Het zoeken van de dingen die boven zijn
Een diffusere beleving van wat ”heil” is. En een cultuur die zich op het hier en nu concentreert. Het zijn twee lijnen die tevoorschijn komen uit het onderzoek naar zingeving van de Christelijke Hogeschool Ede. De auteurs in deze bundel proberen de christelijke traditie te actualiseren bij deze stand van zaken.
Een breed palet van ruim twintig bijdragen is in de bundel opgenomen in vijf delen. Het gaat over welzijn en zielenheil, hemel en aarde, oude woorden en nieuwe tijden, aanvaarding en vernieuwing en ten slotte over kerk en wereld.
De titel van de bundel spreekt (naar Kol. 3:1) over het zoeken van de dingen die boven zijn. En gezocht wordt er in deze bundel. Dat is een opgave. Begin je met ”boven”, vanuit God en Zijn Woord, hoe krijg je dan contact met mensen van nu die alleen van ”beneden” weten? En begin je ”beneden” bij wat mensen relevant vinden in hun eigen zelfontwikkelingsproject, lukt het dan ooit nog wel om ”boven” te komen, op het niveau van God, van Christus en het Evangelie?
Helpend zijn, wat mij betreft, vooral de bijdragen die inzetten bij de geleefde praktijken van de christelijke gemeenschap (H5, 6, 21). We kunnen zo terechtkomen in het problematiseren van de vragen dat we vergeten dat de christelijke gemeente God belijdt en de gemeenschap met Hem en elkaar beoefent. Waar werkelijk gestalte krijgt dat mensen niet van zelf geconstrueerde zingeving leven, maar van Gods belofte, daar kunnen ook niet-christenen onder de indruk raken van Gods nabijheid.
Het is jammer dat er in de bundel, naast alle Engelse theologie, geen plaats is ingeruimd voor K.H. Miskotte. In de 20e eeuw heeft hij de tijdgeest van het nihilisme diep doorleefd. Aangevochten heeft hij Bijbel en cultuur gelezen. Zo leerde hij het gewone leven zien in het licht van Gods openbaring. De God van Israël manifesteert Zichzelf, breekt door de laaghangende hemel heen, in het gewone leven van alledag. Waardering heb ik voor de bijdragen die op vergelijkbare manier inzetten bij ”boven” (H3, 10, 17, 20).
Versmalling
Sommige bijdragen zetten aan de andere kant zo sterk in bij ”beneden” dat er naar mijn gedachte een sterke versmalling van Bijbelse inhouden optreedt. Het Evangelie spreekt over leven én sterven met Christus. Over vleeswording én verzoening. Heeft die versmalling misschien te maken met de telkens terugkerende, fluwelen omschrijving van heil als ”comfort and challenge” in plaats van bijvoorbeeld Bijbelse kernwoorden als ”rechtvaardiging en heiliging”?
Onze cultuur van ”hier en nu is het één en al” is een probleem. Dat mag een novum in de geschiedenis zijn, maar verschilt het wezenlijk van het oude heidendom? Daarin wordt immers ook de schepping, het hier en nu, verabsoluteerd? Ik weet wel: toen kende men de betovering van de schepping, in onze tijd slechts onttovering, de platheid van de dingen. Toch: tegen dat immanente narratief in hebben de profeten het volgehouden om het Woord van de Schepper, de ”Ik zal erbij zijn”, te spreken.
De epiloog legt de vinger er kritisch bij dat er voor de hel, als plaats van eeuwige verlorenheid, geen aparte aandacht was in de bundel. We hebben er kennelijk moeite mee gekregen de donkere bastonen van het Evangelie tot klinken te brengen.
Een dragende Bijbels-theologische bijdrage ontbreekt in de bundel. Daar hadden Bijbelse grondlijnen van heil en onheil, incarnatie en verzoening, Koninkrijk en eschatologie getrokken kunnen worden. Nu wijzen de bijdragen in wel heel verschillende richtingen. Om daarin een begaanbare weg te vinden vraagt veel van de lezer.
Geen slag in de lucht
Bij het vele goede en mooie wat ik heb gelezen blijf ik een onrustig gevoel houden. Dat zit vooral in het ”soteriologisch agnosticisme”, het ”onzekere weten” dat in de inleiding naar voren komt. Zowel pioniers als voorgangers in bestaande gemeenten blijken (in een deel van kerkenland?) niet zo goed meer te weten wat heil en verlossing inhouden in onze tijd. Dat belooft weinig goeds. Kan een kerk waarin het Credo wekelijks klinkt zich daarbij neerleggen? We „zoeken naar de dingen die boven zijn”, inderdaad. Maar dat zoeken is geen slag in de lucht. We richten ons naar de dingen boven „waar Christus is, Die aan de rechterhand van God zit” (Kol. 3:1). Laat daar geen misverstand over bestaan.
Boekgegevens
”Zoeken naar de dingen die boven zijn. Heil in een seculiere tijd”, Sake Stoppels, Jan Marten Praamsma & Jan Martijn Abrahamse; uitg. KokBoekencentrum; 295 blz.; € 24,99