich.” Opkomen voor een gehandicapte maakt je in Guinee-Bissau niet populair, integendeel. Het komt neer op je vereenzelvigen met een vervloekte.
Mooi dat we als krant met een stukje van deze stoet mochten meelopen. Het was niet meer dan achteraan aansluiten, maar toch. Daarom geldt voor mij van deze foto: de mooiste.