De Europese Commissie wil de Europese defensie-industrie snel uit het slop trekken en oorlogsklaar maken. Nu de oorlog in Oekraïne is uitgemond in een wedloop tussen de wapenfabrieken van beide kampen is dat hard nodig, meent het dagelijks bestuur van de EU. EU-landen moeten volgens de commissie hun inkoopkracht bundelen en meer wapens van Europese makelij aanschaffen.
De EU moet „meer, beter, sneller, meer samen en meer Europees” gaan produceren, zegt de commissie. Artilleriegranaten bijvoorbeeld, waaraan Oekraïne zo’n schreeuwend tekort heeft dat zijn verdedigingslinies dreigen te bezwijken. Maar vooral ook de wapens van de toekomst, zoals drones, die nu al het slagveld compleet veranderd hebben. Anders raakt de EU achterop bij „systeemrivalen” als China. En zij moet niet langer rekenen op de vanzelfsprekende bescherming van de Verenigde Staten.
De huidige krachttoer om meer artilleriegranaten te maken moet uitgebreid worden naar de hele wapenindustrie, meent de commissie. De EU-landen moeten in een nieuw overlegcomité beter gaan afstemmen hoe ze hun defensiebudget gebruiken. Door gezamenlijk in te kopen, kunnen ze fabrikanten de zekerheid bieden om een extra fabriek te bouwen of lagere prijzen afdwingen. Lidstaten die samen inkopen, krijgen een deel vergoed uit Brussel. Ook kunnen lidstaten samen investeringsprojecten opzetten waarin ze meer staatssteun kunnen steken dan de EU normaliter zou toestaan.
Om lidstaten daartoe aan te sporen moet de EU doelen stellen, meent de commissie. Zo zouden ze in 2030 meer dan de helft van hun budget op de Europese defensiemarkt moeten besteden (nu hooguit 20 procent) en 40 procent gezamenlijk moeten inkopen. Nu winkelen ze nog vooral in de VS.
Voor de plannen heeft de commissie in de huidige begroting, die stamt uit vredestijd, voor de komende twee jaar 1,5 miljard euro gevonden. Dat moet de tijd overbruggen naar de nieuwe begroting, die „een ambitieus defensiebudget” zou moeten bevatten. De commissie hoopt ook dat de EU-landen de Europese Investeringsbank opdragen een deel van zijn vele miljarden in de defensiesector te steken.
En een deel van de opbrengst van bevroren Russische tegoeden zou ook naar de defensieproductie voor Oekraïne kunnen gaan, stelt de commissie voor. „Als het kan dienen voor de wederopbouw van Oekraïne zou het ook moeten kunnen dienen voor het voorkomen van de verwoesting van Oekraïne.”
De Nederlandse Defensieminister Kajsa Ollongren is blij met de plannen. Om te verzekeren dat die de volle aandacht houden, pleit ze voor een speciale Eurocommissaris voor Defensie.