Wandeling over de zeebodem
Wandelen op de bodem van de zee: het klinkt onwaarschijnlijker dan het is. In het Harderbos in Flevoland kan het. Bovendien schijnen daar bevers rond te lopen. Wie ze wil zien, moet wel goed speuren.
Er staat een keiharde wind, deze maandag in februari. Maar het is droog, dus zijn de omstandigheden voor de zogenaamde Beverroute wat mij betreft optimaal.
Mijn auto parkeer ik op de parkeerplaats aan de Karekietweg. Via de rode wegwijzers vind ik mijn weg door het bos.
Na enkele minuten passeer ik een meertje. Het blijkt een drukke ontmoetingsplek voor watervogels: ik zie meerkoeten en eenden. Af en toe breekt de zon voorzichtig door.
De route is een klein stukje verlegd. Dat komt doordat boswachters bezig zijn de oevers diervriendelijker te maken. De waterkanten zijn nu erg steil en daardoor minder toegankelijk voor de waterdieren. Dus moet ik een stukje omlopen door het bos.
Dat is geen straf: het Harderbos is een fascinerend stukje natuur. Zo’n tachtig jaar geleden was hier nog water, zo lees ik op de website van Natuurmonumenten.
Het bos is in eerste instantie geplant voor de houtverkoop en later voor recreatie. Nu mag de natuur haar gang gaan. En dat is goed te zien op deze wandeling: dood hout wordt niet opgeruimd, omgevallen bomen blijven liggen. Het Harderbos moet een oerbos worden.
Hier is bovendien het zogenaamde klimaatbos te vinden. Dit werd in 2008 geplant door 6000 mensen met hart voor de natuur. Het zou zelfs een hartvormig bos zijn, maar dat is vanaf de grond natuurlijk niet te zien.
Ik ben hier ook om te speuren naar beversporen. Een bever zelf zien blijkt ingewikkeld; de dieren zijn nogal schuw. Ik meen langs de oever van een sloot een zogenaamde beverglijbaan te zien, maar echt duidelijke sporen als een burcht of aangeknaagde boomstammen zie ik niet. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat ik er ook niet heel erg op gebrand ben.
De tocht voert over de Hoge Dwarsvaart en dan aan de overkant van het water weer terug. De andere kant van de vaart is beduidend ongerepter, met kronkelende paadjes en onverwachte poeltjes. Stevig schoeisel is geen overbodige luxe. De wind waait me nog steeds stevig om de oren.
Je loopt hier zelfs kans op een ontmoeting met een grote grazer, zo vertelt een informatiebord me. Maar helaas blijft oogcontact met een taurosrund uit. Wel zijn er al volop vogels te horen. Naast het pad zie ik plots een verdwaald madeliefje. De lente komt er voorzichtig alweer aan.
Qua natuurschoon kan het Harderbos nu niet tippen aan de bossen op bijvoorbeeld de Veluwe. Maar geef het een paar decennia; wie weet hoe oer dit bos dan is geworden.