Waarom de overheid moeite heeft met Facebook
Verdwijnt demissionair premier Mark Rutte van Facebook? Het zou goed kunnen. De Nederlandse overheid overweegt te stoppen met het platform. Vier vragen.
Wat is er mis met Facebook?
Het moederbedrijf van het sociale medium, Meta, houdt zich niet aan de Nederlandse privacyregels. Dat concludeerde de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) al in 2017. Toen bleek dat Facebook persoonsgegevens verzamelde om zo op de persoon toegesneden advertenties te tonen. Na een aanpassing is het bedrijf hiermee gestopt. Maar de twijfels over hoe Facebook omgaat met persoonlijke gegevens blijven bestaan.
Daarom onderzoekt de AP op dit moment wat er gebeurt met de gegevens van mensen die communiceren met de overheid via een Facebookpagina. Het is niet duidelijk waar deze gegevens worden opgeslagen en wie ze kan inzien. Voor de overheid is het belangrijk dat Meta zorgvuldig met gegevens omgaat. En daarnaast moet de overheid zich uiteraard gewoon aan de eigen privacywetten houden.
Wat gaat er nu gebeuren?
Staatssecretaris Alexandra Van Huffelen (Digitalisering) wil het zekere voor het onzekere nemen en de gegevens van Nederlandse gebruikers niet langer opslaan in de Verenigde Staten, waar Meta gevestigd is. Ook wil ze dat de gegevens niet langer dan een week bewaard blijven. De staatssecretaris is hierover al sinds 2022 in gesprek met Meta, maar de gesprekken leveren vooralsnog weinig op.
„Wanneer de toezichthouder oordeelt dat er inderdaad hoge risico’s zijn voor de gegevensverwerking en deze niet door Meta worden weggenomen, zal het gebruik van Facebook Pages door de rijksoverheid moeten worden beëindigd”, bevestigde de D66-bewindsvrouw maandag tegenover De Telegraaf.
Als het zover komt, verdwijnen de Facebookpagina’s van onder andere ministeries, de Belastingdienst en de rijksoverheid.
Waarom is de overheid eigenlijk actief op Facebook?
Dankzij sociale media kan de overheid veel mensen bereiken met informatie. Met bijna tien miljoen Nederlandse Facebookgebruikers is het een communicatiekanaal met veel bereik. De pagina van de Rijksoverheid heeft 91.000 volgers op het twintigjarige platform.
Daarnaast is het laagdrempelig om via sociale media in contact te komen met de overheid. Een chatberichtje naar de regering over bijvoorbeeld het energieplafond gaat makkelijker dan een telefoontje met ongetwijfeld een lange wachtrij.
Speelt dit probleem alleen bij Facebook?
Nee, bij andere sociale netwerken zijn ook zorgen om de privacy. Die zorgen zijn bij TikTok en ChatGPT zo groot, dat de overheid al eerder besloot het gebruik voor ambtenaren te verbieden. Rijksambtenaren kunnen de app van TikTok niet langer op de telefoon zetten, om zorgen over spionage door China, het land waar TikTok vandaan komt.
Instagram en Threads zijn onderdeel van Meta, en zouden zomaar de volgende kunnen zijn die aan een onderzoek worden onderworpen. Al lopen er op dit moment geen onderzoeken naar deze platforms. Tegenover De Telegraaf zei Van Huffelen „de ontwikkelingen nauwlettend in de gaten te houden”.
Eerst is X aan de beurt, zo lijkt het. Er zouden plannen zijn om de risico’s van het platform in kaart te brengen. Een gevolg zou kunnen zijn dat de overheid ook met X stopt.
De staatssecretaris staakte zelf eind januari haar activiteiten op het sociale medium van Elon Musk. „Ik heb besloten om het platform X niet meer te gebruiken en zal mijn activiteiten voortzetten op Mastodon en LinkedIn”, liet ze op X weten. De reden om te vertrekken is dat Musk „niet openstaat voor een gesprek over het bestrijden van haat, desinformatie en nepnieuws” op het platform.
Zo zou het mogelijke vertrek van Facebook door de overheid het begin kunnen zijn van een grotere beweging waarin het Rijk zich niet langer de regels laat voorschrijven door de techbedrijven.