In de Open Haven, de protestantse kerk in Oost-Souburg, zijn deze maand de kerkenvisies gepresenteerd voor de gemeenten Vlissingen, Veere, Kapelle en Borsele. Duidelijk is dat 70 procent van de kerken in Zeeland nog steeds een religieuze functie heeft. Maar de helft daarvan is in gevaar.
Stichting Erfgoed Zeeland stelt voor alle dertien gemeenten in Zeeland een eigen kerkenvisie samen. Daarin wordt beschreven hoe toekomstbestendig de Zeeuwse kerken als gebouw zijn. Er zijn nu tien visies zo goed als klaar, vertellen adviseur erfgoed Peter Zwemer en projectleider kerkenvisies Jan van de Voorde van Erfgoed Zeeland. Na de jaarwisseling verschijnen de negende en tiende, die voor Reimerswaal en Hulst, en in april volgt nog de kerkenvisie voor Terneuzen. „Binnenkort gaan we aan de slag met Sluis en dan rest alleen nog Middelburg”, aldus Van de Voorde. Dan is Zeeland de enige Nederlandse provincie waarin iedere gemeente een kerkenvisie heeft.
„Tot nu toe blijkt uit de kerkeninventarisatie dat bijna 70 procent van de kerkgebouwen in Zeeland nog religieus in gebruik is”, zegt Van de Voorde. „Dat is eigenlijk een heel mooi cijfer. In de Randstad, maar bijvoorbeeld ook in een met Zeeland vergelijkbare plattelandsprovincie als Groningen, ligt dat lager.”
Ook blijkt dat van alle Zeeuwse bedehuizen ongeveer een kwart een andere bestemming heeft gekregen. Zwemer: „Maar het komt ook voor dat kerken deels nog een religieuze functie behouden en deels voor andere bestemmingen worden gebruikt, bijvoorbeeld voor concerten of tentoonstellingen.”
Zo’n 5 procent van de kerkgebouwen in Zeeland staat leeg. Die worden niet meer als kerk gebruikt, terwijl er nog geen nieuwe bestemming voor is gevonden.
Bedreigd
Er zijn grote verschillen tussen de Zeeuwse gemeenten. In Tholen bijvoorbeeld, met 29 kerkgebouwen, zijn bijna alle bedehuizen nog als zodanig in gebruik: 28 van de 29. Maar in de gemeente Reimerswaal is een derde van de kerkgebouwen niet meer als kerk in gebruik. En in de gemeente Noord-Beveland hebben bijna alle kerken –elf van de zestien– een andere bestemming gekregen.
Een belangrijke conclusie uit de tien kerkenvisies is dat de helft van de gebouwen waarin nu nog gekerkt wordt, de komende vijftien jaar wordt bedreigd. Voor deze kerken geldt namelijk dat hun religieuze functie in de toekomst onzeker is. Maar van de kerken in Zeeland die inmiddels al een nieuwe bestemming hebben gekregen, wordt toch ook nog een kwart in zijn voortbestaan bedreigd, zeggen Van de Voorde en Zwemer. Als er niet genoeg financiële middelen zijn voor een kerkgebouw, kan dat snel in verval raken.
Rijksmonument
Zwemer stelt vast dat kerkgenootschappen die te maken hebben met leeglopende kerken „misschien niet zo goed hebben nagedacht over wat er moet gebeuren als de religieuze functie wegvalt”. Van de Voorde: „Ze zijn minder bezig met de toekomst van het gebouw, wat op zich begrijpelijk is. Terwijl het voor ons als Erfgoed Zeeland juist belangrijk is om te weten welke eventuele mogelijkheden men zelf ziet.”
Van de Voorde en Zwemer maken zich ook zorgen over het lot van Zeeuwse kerken die nog in gebruik zijn en tevens de status van rijksmonument bezitten. Van die bedehuizen wordt de komende vijftien jaar maar liefst 82 procent in zijn voortbestaan bedreigd: zestig gebouwen in tien Zeeuwse gemeenten, die juist vanwege hun monumentenstatus duur in onderhoud zijn.
Overigens blijkt dat de bouwkundige staat van alle kerken in de tien onderzochte Zeeuwse gemeenten –monument of niet– in 90 procent van de gevallen redelijk tot goed is. En dat is dan weer een heel mooi cijfer, vinden ze bij Erfgoed Zeeland.
Subsidie
De cultuurhoeders drukken eigenaren van (voormalige) kerkgebouwen op het hart vooral gebruik te maken van de diverse regelingen waarop ze een beroep kunnen doen om een pand in goede staat te houden. „We zien gelukkig de trend dat eigenaren steeds meer gaan nadenken over de toekomst van hun kerkgebouw en zich steeds beter informeren over subsidiemogelijkheden voor onderhouds- of bouwkundige aanpassingen”, zegt Van de Voorde. „Ze begrijpen ook dat een gemeente hen daarbij kan helpen, dat ze niet alléén de zorg voor het pand hebben.”
Sommige kerken hebben een andere bestemming gekregen: als woning, atelier, winkel, zorgcentrum, dorpshuis of restaurant. „Maar niet elke herbestemming is dé oplossing”, weet Zwemer. „Je ziet soms dat kerken een multifunctionele of culturele bestemming krijgen, maar dat er dan toch te weinig activiteiten blijken plaats te vinden om rendabel te zijn.” Van de Voorde vult aan: „Dat is bijvoorbeeld het geval bij de monumentale Nieuwe Kerk in Zierikzee, die geschikt is gemaakt voor grotere activiteiten. Je moet goed kijken welke bestemming je wilt.” Zwemer: „Het is maatwerk. Als er een kerk dichtgaat en verkocht dreigt te worden, zien omwonenden vaak het liefst dat het gebouw een openbare functie behoudt. Daarom is het heel belangrijk dat je de bevolking betrekt bij de zoektocht naar een andere bestemming.”
Van de Voorde ziet ook mogelijkheden om de „gigantische woonopgave” in Nederland deels te verlichten door leegstaande kerken een woonbestemming te geven. „Mooie voorbeelden” van herbestemmingen in Zeeland zijn volgens het tweetal de kapsalon in de voormalige kerk van de oud gereformeerde gemeente in Kamperland en het ambitieuze masterplan in Nieuwdorp, dat er in voorziet het kerkgebouw van de protestantse gemeente te behouden en als dorpshuis in te richten. In de pastorie moet een kindcentrum komen, terwijl er ook nog een nieuwe school en een gymnastiekzaal worden gebouwd.