Europese miljardenhulp voor Oekraïne en onder andere extra EU-geld voor het in goede banen leiden van migratie zijn weer een stap dichterbij. De EU-lidstaten en het Europees Parlement hebben een voorlopig akkoord gesloten over de aanpassing van de EU-begroting.
De EU-leiders, ook de lang tegenstribbelende Hongaarse premier Viktor Orbán, werden het op hun top in Brussel donderdag eens over 50 miljard euro voor Oekraïne voor de komende vier jaar. Die steun maakt deel uit van een nieuwe, hogere EU-begroting. Er bleek ook meer geld nodig omdat de EU een hogere rente moet betalen over haar leningen, en de EU-landen wilden meer uittrekken voor bijvoorbeeld migratie.
Het Europees Parlement moet begrotingswijzigingen ook goedkeuren en Europarlementariërs hadden de begroting graag nog verder aangepast. Maar de onderhandelaars van het parlement constateerden dat de onderhandelingsruimte met zo’n zwaarbevochten akkoord klein is én dat haast geboden is. Doordat zij en de EU-lidstaten het dinsdag eens werden, kan het parlement er nog deze maand over stemmen. Oekraïne, dat in acute geldnood verkeert, zou dan al begin maart de eerste betaling kunnen verwachten.