Nederlandse rederijen zijn bang ook doelwit te worden van aanvallen van Houthi-rebellen in de Rode Zee, omdat onder meer Nederland de aanvallen van afgelopen nacht op de Houthi’s in Jemen heeft gesteund. Dit zegt directeur Annet Koster van de Koninklijke Vereniging van Nederlandse Reders (KVNR). Na de aanval zeiden de rebellen uit Jemen namelijk dat ze hard zullen terugslaan.
Koster laat weten wel achter de aanval te staan van de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk. „We juichen alle bescherming van de vrije doorvaart toe”, zegt ze. Tegelijk zijn Nederlandse rederijen volgens haar wel bang voor vergeldingsacties van de Houthi’s. „Een zeer kleine coalitie deed die aanvallen vannacht en de Houthi’s zeiden dat dit consequenties kan hebben. Dit betekent dat Nederlandse schepen of schepen met een link met Nederland een verhoogd risico lopen.”
Onder leiding van de VS heeft een aantal landen, waaronder Nederland, een beschermingsmissie opgezet in de Rode Zee, Operation Prosperity Guardian. Met deze missie is volgens Koster onlangs een grootschalige aanval afgewend waarbij 21 raketten en drones onklaar zijn gemaakt. Rederijen voelden zich iets veiliger met de bescherming, maar na de aanvallen op de Houthi’s is dit veranderd, meldt Koster.
Koster zegt verder dat de schepen die op dit moment wel door de Rode Zee varen doorgaans extra beveiliging aan boord hebben. Maar dat is volgens haar alleen nog mogelijk voor de rederijen die dit kort na het begin van de aanvallen vorige maand hadden aangevraagd. Bedrijven die nu nog extra beveiliging willen regelen, kunnen dat niet meer doen, stelt ze. Vrijdagmiddag spreekt ze met demissionair minister Geoffrey van Leeuwen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) over de situatie in de Rode Zee en de gevolgen voor de Nederlandse scheepshandel.
Onder meer schepen van de Nederlandse baggeraar en maritiem dienstverlener Boskalis varen om via Afrika om aanvallen van de Houthi’s te vermijden. Ook buitenlandse containerrederijen als Maersk en Hapag-Lloyd mijden de Rode Zee.